Twintig jaar geleden, op 9 november 1989, werd de Berlijnse muur neergehaald en steen voor steen ontmanteld door een uitzinnige menigte. Het was daar, in het hart van Europa, midden in een Duitsland dat dronken was van de afschaffing van het 'IJzeren Gordijn' en het droombeeld van de hereniging, het sterkste symbool van de verdeling van de wereld in twee rivaliserende blokken: Oost en West. Op het einde van dit jaar 1989 beleefde de mensheid op enkele maanden tijd het uiteenvallen van de USSR en het verdwijnen van de stalinistische regimes in Oost-Europa.
Deze gebeurtenis liet de bourgeoisie toen toe een ideologisch wapen te gebruiken van massale vernietiging: de dood van het stalinisme zou zogezegd definitief bewijzen dat het kommunisme een gevaarlijke droom is die onherroepelijk leidt tot totalitarisme en bankroet! Door op frauduleuze wijze stalinisme gelijk te stellen aan kommunisme, door de economische teloorgang en de barbaarsheid van de stalinistische regimes voor te stellen als het onafwendbaar gevolg van de proletarische revolutie, wilde de bourgeoisie de arbeiders elk revolutionair perspectief de rug doen toekeren.
Meteen profiteerde de bourgeoisie ook van de gelegenheid om een tweede enorme leugen door te drukken van het soort waar zij een patent op heeft, namelijk dat met het verdwijnen van het stalinisme het kapitalisme zich finaal volop zou kunnen ontplooien. De toekomst, voorspelde zij, straalde. Zo verklaarde de Amerikaanse president George Bush senior op 16 maart 1991, gesterkt door zijn kersverse overwinning op het leger van Saddam Hussein, dat een 'nieuwe wereldorde' ontstaan was en de creatie van “een wereld waarin de Verenigde Naties, bevrijd van de impasse van de koude oorlog, in staat zouden zijn de historische visie van hun oprichters te verwezenlijken. Een wereld waarin vrijheid en mensenrechten door alle naties geëerbiedigd worden”. Deze tweede bluf zou niet lang standhouden. De jaren 1990 en 2000 werden getekend door een opeenvolging van oorlogen (van Joegoslavië tot Afghanistan, via een tweede keer Irak) en door een toenemende verarming van de wereldbevolking. Vandaag, terwijl we volop in een economische rampspoed zonder weerga verkeren, wordt de herdenking van de val van de muur veel discreter, bescheidener gehouden, in de mate dat de beloftes van 'vrijheid', 'vrede' en 'voorspoed' zich in de ogen van elkeen voordoen voor wat ze zijn: oplichterij.
De arbeidersklasse maakt zich geen illusies meer over dit uitbuitingssysteem. Ze weet vandaag dat de toekomst die het kapitalisme haar belooft enkel kan bestaan uit werkloosheid, ellende, oorlog en lijden. Waaraan het haar echter ontbreekt om de moed te vinden om de strijd aan te gaan, is een hoop, een perspectief, een mogelijke andere wereld waarvoor zij kan vechten. De leugens die kommunisme gelijkstellen aan stalinisme, die immense propaganda die losbarstte bij de val van de muur en de ineenstorting van het Oostblok, die weegt vandaag nog op de hoofden van de arbeiders, ook van de meest strijdbare.
Daarom publiceren we hieronder grote stukken uit een document dat we in januari 1990 publiceerden als bijlage bij onze territoriale pers en dat er juist op gericht was die weerzinwekkende campagne te bestrijden.