Door Internationalisme op
De reactie van de Turkse bevolking op de couppoging van 15/16 juli was, volgens de Turkse President Erdogan, een “geschenk van God”. Hij stond erop dat de “zuiveringen” zouden doorgaan en het “virus zou worden uitgeroeid” samen met terroristen, waar die zich ook bevonden. Dit lijkt zeer zeker op een “Stalinistische” zuivering, met lijsten van namen die al vooraf waren opgesteld, en die met kracht werd uitgevoerd. Tegelijkertijd werd de oorlog tegen de Koerden, in het zuidoosten van Turkije, onmiddellijk opgevoerd.
Coup en tegencoup
Zonder enige speculatie over de mogelijke rol of voorkennis van buitenlandse agentschappen, lijkt het duidelijk dat er ook een paar hogere officieren van het Turkse leger bij de staatsgreep betrokken waren. Toen de staatsgreep zich ontvouwde werden deze door BBC, “de waarborgers van het Turkse secularisme” genoemd.
Deze putsch om Erdogan en zijn AKP omver te werpen was naar alle waarschijnlijkheid breder en dieper dan een eenvoudige ‘Gulenistenbeweging’ (1), hoewel de allianties en de banden tussen de verschillende schimmige facties en tendensen binnen de Turkse staat, in al hun complexiteit, vaak echt Byzantijns zijn. De Gulenisten zijn er bijvoorbeeld lange tijd beschuldigd betrokken te zijn geweest bij de Ergenekon samenzwering (een soort staat binnen de staat), die was opgericht rond de jaren 1990, zogenaamd als een waarborg voor Turkije’s seculiere tradities. Traditioneel gezien zijn niet de Gulenisten de belangrijkste tegenstanders van Erdogan’s ‘gematigde’ islamitische partij, de AKP, maar de Kemalistische (2) facties binnen het leger en de maatschappij als geheel.
Maar hier was niet alleen sprake van een nieuwe confrontatie tussen de islamitische AKP en de seculiere Kemalisten – want, inderdaad, in de nasleep van de staatsgreep organiseerde de belangrijkste Kemalistische partij, de CHP of WKK, een steunbetuiging aan de regering in een massale uiting van nationale solidariteit. En er spelen ook ingewikkelde religieuze rivaliteiten mee: tussen Soennieten en de weinig orthodoxe Alevi’s, en tussen Erdogan’s versie van de soennitische islam en de versie die verkondigd wordt door de Gulenisten. Maar nu hebben Erdogan en de AKP hun totalitaire greep op de Turkse staat versterkt, met een drie maanden durende staat van beleg, waardoor ze in een sfeer van angst en verhoogd staatstoezicht bij decreet kunnen regeren.
Tot op dit moment (CNN, 09-08-2016) zijn er 22.000 mensen zijn aangehouden en 16.000 gearresteerd op basis van specifieke aanklachten, met inbegrip van duizenden militairen. Daarvan komt ongeveer een derde uit de rangen van de Turkse generaals en admiraals. Honderden journalisten zijn gearresteerd, worden vastgehouden, ondervraagd of ontslagen, samen met vele duizenden ambtenaren. Reizen naar het buitenland is voor velen ook niet meer mogelijk. In totaal zijn er 68.000 ontslagen of geschorst en zijn er 2000 instellingen gesloten. De staat van beleg heeft geleid tot marteling, mishandeling, en uithongering van degenen die zijn aangehouden.
Sommigen, behorende tot de directe kring van Erdogan, zijn opgepakt terwijl de presidentiële garde is ontmanteld. Tijdens de staatsgreep werden aan de kant van de regering ongeveer 250 soldaten en burgers gedood evenals een onbekend aantal aan de kant van de coupplegers, die opzettelijk of onopzettelijk werden gedood. Tientallen bommenwerpers, helikopters, duizenden gepantserde voertuigen en drie marineschepen werden ingezet tijdens de staatsgreep. Volgens sommige berichten ontsnapte Erdogan ternauwernood aan de dood, na waarschuwingen als gevolg van wat door de Russen was opgevangen.
De interne destabilisering van Turkije
Sinds enkele jaren was Turkije, te midden van een zee van problemen in het Midden-Oosten, niet langer een bloeiend eiland van economisch stabiliteit en een voorbeeld van gematigde, democratische Islam. Weliswaar heeft Turkije, als staat, een meer solide historische inplanting dan vele van zijn door oorlog verscheurde buren, zoals Syrië en Irak. Maar het blijft zo dat Turkije veel gemeen heeft met Syrië en Irak in termen van etnische en sektarische verdelingen.
De kracht van Erdogan’s AKP was gelegen op het economisch vlak, waardoor de levensstandaard voor het grootste deel van het platteland en de armen in de grote steden is gestegen. Door enorme bedragen te lenen voor staatsinvesteringen en staatsprojecten zijn er banen geschapen. Op hetzelfde moment heeft Erdogan geprofiteerd van de opkomst van de Islam door een gematigde vorm van fundamentalisme na te streven om zodoende het imago van een ‘Nieuw Turkije’ te versterken en zijn macht als een potentiële leider van de soennitische wereld te demonstreren. Achter het conflict tussen de islamitische AKP en de seculiere Kemalisten van het leger en bredere lagen van de maatschappij, namelijk de confrontatie tussen het islamitische en seculiere nationalisme verbergt zich nog een ander religieuze element.
Het vroegere seculiere Kemalistische systeem werd beschouwd als een indirecte manier om de sjiïtische Alevitische minderheid voor te trekken ten koste van de soennitische meerderheid, aangezien het Alevitisme als een vorm van de islam wordt gezien dat zich gemakkelijker aanpast aan de moderne wereld. Op dit niveau is er een zekere gelijkenis tussen het voormalige Kemalistische systeem in Turkije en het regime van Assad, dat grotendeels bestaat Alawieten (3), een ander sjiïtische sekte, die regeert over een soennitische meerderheid. De huidige oorlog in Syrië tussen de Alawieten en de Soennieten kan de religieuze en culturele rivaliteit tussen vergelijkbare elementen in Turkije alleen maar beïnvloeden en aanscherpen. In de nasleep van de staatsgreep, bijvoorbeeld, waren er berichten van pogromistische aanvallen op huizen en winkels van Alevieten.
Het Turkije van vandaag is niet hetzelfde land als ten tijde van de vorige militaire staatsgreep in 1980, die gerechtvaardigd werd vanwege de groeiende wanorde gezaaid door conflicten tussen rechtse en linkse politieke facties, en zelfs niet hetzelfde als tien jaar geleden, toen de AKP aan de macht kwam. Als gevolg van de hoogconjunctuur, waar nu een einde aan lijkt te komen, ontstond er in de grote steden zowel een modern proletariaat als een nieuwe elite van specialisten en intellectuelen. Een groot deel van deze elementen voelen zich helemaal niet op hun gemak met de ‘islamisering’.
Er is dus een gevaarlijke situatie ontstaan waar de putsch van de oude elite (voor zover zij er aan deelnam), de haat en de roep om wraak heeft uitgelokt van de aanhangers AKP-. Aan de andere kant moet Erdogan de waarschuwing serieus nemen, die door deze poging tot staatsgreep wordt vertegenwoordigt. Als hij te ver gaat in zijn ‘tegencoup’ kan dit, in het ergste geval, leiden tot een burgeroorlog of een permanent conflict in de vorm van gewapende opstanden of nieuwe vormen van terrorisme – zelfs als het verzet van deze krachten voor het moment beteugeld is geweest.
Op een moment dat het land is overgegaan van een ‘economische mirakel’ naar een van Morgan Stanley's ‘Vijf Kwetsbare Landen’, die het meest worden bedreigd; op een moment dat de economische groei laag is, terwijl de arbeidskosten, inflatie en kosten voor de leningen stijgen, zouden de gevolgen van een verdere economische instabiliteit dramatisch kunnen zijn – ineenstorting van het toerisme, emigratie van de nieuwe generatie van geschoolde werkers, enzovoort.
Bovendien heeft de Turkse bourgeoisie een lange traditie van ‘uitsluiting' die de fundamenten vormen van het moderne Turkije: de genocide op de Armeniërs, de afslachtingen van de Grieken en het langdurige verzet tegen iedere mogelijke Koerdische staat. De visie van de AKP, dat alle tegenstanders vijanden zijn die moeten worden onderdrukt, heeft een lange geschiedenis in Turkije.
Verdere destabilisatie in heel het Midden-Oosten
Sinds de ineenstorting van het Oostblok in 1989, is Turkije sterk beïnvloed door de middelpuntvliedende tendensen, die zijn losgekomen. De verzwakking van het imperialisme van de VS, en dat van Rusland, heeft Turkije in staat gesteld haar eigen ambities te ontwikkelen, door zichzelf naar voren te schuiven als een regionale leider van de soennitische regimes. Het regime van Erdogan is in onmin geraakt met Israël, versterkte de banden met Hamas en noemde de regering van al-Sisi in Egypte, die de regering en omver wierp van de Moslimbroederschap ‘onwettig’. Zijn relatie met Rusland, die na de staatsgreep en na de ontmoeting van 9 augustus tussen Erdogan en Poetin in Sint-Petersburg warmer lijkt te worden, is ingewikkeld en wisselend geweest. In de huidige situatie kan Turkije het Westen chanteren met zijn banden met Rusland, China (en Iran), en haar eigen kaarten in het Midden-Oosten uitspelen.
Voor de Turkse bourgeoisie zou de oprichting zijn van een Koerdische staat de grootste nachtmerrie zijn. Het westen heeft hier een dilemma: in hun oorlog tegen Isis ze aangewezen op de Koerden als kanonnenvlees. Deze worden voorzien van wapens, luchtsteun en ‘adviseurs’. Dergelijke ontwikkelingen kunnen het Koerdisch nationalisme en zijn ambities voor een ‘onafhankelijke’ staat alleen maar versterken, zelfs als de Koerdische nationalisten zich zijn opgesplitst in een aantal verschillende facties. De botsing van belangen met betrekking tot de Koerden, met de VS, Duitsland en Groot-Brittannië enerzijds en Turkije anderzijds, is grimmig. Voor de oorlog stond Erdogan dichtbij het regime van Assad en tijdens de oorlog hebben beide de Isis krachten gebruikt voor hun eigen merkbare voordelen.
Assad heeft de Koerdische PKK ook gebruikt, om dezelfde redenen. Maar na een vijf durende oorlog en een Russische (en andere) tussenkomst ten gunste van Assad, zijn er tekenen dat Ankara overweegt om Assad aan het bewind te laten en een soort deal met hem te sluiten. Assad noch Turkije hebben belang bij een Koerdische staat of een soort van Koerdische autonome regio langs de grens. Ongeveer een jaar geleden zijn er gesprekken geweest tussen de Alawieten van Assad in Damascus en vertegenwoordigers van Moederlandpartij uit Turkije (4), samen met elementen van de Turkse militaire inlichtingendienst. Deze hadden onder andere tot doel de Turkse militaire steun aan de vijanden van Assad stop te zetten.
In de atmosfeer, die heerst na de staatsgreep, schijnen deze Turkse ‘onderhandelaars’ onaangetast te blijven, wat de suggestie doet wekken dat deze gesprekken zullen blijven doorgaan. Als dit het geval is, zal dat gaan ten koste van het Westen en hun Koerdische ‘bondgenoten’ (5).
We moeten hierbij ook de betekenis overwegen van het feit dat Erdogan, de leider van een NAVO-land, de regeringen van andere NAVO-landen - met name de Verenigde Staten - heeft beschuldigd van steun aan de putsch, terwijl hij op hetzelfde moment Rusland prees, die hem had gewaarschuwd dat er plannen bestonden voor een staatsgreep. Er moet ook een vraagteken worden geplaatst bij de beschikbaarheid van de militaire basis van Incirlik, die tot nog toe wordt beschouwd als een NAVO-basis. Maar Erdogan heeft gezegd dat hij er zich niet tegen zou verzetten als de Russen haar gebruiken voor hun operaties tegen Isis. Deze ontwikkelingen, dit spel van onderhandeling en chantage, zijn nog een teken van de groeiende kwetsbaarheid van imperialistische bondgenootschappen in de regio.
Vluchtelingen: “... benzine naast het vuur”
Sir Richard Dearlove, de voormalige baas van MI6 [Britse geheime dienst], vergeleek de deal van de EU met Turkije over de vluchtelingen met “het opslaan van benzine naast de brandhaard” (Belfast Telegraph, 15-05-2016). Turkije zal deze miljoenen ‘activa’ gebruiken als een verder element van chantage tegen de EU (die door Erdogan “een christelijke club” wordt genoemd). Hij heeft al gedreigd om de deal te annuleren, waardoor de Europeanen genoodzaakt waren een poging te ondernemen om hem te kalmeren. De huidige zuivering en de jacht op tegenstanders betekent dat er, naast de meer dan 2 miljoen Syrische en andere vluchtelingen, meer Turken zijn die zelf het land gaan ontvluchten en de algemene vluchtelingencrisis vervoegen.
De onzekerheid op langere termijn
Als een systeem sneller in verval raakt, dan overheerst er op het historisch vlak de tendens tot instabiliteit en chaos. Maar dit betekent niet dat de heersende klasse er hulpeloos tegenover staat en dat er geen tegentendensen bestaan. We hebben dit bijvoorbeeld gezien in het Verenigd Koninkrijk na de rampzalige uitslag van het EU-referendum. Geconfronteerd met het gevaar van ernstige scheuren in haar eigen gelederen heeft de heersende klasse zeer snel gereageerd. Op een vrij handige manier heeft ze haar gelederen op regeringsniveau gereorganiseerd om een gezamenlijke reactie op de Brexit-crisis voor te stellen.
En we kunnen vergelijkbare tendensen onderscheiden in Turkije. Hoewel de Kemalisten en Gulenisten samenwerkten in de staatsgreep, is het feit dat de Gulenisten werden geviseerd een belangrijk gegeven. In de nasleep van de staatsgreep heeft Erdogan steeds meer de erfenis van Ataturk benadrukt en de kaart van het Turkse nationalisme gespeeld in plaats van die van het islamisme. Dit kan een serieuze poging betekenen om de Kemalisten, evenals de Alevieten en andere burgerlijke facties te mobiliseren voor de optie van een autoritaire leider die de vereisten van de Turkse natie benadrukt (enigszins naar het model van Poetin in Rusland).
De huidige bewieroking van Erdogan in de straatdemonstraties, waar op grote schaal bekendheid aan wordt gegeven, zou deel kunnen uitmaken van deze strategie om te bouwen aan een nieuwe eenheid binnen de Turkse heersende klasse. Aan de andere kant moeten we de officiële foto's, die massale steun voor Erdogan en de AKP laten zien, niet zomaar voor lief nemen. Op dit moment is hij de winnaar, daar hij rivaliserende bendes heeft verslagen, maar er zijn grenzen aan Erdogan’s autoritaire project. De sterke economie is één kracht geweest van Erdogan en zijn partij maar, zoals we hebben gezegd, deze fase van economische groei komt tot een einde.
Hij is nooit zo populair geweest als de propaganda wil laten geloven. In 2013 waren er in belangrijke plaatsen anti-regeringsdemonstraties, ontketend door de protesten in Taksim Gezi park (6). Deze lieten zien dat er sprake is van een wijdverbreide afwijzing van zijn beleid, in het bijzonder onder stedelijke, goed opgeleide jongeren. Er blijft in het leger ook een diepe wrok bestaan tegen Erdogan en zijn partij. Nog maar een jaar geleden werden ministers van de AKP, tijdens de begrafenissen van soldaten die waren gedood in operaties tegen de Koerdische PKK, geconfronteerd met openlijke afkeer en spot door hoge militairen
De regering van Erdogan reageerde op deze publieke vernedering – gedurende evenementen die een voorbeeld moest zijn van staatspropaganda – door de media te vragen om te stoppen met de verslaggeving van de begrafenissen (Times, 31-08-2015). Het leger maakte publiekelijk bezwaar tegen het voorstellen van de afgeslachte soldaten als ‘martelaars’, en was van mening dat de militaire zuivering tegen de PKK deel uitmaakte van de versterking van de electorale positie van de AKP tegenover de pro-Koerdische Democratische Volkspartij (HDP).
Op dit moment heeft de bende van Erdogan haar positie versterkt. Ze heeft de controle terug in houden genomen van de coupplegers, maar haar sociale controle blijft ongewis met mogelijke gevolgen voor de situatie, zowel binnen als buiten Turkije.
Boxer / 2016.08.15 (dit artikel is een bijdrage van een sympathisant van de IKS)
(1) Fethullah Gülen, een voormalige bondgenoot van Erdogan, die nu in de VS in ballingschap leeft, regeert daar over een rijk dat vele instellingen controleert en activa bezit, die naar verluidt ongeveer 50 miljard dollar waard zijn. De Gulen/Hizmet beweging heeft wereldwijd 80 miljoen aanhangers en heeft openlijk de Clintons en de Democratische Partij gesteund. Hun islamisme lijkt meer fundamentalistisch dan dat van de AKP. De anti-Kemalistische Gulenisten konden bepaalde instellingen van de Turkse staat binnendringen door hun bondgenootschap, van 2002 tot 2011, met Erdogan en de AKP. Maar hun sekte-achtige structuur werd door Erdogan steeds gezien als een bedreiging voor zijn bewind.
(2) Kemalisten – seculiere nationalisten die beweren in de traditie te staan van Kemal Ataturk, stichter van de moderne Turkse staat in de jaren 1920.
(3) De Alevieten of Alevi’s [voornamelijk in Anatolië, Turkije, noch soennitisch noch sjiïtisch, tolerant en vor gelijkheid man en vrouw] en de Alawieten [vooral in de Levant, Syrië, sjiïtisch] zijn niet de dezelfde sekte, hoewel beide namen hun eerbied tot uitdrukking brengen voor Ali, de schoonzoon van Mohammed en een sleutelfiguur in de sjïitische tak van de Islam. Er zijn ook etnische verschillen tussen de meerderheid van hun aanhangers.
(4) De Moederlandpartij (YP), een kleine rechtse conservatieve partij, opgericht in 2002.
(5) Op 29 augustus veroordeelde de Verenigde Staten met kracht de hernieuwde gevechten tussen het Turkse leger en Koerdische strijders in het noorden van Syrië. Zoals in het verleden heeft Turkije een offensief tegen Isis (dat verdreven is uit de stad Jarablus) gebruikt als een middel ter escalatie van de oorlog tegen de Koerden, en dit conflict is nu openlijk overgewaaid naar de militaire acties op het Syrische grondgebied.
(6) Met betrekking tot deze protesten, zie https://en.internationalism.org/icconline/201306/8371/turkey-cure-state-terror-isnt-democracy