Door Wereldrevolutie op
In augustus 2007organiseerden we een ‘discussie- en ontmoetingsdag met de IKS’ waar de deelnemers de kans kreeg om ‘vrijuit’ vragen te stellen en argumenten uit te diepen over de thema’s die hen het dichtst aan het hart liggen. Geen dag van of voor specialisten, maar waar vrijuit onder elkaar gedebatteerd werd en naar antwoorden werd gezocht op de vragen die door de huidige periode worden opgeworpen.
Het was een uitzonderlijke gelegenheid om eens uitvoeriger op de onderwerpen in te gaan of gewoon om kennis te maken met elkaar.
Het initiatief om deze dag te organiseren viel niet uit de lucht, de vele positieve reacties en de actieve deelname, vol enthousiasme, van de aanwezigen vormden het bewijs dat dit soort bijeenkomsten beantwoordt aan een behoefte die bij velen leeft: samen nadenken over de toekomst, samen zoeken, niet ieder in zijn hoekje, naar een alternatief voor deze zieltogende maatschappij waarin ecologische rampen, economische crisis, werkloosheid, oorlog en hongersnood met massa’s vluchtelingen als gevolg dagelijkse kost zijn en steeds meer toenemen. Maar ook om te leren uit de ervaringen van het verleden, uit de vele inspanningen en theoretische bijdragen, en vooral ook om een inzicht te krijgen in de dynamiek, de mechanismen, de krachten, die dit alternatief tot stand kunnen brengen. Waardoor verandert de maatschappij? Wie kan de noodzakelijke veranderingen verwezenlijken? Wie kan een krachtsverhouding opbouwen en waardoor?
Politieke discussie en debat zijn steeds de levensader geweest van de arbeidersbeweging omdat op die manier de vragen worden verduidelijkt die opgeworpen worden door de klassenstrijd en in de strijd voor het historisch alternatief: het kommunisme. Deze discussie kan echter vele vormen aannemen. Zo moedigen we bijvoorbeeld altijd mensen aan om ons te schrijven en ook zijn er internetforums. Maar vooral is het op de bijeenkomsten, zoals die van de voorbije zomer, waar directe discussie mogelijk is en waar in een echt debat vragen, antwoorden en bedenkingen elkaar opvolgen, dat de standpunten van de aanwezigen en de werkelijke vragen die door de klassenstrijd worden opgeworpen het best tot hun recht komen.
Om zo goed mogelijk aan te sluiten bij de vragen die lezers en contacten stellen organiseerden we in de aanloop tot deze discussiedag een vragenlijst met een twintigtal mogelijke onderwerpen waaruit ieder er drie van de voor hem of haar meest prangende onderwerpen kon kiezen. De hierboven gegeven bekommernissen kwamen duidelijk als meest belangrijkste naar voren:
– Waar ligt de grens tussen de maatschappelijke klassen? Wie behoort waar bij? Is er een grens en hoe bepalen we die? Wat en wie is de arbeidersklasse, waarvoor staat ze?
– Wat is kommunisme en waarom is het meer dan ooit actueel? Wat is het perspectief van het kommunisme?
We vroegen aan enkele deelnemers om inleidingen voor de twee discussies voor te bereiden, en beide verrichtten zij uitstekend werk om de grondbeginselen van deze moeilijke onderwerpen over te brengen bij de aanwezigen.
Eerste discussie: wie en wat is de arbeidersklasse?
In een korte inleiding werd vooral ingegaan op de bewering dat de arbeidersklasse niet meer zou bestaan en als ze toch zou bestaan niet meer in staat is een andere maatschappij te vestigen. Strijd voor verandering van de wereld zou daarom vergeefs zijn geworden. Een van de hoofdargumenten is dat het kapitalisme grote veranderingen heeft doorgemaakt en dat we nu een nieuw economisch model hebben met grote sociale veranderingen. Zo wordt de conclusie getrokken dat dit het einde is van de revolutionaire aard van de arbeidersklasse. Maar een kapitalisme zonder arbeiders bestaat niet, er is geen kapitaal zonder uitbuiting en geen onttrekking van meerwaarde zonder loonarbeid. Tenslotte werd ingegaan op de bijzondere aard van het proletariaat die tegelijkertijd uitgebuite en revolutionaire klasse is.
Onmiddellijk stak de discussie van wal, vooral door de aanwezige jongeren. Het begon met algemene vragen over wat de arbeidersklasse momenteel is en of ze nog wel bestaat. Er werd verschillende pogingen gedaan een definitie te geven. Vanaf het begin van de revolutionaire beweging, met name door Karl Marx, werd de noodzaak aan een klare definitie van de arbeidersklasse aangevoeld. Terwijl in de negentiende eeuw niemand het bestaan van klassen ontkende, werd het echter in de loop van de twintigste eeuw moeilijker om ze te onderkennen. In de discussie groeide het naar overeenstemming dat een definitie gegeven moet worden vanuit een historisch wordingsproces, dat van een kapitalistische maatschappij die volgt op een opeenvolging van andere maatschappijen, van de oudheid tot nu toe. In dit zoeken naar een definitie werden allerlei criteria geformuleerd, zoals de plaats die de arbeiders innemen in het productieproces. De arbeidersklasse heeft geen productiemiddelen in eigendom en beslist ook niet wat er geproduceerd wordt, maar ze verkoopt haar arbeidskracht en brengt op collectieve wijze de meerwaarde voort. Maar als er sprake is van de arbeidersklasse als uitgebuite klasse dan is er ook een klasse die uitbuit, de bourgeoisie.
Hier kwam de vraag naar voren wie deel uitmaakt van de arbeidersklasse en wie van de bourgeoisie? Zo werd geleidelijk aan de hand van voorbeelden een beeld gevormd van de methode die we moeten hanteren om antwoorden te vinden. Zo werd de vraag gesteld waar bedrijfsmanagers thuishoren en waar tal van vrije beroepen. Een arbeider heeft een loon, de manager een salaris die afgaat van de winst van het bedrijf waarvoor hij werkt. Of ook waartoe de boeren behoren, of onderwijzers en verplegend personeel, want, zo werd gesteld, hoewel ze geen meerwaarde produceren nemen ze toch indirect aan de productie deel door de reproductie van de arbeidskracht, dus aan het arbeidsproces als geheel.
Er werd geconcludeerd dat er geen duidelijke, definitieve scheidslijnen bestaan tussen de klassen. We kunnen geen genoegen nemen met louter sociologische en economische definities; ook het klassenbewustzijn is van belang. Wat de doorslag geeft is waar men zich bevindt op het moment van de klassenstrijd, dat deel uitmaakt van een historische dynamiek. Hiervoor werd verwezen naar voorbeelden uit de actualiteit en uit de geschiedenis van de arbeidersbeweging wat de discussie een concreet beeld gaf.
De sfeer was enthousiasmerend. Er werd naar elkaar geluisterd en op elkaars vragen geantwoord, iedereen voelde zich betrokken en op verzoek werd de discussie na de middag nog even voortgezet om dan te worden besloten met een samenvatting.
Tweede discussie: noodzaak en mogelijkheid van het kommunisme
Het tweede deel van de discussie begon met een grondige inleiding waarin veel werd belicht van wat kommunisme wél is en wat níet. Aanwezigen getuigden achteraf dat ze zelden een zo omvattende uiteenzetting van de hoofdlijnen van de toekomstige samenleving hoorden. De uiteenzetting is in z’n geheel op het web terug te vinden (internationalism.org). In de discussie werd er de nadruk op gelegd dat het kommunisme het resultaat is van een hele ontwikkeling van de mensheid en niet van te voren is vastgelegd. Marxisten houden zich niet enkel bezig met de vraag van de onmiddellijke strijd van de arbeidersklasse maar vooral ook met de vraag hoe de overwinning behaald kan worden en wat de voornaamste taken na de revolutie zijn.
Het kommunisme ontstaat niet vanzelf maar is het resultaat van strijd en van oriëntaties voor die strijd. Als de arbeidersklasse niet massaal tot strijd komt zal de maatschappij wegrotten en het kommunistisch perspectief verdwijnen. Na al de campagnes over de dood van het kommunisme, het verdwijnen van de arbeidersklasse en het bankroet van het marxisme leeft de strijd echter weer op.
Over de noodzaak van het kommunisme waren er weinig vragen. In tegenstelling daartoe waren er heel veel vragen over de mogelijkheid ervan. Dat laat zien dat er een zekere bewustwording is over de noodzaak van een andere maatschappij, maar dat er veel twijfels zijn of de omstandigheden bestaan waarin de arbeidersklasse tot succesvolle strijd kan en komen. Bij de vraag naar de mogelijkheid van het kommunisme werd tevens de vraag van de menselijke aard opgeworpen. Een deelnemer bracht naar voren dat het kommunisme de verwerkelijking is van de menselijke aard maar dat dit niet hetzelfde is als wat eigen is aan de mens wat tot interessante bedenkingen aanleiding gaf. Een andere vraag die de aanwezigen bezighield was: hoe kan de arbeidersklasse strijd leveren tegen de bourgeoisie, rekening houdend met alle middelen die deze ter beschikking heeft?
Dat kan de arbeiders een gevoel van onmacht geven. Zelfs met duizenden tegelijk in staking gaan blijft weinig in verhouding tot de geweldige omvang van de taak en zo wordt het probleem gesteld van de obstakels die de bourgeoisie opwerpt en de krachtsverhouding. Het gaat er om te weten of de arbeidersklasse bondgenoten moet zoeken zoals bijvoorbeeld de boerenmassa’s in de perifere landen. Er bleven nog heel veel andere punten onaangeroerd zoals dat van de cultuur, de menselijke betrekkingen, de man-vrouw-verhouding, de dictatuur van het proletariaat en andere, meer praktische vragen rond de overgangsperiode van kapitalisme naar kommunisme.
Zomer 2008: Verder bouwen op het enthousiasme Help ons de discussie- en ontmoetingsdag 2008 voor te bereiden
Zoals we al zeiden zijn de aanwezigen niet de enigen die zich dergelijke vragen stellen. In een artikel over ons laatste Internationaal Congres stelden we vast dat er een nieuwe generatie van revolutionairen opkomt (zie Wereldrevolutie, nr. 102). Het volstaat te kijken naar de vele debatten in beperkte kring of op het internet, naar de correspondentie die we ontvangen van mensen die voor het eerst contact met ons opnemen, naar de discussies met allerlei nieuwe groepen, of mensen die we ontmoeten bij vergaderingen en demonstraties. Dat alles getuigt van een toenemend aantal mensen in alle uithoeken van de planeet die zich fundamentele vragen stellen over de aard van de kapitalistische maatschappij en willen debatteren over de manier waarop een alternatief gevestigd kan worden. Als organisatie willen we aan dit proces bijdragen overal en zoveel als we kunnen, met de middelen die ons ter beschikking staan. Dergelijk debat, zo werd er in de conclusie benadrukt, is een uiting van de klassenstrijd. Klassenstrijd is niet enkel strijd op het onmiddellijke vlak maar ook een politieke strijd ter verheldering.
Het resultaat van deze discussiedag is bemoedigend: mensen die elkaar voordien niet kenden traden elkaar met open geest tegemoet, luisterden naar elkaar en antwoorden op elkaar. Deelnemers uit drie landen van verschillende generaties kwamen bijeen en discussieerden in drie talen, een praktische uiting van het internationalisme dat we in onze vaandel voeren, heel anders dan volgens de ongelijkheidbeginselen van de bourgeoisie. Wat hier op kleine schaal gebeurde legde getuigenis af van het veel grotere vermogen dat de arbeidersklasse gezamenlijk kan ontwikkelen. De strijd maakt inderdaad energie vrij en niet altijd voor mogelijk gehouden creatieve vermogens. Deze discussie- en ontmoetingsdag wierp een blik op wat het proletariaat is en waartoe het in staat is.
Wij vroegen aan het eind van de vergadering uitvoerig naar de reactie van deelnemers – ze waren allemaal enthousiast. Een van de deelnemers verwoorde het zo: "veel jongeren hier zijn er zich wellicht niet van bewust maar het is jaren geleden dat ik nog überhaupt een discussie over het kommunisme heb meegemaakt, en dat doet werkelijk deugd! Nergens wordt er nog over het kommunisme gedebateerd. Dit vraagt om een vervolg!" Al in informele besprekingen na de vergadering werden er voorstellen gedaan voor toekomstige onderwerpen. Nu wordt het tijd om wat meer concrete terugkoppeling van de deelnemers te krijgen voor de volgende dag in de zomer van 2008. Gezien het succes van deze dag zouden we die immers willen herhalen en als het kan verbreden naar nog meer deelnemers. Daarom vragen we de kameraden die willen bijdragen om contact met ons op te nemen. De inleidingen en samenvattingen van de dag van 2007 worden ook op onze website gepubliceerd.
IKS / 16.01.07