De arbeidersklasse strijdt voort!

Printer-friendly version

De staat laat een lawine aan bezuinigingen en aanvallen op de arbeiders, werklozen, sociale minima, gepensioneerden, enz. neerkomen. De massale ontslagen nemen hand over hand toe. Zowel in de publieke als in de private sector is er een gebrek aan middelen. De openbare diensten falen volledig. Tekorten aan medicijnen en zelfs voedsel zijn aan de orde van de dag. Miljoenen gezinnen, zelfs diegenen die nog het ‘geluk’ hebben van een vaste baan slagen er niet in om rond te komen. De prijzen voor voedsel, verwarming, huisvesting en benzine rijzen de pan uit, net als de gas- en elektriciteitsrekeningen. De rijen voor de de voedselbanken worden dramatisch langer. De armsten moeten zelfs maaltijden overslaan... Welk beeld is angstaanjagender en uitdrukkelijker dan dat van kinderen die doodvriezen in de straten van de grote hoofdsteden van Europa, in het hart van de machtigste economieën ter wereld? In vier jaar tijd hebben dramatische gebeurtenissen elkaar in hoog tempo opgevolgd: Covid, de oorlog in Oekraïne, het bloedbad in Gaza, klimaatrampen... Deze wervelwind van catastrofes heeft de crisis alleen maar verergerd en de wereldwijde chaos nog verder aangewakkerd. (1) De toekomst die het kapitalisme voor ons in petto heeft, kan niet duidelijker zijn: de ontwikkeling van de economische crisis versnelt de bedreigingen voor de mensheid aanzienlijk, wat tot haar ondergang zou kunnen leiden. Maar de crisis is ook de smeltkroes van de strijd van de arbeidersklasse!

Het proletariaat legt zich niet neer bij het aanvaarden van ellende

Geconfronteerd met zulke uitdagingen en de onverbiddelijke en angstaanjagende ineenstorting van de burgerlijke maatschappij, legt de arbeidersklasse zich niet echter zonder slag of stoot  neer bij de aanvaarding van ellende. Ondanks de oorlogen en de oorlogszucht strijdt de arbeidersklasse nu al bijna twee jaar overal op grote schaal. In vele landen wordt de strijd vaak omschreven als ‘historisch’ wat betreft het aantal betrokken stakers en demonstranten, maar ook wat betreft de vastberadenheid van arbeiders om te vechten voor hun waardigheid en levensomstandigheden. Het is een echte breuk met decennia van gelatenheid. (2)

Sinds de zomer van 2022 is het proletariaat in Groot-Brittannië in verzet gekomen tegen de crisis. Maanden achtereen gingen arbeiders in staking en demonstreerden op straat om betere lonen en waardigere werkomstandigheden te eisen, iets wat we drie decennia lang niet meer gezien hadden! Begin 2023, terwijl stakingen zich over de hele wereld uitbreidden, verzamelde het proletariaat in Frankrijk zich massaal tegen de pensioenhervorming. Miljoenen enthousiaste mensen, van alle sectoren en generaties, gingen de straat op, vastbesloten om samen te vechten. In de herfst begonnen arbeiders in de Verenigde Staten aan een van de meest massale stakingen in de geschiedenis van dat land, met name in de automobielsector, gevolgd door een beweging in de publieke sector in Quebec, die ook als historisch wordt omschreven.

Recentelijk staakten ook de arbeiders in de Tesla-fabrieken in Zweden, een land dat wordt voorgesteld als een ‘sociaal model’, gevolgd door solidariteitsacties van werkers bij de post die alle post blokkeerden naar de werkplaatsen van het bedrijf dat wordt geleid door miljardairclown Elon Musk. Havenarbeiders blokkeerden op hun beurt vier havens en elektriciens weigerden onderhoudswerkzaamheden uit te voeren aan oplaadpunten voor elektrische voertuigen.

In Noord-Ierland werd in januari ook gestaakt door honderdduizenden werkers, vooral in de publieke sector, tijdens de grootste staking in de geschiedenis van de regio. Ze eisten betaling van hun loon.

De strijdwil blijft intact

Zelfs nu, terwijl de oorlog nog steeds woedt in Oekraïne en Gaza, nemen het aantal stakingen en demonstraties van arbeiders over de hele wereld toe, vooral in Europa.

In Duitsland, de grootste economie van Europa, begonnen spoorwegarbeiders eind januari een massale staking van een week die zijn weerga niet kende. Het was de laatste in een lange reeks stakingen tegen langere werktijden en voor hogere lonen. In de komende maanden zouden de spoorwegen getroffen kunnen worden door stakingen van onbepaalde duur (wat evenwel niet is gebeurd). In het land van de ‘sociale dialoog’ zijn er al maanden stakingen in talrijke sectoren: in de staalindustrie, de ambtenarij, de  transportsector, de gezondheidszorg, de vuilnisophaaldienst, enz. Op 30 januari vond in Hannover een nationale bijeenkomst plaats van 5.000 artsen. Op 1 februari werden elf luchthavens van het land getroffen door een staking van het beveiligingspersoneel, terwijl 90.000 bus-, tram- en metrobestuurders het werk neerlegden. Half februari staakten eveneens 10.000 werkers in de distributiesector. Het grondpersoneel van Lufthansa werd op 20 februari tot staking opgeroepen...

De omvang, massaliteit en duur van deze stakingsbeweging is ook ongekend in een land dat bekend staat om de enorme administratieve hindernissen die het opwerpt voor elke sociale beweging en het ijzeren korset van vakbonden dat de bourgeoisie lange tijd in staat heeft gesteld om bezuinigingsplannen en ‘hervormingen’ op te stapelen zonder dat de arbeidersklasse echt reageerde. Ondanks de moeilijkheden om uit het corporatistische keurslijf te breken en ‘allen tezamen’ te strijden, zijn de gevechten in Duitsland van immens belang en van een sterke symbolische betekenis. Ze vinden plaats in het hart van een belangrijk industrieel centrum, in het land dat het epicentrum was van de revolutionaire golf van de jaren 1920 en de tragische hoofdrolspeler van een lange periode van contrarevolutie. De huidige beweging maakt duidelijk deel uit van de internationale heropleving van de klassenstrijd.

Maar de strijdbaarheid van de arbeiders beperkt zich niet tot Duitsland. In Finland, een land met weinig traditie op het gebied van strijd, duurde een ‘historische staking’ begin februari 48 uur. Nog recenter, tussen 18 en 21 februari, legden havenarbeiders vier dagen lang de havenactiviteiten lam in dit land. Het bracht tot 300.000 stakers op de been tegen de hervorming van de arbeidswetgeving. In Turkije mobiliseerden tienduizenden metaalarbeiders zich maandenlang om een loonsverhoging te eisen terwijl de prijzen de pan uitrezen. In België staakte de non-profitsector op 31 januari en demonstreerde op dezelfde dag in Brussel. In Spanje, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk en Griekenland… wordt er steeds meer gestaakt in talrijke. De bourgeoisie handhaaft een oorverdovende stilte ten aanzien van de berichtgeving van deze stakingen, omdat ze zich terdege bewust is van de groeiende ontevredenheid onder de arbeiders en het gevaar dat uitgaat van dergelijke mobilisaties.

De oude mol weet nog altijd goed hoe hij moet werken

Maar de doorbraak waarvan we getuige zijn heeft niet alleen te maken met het massale en gelijktijdige karakter van de gevechten. Het proletariaat begint zichzelf opnieuw, zij het bij benadering en op een nog aarzelende wijze, te herkennen als een maatschappelijke kracht en herontdekt zijn identiteit. Ondanks alle illusies en verwarringen zagen we overal, op borden en in discussies, dat ‘we arbeiders zijn!’, dat ‘we allemaal in hetzelfde schuitje zitten!’ .... Dit waren zeker geen loze woorden! Want achter deze woorden gaat een echte solidariteit schuil: allereerst, solidariteit tussen generaties, zoals we heel duidelijk zagen in Frankrijk toen gepensioneerden massaal de straat op gingen om ‘de jongeren’ te steunen; en vervolgens tussen sectoren, zoals in de Verenigde Staten met de toeterende concerten voor stakende fabrieken of in Scandinavië ter verdediging van de Tesla-arbeiders.

Er waren zelfs embryonale uitingen van internationale solidariteit. De Mobilier National in Frankrijk staakte uit solidariteit met de strijd van de culturele werkers in Groot-Brittannië. Raffinaderijen in België staakten ter ondersteuning van de strijd in Frankrijk, terwijl overal ter wereld kleine demonstraties plaatsvonden om de wrede onderdrukking door de Franse staat aan de kaak te stellen. In Italië, terwijl veel sectoren al maandenlang protesteren, staakten op 24 januari bus-, tram- en metrobestuurders: in het kielzog van de beweging tegen de pensioenhervorming in Frankrijk zeiden arbeiders dat ze betogingen wilden houden ‘zoals in Frankrijk’, wat aantoont de arbeiders over de grenzen heen verbanden beginnen te leggen en lering willen trekken uit eerdere bewegingen.

Het proletariaat begint zich ook zijn ervaring met strijd opnieuw eigen te maken. In Groot-Brittannië verwees de zogenaamde ‘zomer van woede’ expliciet naar de grote stakingen van de ‘winter van onvrede’ in 1978-1979. In de Franse demonstraties waren op de plakkaten verwijzingen naar Mei ‘68 en de strijd tegen de CPE [de startbanen voor jongeren] in 2006 te zien en tegelijkertijd een begin van een overdenking op deze bewegingen. En dat alles terwijl de staat beperkingen oplegt en veel ophef blijft maken om de oorlog te rechtvaardigen.

Natuurlijk zijn we nog ver verwijderd van een massale en diepgaande terugkeer van het klassenbewustzijn. Natuurlijk zitten al deze uitingen van solidariteit en overdenking vol verwarringen en illusies, waardoor deze  gemakkelijk op een dwaalspoor gebracht worden door de inkaderingsstructuren van de bourgeoisie, de vakbonden en de linkse partijen. Maar beseffen de revolutionairen, die dit alles vanaf het balkon gadeslaan, hun neus ophalend (3), welke verschuiving er plaatsvindt in vergelijking met voorgaande decennia, decennia van stilte, berusting, afwijzing van het idee zelf van de arbeidersklasse en vergetelheid van haar ervaringen?

De bourgeoisie profiteert van de nog steeds reusachtige zwakheden van de arbeidersklasse

Hoewel deze strijd duidelijk aantoont dat de arbeidersklasse niet verslagen is en de enige maatschappelijke kracht blijft die in staat is om de bourgeoisie het hoofd te bieden, is haar strijd nog lang niet gestreden. Ze gaat nog steeds gebukt onder reusachtige zwakheden en illusies, die op onbarmhartige wijze worden geïllustreerd door de huidige bewegingen. Tot nu toe zijn de vakbonden erin geslaagd om de strijd als geheel in te kaderen, ze binnen een sterk corporatistisch kader te houden, zoals we momenteel kunnen zien in Frankrijk en Duitsland, terwijl ze, waar nodig, de voorkeur geven aan een schijn van eenheid en radicalisme, zoals met het ‘Gemeenschappelijk Front’ van de Canadese vakbonden of de beweging in Finland.

Tijdens de beweging tegen de pensioenhervorming in Frankrijk begonnen vele arbeiders, op hun hoede voor de eindeloze dagen van mobilisatie door de vakbonden, zich af te vragen hoe ze moesten vechten, hoe ze zich moesten verenigen, hoe ze de regering moesten doen wijken... maar nergens slaagde de klasse erin om de vakbonden de leiding van de strijd te betwisten door middel van zelfstandige algemene vergaderingen, net zoals ze niet in staat was om te breken met de corporatistische logica die door de vakbonden werd opgelegd.

De bourgeoisie zet ook haar hele ideologische arsenaal in om het bewustzijn te ondermijnen dat begint te rijpen in de hoofden van de arbeiders. Terwijl ze zwijgt over de massale stakingen van de arbeidersklasse, heeft ze natuurlijk een oorverdovend lawaai gemaakt over de boerenbeweging. In Duitsland, Nederland, Frankrijk, België, Polen, Spanje... heeft de bourgeoisie opnieuw op haar linkse partijen kunnen rekenen om de deugden op te hemelen van strijdmethoden die de antithese zijn van die van het proletariaat en om uit te leggen dat “de arbeidersbeweging moet profiteren van de bres”. (4) Terwijl het proletariaat schuchter zijn klassenidentiteit begint te herontdekken, buit de bourgeoisie de boerenstrijd ideologisch uit met een mediaoffensief om het denkproces dat gaande is te saboteren en de aandacht af te leiden van de vele arbeidersstakingen.

Ze bespaart zich ook geen moeite om de arbeidersklasse aan de kar van de burgerlijke democratie te binden. Terwijl de verrotting van haar systeem politieke afwijkingen voortbrengt zoals Trump in de Verenigde Staten, Milei in Argentinië, het Rassemblement National in Frankrijk, Alternative für Deutschland, Fratelli d'Italia enzovoort, probeert de bourgeoisie zowel in Europa als in Amerika, althans haar fracties die het minst verrot zijn door de ontbinding van de maatschappij, om de invloed van uiterst-rechtse partijen te beperken en haar successen in allerijl te gebruiken tegen de arbeidersklasse. Met name in Duitsland gingen, na oproepen van zowel linkse als rechtse partijen, in verschillende steden, meer dan een miljoen mensen de straat op om te protesteren tegen uiterst-rechts. Opnieuw is het doel om democratische illusies in stand te houden en te voorkomen dat het proletariaat zijn historische strijd verdedigt tegen de burgerlijke staat verdedigt.

Eén ding is echter zeker: in de hitte van de huidige en toekomstige strijd zal de arbeidersklasse geleidelijk aan de politieke wapens vinden om zich te verdedigen tegen de valstrikken van de bourgeoisie en uiteindelijk haar weg zal vinden naar de kommunistische revolutie.

EG, 20 februari 2024

1 International revolution or the destruction of humanity: the crucial responsibility of revolutionary organisations, International Review nr. 170 (2023).

2 After the rupture in the class struggle, the necessity for politicisation, International Review nr. 171 (2023).

3 The ICT's ambiguities about the historical significance of the strike wave in the UK, ICConline.

4 Anger of the farmers: a cry of despair instrumentalised against workers’ consciousness, ICConline.

 

Rubric: 

Internationale heropleving van de strijd