Geconfronteerd met de oorlog en de crisis mag de arbeidersklasse geen enkel offer aanvaarden

Printer-friendly version

Het ontketenen van oorlogszuchtige barbaarsheid in Oekraïne blijft de hele wereld bedreigen met ‘collateral damage’, waaronder met name meer ellende in de wereld, een aanzienlijke verergering van de economische aanvallen tegen de arbeidersklasse: intensivering van de uitbuiting, stijging van de werkloosheid, inflatie.

Afgezien van de Russische dreiging met nucleaire aanvallen en het risico dat radioactieve wolken ontsnappen uit Oekraïense kerncentrales, die door de gevechten zijn beschadigd, houden de maatregelen om de Russische economie op de knieën te dwingen, die door een aantal landen zijn genomen of gepland, het risico in dat de wereldeconomie wordt gedestabiliseerd. Bovendien zal, als tragische illustratie van de huidige oorlogsescalatie, de sterke tendens tot verhoging van de militaire uitgaven (met name geïllustreerd door het plotselinge besluit om deze in Duitsland te verdubbelen) een extra factor vormen bij de verzwakking van de economische situatie in de betrokken landen.

 

Op weg naar een nieuwe wereldwijde economische depressie en nieuwe oorlogen

De economische represailles tegen Rusland zullen voor veel Europese landen tekorten aan grondstoffen betekenen en voor een aantal van hen het verlies van afzetmarkten in Rusland. De grondstoffenprijzen zullen nog lange tijd stijgen en daardoor ook de prijzen van veel goederen. De recessie zal zich over de hele wereld verspreiden en op deze schaal zal de ellende toenemen en de uitbuiting van de arbeidersklasse verhevigen.

Wij overdrijven geenszins, zoals blijkt uit deze verklaringen van Duitse deskundigen die zich richten tot een “goed geïnformeerd publiek”die graag de toekomst wil inschatten om de belangen van de bourgeoisie te verdedigen : “Wij hebben het over een ernstige economische crisis in Duitsland en dus in Europa”. “Bedrijfsfaillissementen en werkloosheid” zouden dan in het verschiet liggen en voor lange tijd: “We hebben het hier niet over drie dagen of drie weken”, maar eerder over “drie jaar”.[1] In deze context zou een energieprijs, die aanhoudend op een historisch hoog niveau blijft, gevolgen hebben die zich tot ver buiten Duitsland en Europa uitstrekken en vooral de arme landen treffen. Uiteindelijk zou een dergelijke stijging van de energieprijzen, zo werd gisteren gezegd, “in Azië, Afrika en Zuid-Amerika kunnen leiden tot de ineenstorting van hele staten”[2].

De omvang en de diepgang van de maatregelen tegen Rusland, ondanks hun onmiskenbare strengheid, verklaren op zichzelf niet de economische tsunami die de wereld zal treffen. Hier moet rekening worden gehouden met het huidige niveau van achteruitgang van de wereldeconomie, die het resultaat is van een langdurig proces van verscherping van de crisis van het kapitalisme. Maar over deze kwestie zwegen de ‘deskundigen’, om niet te hoeven toegeven dat de oorzaak van de aftakeling van het wereldkapitalisme ligt in zijn historische en onoverkomelijke crisis, zoals zij er ook voor waken deze oorlog, zoals alle oorlogen die sinds de Eerste Wereldoorlog zijn uitgebroken, te identificeren als een product van het kapitalisme in verval.  Evenmin vermelden zij enkele van de gevolgen van een nieuwe duik van de economie in de crisis en de intensivering van de handelsoorlog die daarmee gepaard gaat: een verdere verergering van de imperialistische spanningen en een nieuwe vlucht vooruit in een bewapeningsoorlog [3]. In een soortgelijke benadering in de verdediging van het kapitalisme maken sommigen zich zorgen over de zeer waarschijnlijke gevolgen van een ernstig tekort aan basisvoedingsmiddelen die tot dusver in Oekraïne werden geproduceerd, namelijk sociale onrust in een aantal landen, zonder dat men zich kennelijk bekommert om het lijden van de hongerende bevolking.

 

Een wereldeconomie die ten onder gaat aan de opeenstapeling van tegenspraken van het kapitalisme

De corona-pandemie had reeds de toenemende kwetsbaarheid van de economie aangetoond door het samenkomen van aantal factoren die eigen zijn aan de periode van het kapitalisme sinds de ineenstorting van het Oostblok en de daaropvolgende ontbinding van de blokken.

Een steeds kortere termijnvisie heeft het kapitalisme er in feite toe gebracht om een aantal dwingende noodzakelijkheden van elk uitbuitingssysteem op te offeren op het altaar van de noden   van de crisis en de wereldwijde economische concurrentie, zoals te zorgen voor een goede gezondheid van de uitgebuitenen. Zo heeft het kapitalisme niets gedaan om de uitbraak van de Covid-19 pandemie te voorkomen, die wat betreft de overdracht van dier op mens en de verspreiding ervan over de hele wereld, zelf een zuiver sociaal product is, ook al hadden wetenschappers gewaarschuwd voor het gevaar ervan. Bovendien heeft de verslechtering van het gezondheidsstelsel in de afgelopen 30 jaar ertoe bijgedragen dat de pandemie veel dodelijker was. De omvang van de ramp en de weerslag ervan op de economie werden ook in de hand gewerkt door de verergering van de houding van het ‘ieder voor zich’ op alle niveaus van de maatschappij (een kenmerk van de huidige fase van ontbinding van het kapitalisme), waardoor de klassieke uitingen van concurrentie werden verergerd en er zich onvoorstelbare ontwikkelingen voordeden zoals de oorlog om de mondmaskers, beademingsapparatuur, vaccins, enz… niet alleen tussen landen, maar ook tussen staats- of particuliere diensten binnen een en hetzelfde land. Miljoenen mensen stierven over de hele wereld, en de gedeeltelijke verlamming van de economische activiteit en de desorganisatie ervan leidden in 2020 tot de ergste depressie sinds de Tweede Wereldoorlog.

Doordat de pandemie de economie wereldwijd trof, bracht zij ook nieuwe beperkingen voor de kapitalistische productie aan het licht, zoals de toegenomen kwetsbaarheid van de bevoorradingsketens voor diverse factoren. Het volstaat immers dat één enkele schakel van de keten defect of onbruikbaar is ten gevolge van een ziekte, politieke instabiliteit of een klimaatramp, om ervoor te zorgen dat het eindproduct een - soms zeer aanzienlijke - vertraging oploopt, die onverenigbaar is met de vereisten van de bevoorrading van de markt. Zo kon in sommige landen een aanzienlijk aantal auto's niet op de markt worden gebracht omdat zij op de assemblagelijnen stilstonden in afwachting van ontbrekende onderdelen, die met name door Rusland werden geleverd. Het kapitalisme wordt aldus geconfronteerd met het boemerangeffect van de ongebreidelde ‘globalisering’ van de economie die de bourgeoisie vanaf de jaren 1980 geleidelijk had ontwikkeld om de winstgevendheid van het kapitaal te verbeteren door een deel van de productie uit te besteden, en door veel goedkopere arbeidskrachten te laten uitvoeren.

Bovendien wordt het kapitalisme steeds vaker geconfronteerd met rampen die het gevolg zijn van de klimaatopwarming (grote branden, buiten hun oevers tredende rivieren, grootschalige overstromingen, enz...) die in toenemende mate niet meer alleen de landbouwproductie, maar ook de gehele productie beïnvloeden. Het kapitalisme betaalt op die manier een zware tol voor de niet aflatende uitbuiting en vernietiging van de natuur sinds 1945 (waarvan de gevolgen vanaf de jaren 1970 duidelijker merkbaar werden) door de verschillende kapitalen, die met elkaar wedijveren op zoek naar nieuwe en steeds beperktere bronnen van winst.

Het beeld dat wij zojuist schetsten komt niet uit de lucht vallen, maar is het gevolg van een periode van meer dan honderd jaar verval van het kapitalisme, ingeleid door de Eerste Wereldoorlog. Gedurende die periode werd dit systeem permanent geconfronteerd met de gevolgen van de crisis van overproductie, die de kern vormt van alle tegenstellingen van het kapitalisme. Deze crisis lag aan de basis van alle recessies in die periode: de Grote Depressie van de jaren 1930 en, na een schijn van economisch herstel in de jaren 1950-1960, die door sommigen de  ‘Dertig Glorieuze jaren’ werden genoemd, kwam de open crisis van het kapitalisme eind jaren 1960 opnieuw opzetten. Elk van zijn uitingen resulteert in een ernstiger recessie dan de vorige: 1967, 1970, 1975, 1982, 1991, 2001, 2009. Telkens moest de economische machine weer op gang worden gebracht door middel van schulden die, in steeds grotere mate, alleen zullen worden terugbetaald door middel van nieuwe schulden, enzovoort... Zo is elke nieuwe openlijke manifestatie van de crisis verwoestender, terwijl het middel dat wordt ingezet om de crisis het hoofd te bieden, de schuldenlast, een steeds grotere bedreiging vormt voor de economische stabiliteit.

Een vertraging van de groei tien jaar na de financiële crash van 2008 vereiste opnieuw een verhoging van de schuld; twee jaar daarna vereiste de sterke daling van de productie in 2020 als gevolg van een reeks ‘nieuwe’ factoren (pandemie, klimaatopwarming, kwetsbaarheid van de bevoorradingsketens, ...) op haar beurt een recordsteun voor de economie. Record na record kwam de mondiale schuld steeds verder los te staan van de reële economie, met een sprong naar 256% van de waarde van het mondiale BBP.  Deze situatie is niet onbelangrijk. Het is een factor in de devaluatie van de munten en dus in de ontwikkeling van inflatie. Een aanhoudende prijsstijging houdt het risico in van sociale onrust van uiteenlopende aard (interklassistische bewegingen, klassenstrijd) en vormt een belemmering voor de wereldhandel. Daarom zal de bourgeoisie steeds meer gedwongen worden te balanceren op het slappe koord – iets wat haar weliswaar vertrouwd is, maar wat steeds hachelijker wordt - om aan twee tegenstrijdige noden te voldoen:

  • de rente verhogen om de stijgende inflatie te beteugelen, maar met als gevolg dat de kredietstroom afneemt;
  • ondersteuning van de economie, die zichzelf niet overeind kan houden zonder voortdurende kredietinjecties.

En dat in een context die neigt naar stagnatie van de economie in combinatie met hoge inflatie.

Bovendien bevordert een dergelijke situatie het uiteenspatten van speculatieve zeepbellen die kunnen leiden tot de destabilisatie van de mondiale bedrijvigheid en handel (zoals in de vastgoedsector in de Verenigde Staten in 2008, en in China in 2021).

 

De leugens van de bourgeoisie

Geconfronteerd met alle rampen van deze wereld, of zij nu het gevolg zijn van oorlog of van een economische crisis, beschikt de bourgeoisie altijd over een hele reeks valse verklaringen die, in al hun verscheidenheid, gemeen hebben dat zij de oorzaak van de kwalen die de mensheid teisteren buiten het kapitalisme plaatsen.

In 1973 (een jaar dat slechts een moment was in de verdieping van de open crisis die sindsdien min of meer permanent is geworden) werd de ontwikkeling van de werkloosheid en de inflatie verklaard door de stijging van de olieprijs. De stijging van de olieprijzen is echter een gevolg van de kapitalistische handel en niet van iets dat buiten dit systeem ligt[4]

De huidige situatie is een nieuwe illustratie van deze regel. De oorlog in Oekraïne wordt op het conto van het totalitaire Rusland geschreven en niet van het kapitalisme in crisis, alsof dit land geen integrerend deel zou zijn van het wereldkapitalisme.

Geconfronteerd met de vooruitzichten van een aanzienlijke verergering van de economische crisis, bereidt de bourgeoisie het terrein voor om de proletariërs de verschrikkelijke offers te doen aanvaarden die hen zullen worden opgelegd en die zullen worden gepresenteerd als het gevolg van de vergeldingsmaatregelen tegen Rusland. Haar boodschap is de volgende : “uit solidariteit met het Oekraïense volk, kan de bevolking maar beter aanvaarden om de verwarming iets lager te zetten of iets minder te eten, want dat is de prijs van de noodzakelijke inspanning om Rusland te verzwakken”.

Sinds 1914 is de arbeidersklasse door een hel gegaan: de ene keer als kanonnenvoer in de twee wereldoorlogen en de onophoudelijke, dodelijke regionale conflicten; dan weer als slachtoffer van massale werkloosheid tijdens de Grote Depressie van de jaren 1930; een andere keer gedwongen de handen uit de mouwen te steken voor de wederopbouw van landen en economieën die door twee wereldoorlogen waren verwoest; tenslotte in onzekerheid of in armoede gestort bij elke nieuwe recessie sinds de terugkeer van de wereldwijde economische crisis aan het eind van de jaren 1960.

Geconfronteerd met een nieuwe duik in de economische crisis, geconfronteerd met de steeds zwaarder wegende oorlogsdreiging, zou het haar ondergang betekenen als zij zou luisteren naar de bourgeoisie die haar vraagt om offers te brengen. Integendeel, zij moet gebruik maken van de tegenstellingen van het kapitalisme die tot uiting komen in de oorlog en de economische aanvallen om haar klassenstrijd zo ver en zo bewust mogelijk door te zetten met het oog op de omverwerping van het kapitalisme.

 

Silvio / 26.03. 2022

 

[[1]] “Habeck: Mittel zur Dämpfung der Energiepreise prüfen”, Süddeutsche Zeitung (8 maart 2022)

[2] “USA setzen Ölembargo auf die Tagesordnung”, Frankfurter Allgemeine Zeitung (8 maart 2022)

[3] “Resolutie over de internationale situatie”, Internationale Revue, Engels-, Frans- en Spaanstalige uitgave, nr. 63 (juni 1990).

[4] Lees ons artikel “Stijgende olieprijzen: een gevolg, niet de oorzaak van de crisis”, Internationale Revue, Engels-, Frans- en Spaanstalige uitgave, nr. 19.

Recent en lopend: 

Rubric: 

Imperialistisch conflict in Oekraïne