Door Wereldrevolutie op
Er heerst geen “vrede” in Mali! Integendeel, het Franse imperialisme zinkt steeds dieper weg in de Malinese chaos. Nochtans heeft Frankrijk op hetzelfde moment besloten om toe te slaan in de Centraal-Afrikaanse Republiek, een ander land van de Sahel, om de mensen zogenaamd te “beschermen” en “de orde te herstellen en een verbetering van de humanitaire situatie te bewerkstelligen.” De media tonen inderdaad op dit moment beelden van moordpartijen in Centraal-Afrika en de US State Department maakt melding van een “pre-genocide” situatie. Kortom, gruwelijkheid is alomtegenwoordig in het hart van het Afrikaanse continent. Maar geen pers noemt de verantwoordelijkheid van Frankrijk bij de uitbarsting van deze barbarij, terwijl de Franse staat de acteur of belangrijkste getuige is van de misdaden die in het verleden en in het heden gepleegd zijn in haar voormalig koloniaal territorium.
In tegenstelling tot wat François Hollande leugenachtig beweert, kan de beroemde “overwinning op de terroristische groeperingen” in Mali nog steeds niet worden bevestigd! De Franse macht kan de Malinese bendes tevergeefs dwingen om “vrije” en “democratische” verkiezingen te organiseren (presidentsverkiezingen in augustus en parlementsverkiezingen in november) met het oog op het “herstel van de Malinese staat en de verzekering van de vrede”. Deze valse propaganda is volledig in strijd met de feiten.
Radiostilte over de nieuwe oorlog van Mali
“...waarom 1500 militairen in deze “nieuwe herovering” van Noord Mali storten? Met als aanvulling enkele elementen van het Malinese leger en de Afrikaanse VN-macht, waarvan de Franse officieren “het gebrek aan gevechtsbereidheid en hun middelmatig militair materiaal” betreuren. Tot slot, wat een bizar idee om deze nieuwe Franse interventie “Opération Hydre” te dopen, verwijzend naar de slang met zeven koppen, die opnieuw aangroeien nadat ze zijn afgehakt ... In werkelijkheid komen er regelmatig straaljagers tussenbeide en zijn de gevechten in de buurt van Gao en aan grens met Niger soms hard. (...) In Bamako, sprak admiraal Guillaud (patroon van de Franse legers) van vakwerk . Hij heeft aan generaal Marc Fourcaud, de commandant van het Franse interventiekorps, en zijn officieren geen datum meegedeeld voor het einde van hun interventie: “We moeten adaptatie, verbeelding en waakzaamheid verdubbelen tegen een vijand die tot het bittere einde willen doorgaan.” Om maar te zeggen dat het geen “eenvoudige actie tegen het terrorisme” is, zoals Jean-Yves Le Drian, Minister van Defensie, beweert.” (Le Canard enchaîné, 30/10/13)
“Ondanks de aanwezigheid van duizenden Franse en Afrikaanse troepen in het noorden van Mali om terroristische groepen op te sporen, hebben elementen van deze groepen sinds september 2013 drie dodelijke aanvallen uitgevoerd. De overval van 23 oktober in Tessalit, in het noordoosten van Mali, speciaal gepleegd op de Tjaadse militairen van de geïntegreerde missie van de VN voor de stabilisatie in Mali (Minusma), vertelt ons veel over het vermogen tot weerstand van Aqmi en van Mujao.” (Courrier International, 7-13/11/13)
Voeg daar nog een reeks dodelijke botsingen bij tussen de Malinese leger en nationalistische krachten van het NMLA, met als doel de stad Kidal te controleren. En dan rekenen we nog niet met de bloedige gijzelingen en andere zelfmoordaanslagen, waar de burgers regelmatig voor moeten betalen.
Dit alles bevestigt dat er in Mali nog steeds een bloedige oorlog heerst tussen barbaarse islamisten en bendes die opereren in naam van de verdediging van orde en democratie, maar die allemaal even bloeddorstig zijn en uit zijn op economische voordelen. Zonder enige scrupules zaaien zij dood en verderf onder de bevolking van de Sahel.
Het Franse imperialisme duikt in de Centraal-Afrikaanse chaos
Sinds maart 2013 is de Centraal-Afrikaanse Republiek ondergedompeld in bloedige chaos, nadat een militaire staatsgreep onder leiding van een rebellencoalitie, die zichzelf “Seleka” noemt, de voormalige (putschistische) president François Bozizé verjaagde. In zijn plaats kwam een element van de rebellen, Michel Djotodia. Eenmaal aan de macht, leveren deze gewapende groepen zich dagelijkse over aan moorden, plundering van hulpbronnen (goud, diamant, enz.), afpersing, ontvoering van jeugd in de wijken, verkrachtingen...
Om te ontsnappen aan deze monsterlijke slachting hebben honderdduizenden mensen hun huizen verlaten om hun toevlucht te zoeken in het bos of in de buurlanden. In feite zijn er niet alleen de ex-rebellen die terreur zaaien, maar ook hun tegenstanders. De aanhangers van de ten val gebrachte ex-president bijvoorbeeld gedragen zich als beulen, allemaal onder het onverschillige toezicht van honderden Franse soldaten die op laaghartige wijze de “punten tellen” en de doden. Ongetwijfeld achtervolgd door de “Rwandese ervaring”, waar het Franse imperialisme werd beschuldigd van medeplichtigheid aan genocide, is Frankrijk begonnen aan een nieuwe interventie in Centraal-Afrika.
“Het is slechts een kwestie van dagen en dan zal Frankrijk een militaire operatie starten in de Centraal-Afrikaanse Republiek (RCA). “Een snelle operatie, beperkt in de tijd, om de orde te herstellen en een verbetering van de humanitaire situatie te bewerkstelligen, zei een bron bij het Ministerie van Defensie.” (Le Monde, 11/23/13)
Op het moment van het schrijven van deze regels, kondigt de Franse regering aan duizend soldaten te sturen naar Centraal-Afrika om de 400 soldaten ter plaatse permanent te versterken.
De criminele verantwoordeljkheden van Frankrijk
“Dit is een land dat Parijs heel goed kent, in goede en kwade tijden. Het was zelfs een karikatuur van wat men vroeger “Françafrique” noemde. Een staat waar Frankrijk de regimes gedaan en ongedaan maakte. Dictators die te zelfstandig opereerden, werden door anderen vervangen die nog een schuld bij Frankrijk hadden in te lossen. Men heeft in de afgelopen maanden goed de mysterieuze bezoeken van Claude Gueant en Jean-Christophe Mitterrand te Bangui kunnen bemerken, twee figuren van een zieltogend “Françafrique”.” (Le Monde, 11/28/13)
Inderdaad, de Franse politieagent vindt haar weg terug naar Bangui om haar neo-koloniale orde te herstellen. Maar in tegenstelling tot de grote leugens van de regering Hollande is het niet om “een verbetering van de humanitaire situatie mogelijk te maken” of vanwege “buitengewone misbruiken” die er plaatsvinden. Want bijna een jaar geleden knepen de Franse autoriteiten nog een oogje toe tijdens de “afschuwelijke daden” die plaatsvonden in datzelfde Centraal-Afrika. Nog erger, de stilte bleef tot nog toe gehandhaafd op alle niveaus van de Franse overheid met inbegrip van de reguliere media. En met goede redenen. De Franse regering voelde zich heel ongemakkelijk om de bloedbaden en verminkingen aan te klagen, waar de Centraal-Afrikaanse bevolking onder lijdt.
Laten we niet vergeten dat generaal François Bozizé (die in 2003 aan de macht kwam door een staatsgreep, op afstand bestuurd door Parijs) eind maart 2012 werd omvergeworpen door een coalitie van gewapende groepen (de “Seleka”), gesteund door het achterbakse Frankrijk. In feite heeft het Franse imperialisme zich bediend van gewapende bendes om zich te ontdoen van de oude “dictator” die aan de controle ontsnapte: “Jacob Zuma aarzelde geen seconde om de regering van François Bozizé te hulp te schieten, toen laatstgenoemde bedreigd werd door een gewapende opstand, en deze in december 2012 een beroep op hem deed. De beslissing van Frankrijk om Bozizé te laten vallen en daarbij enigszins dubbelzinnig ondersteund werd door zijn frans-sprekende buren – door Pretoria beschouwd als evenzovele neo-kolonies - heeft de Zuid-Afrikaanse vastberadenheid om in te grijpen verder doen toenemen. Binnen een week werden 400 soldaten van de Zuid-Afrikaans nationale defensiekrachten (SANDF) naar Bangui vervoerd. Gelegerd in de gebouwen van de politieacademie op 9 kilometer afstand, maar ook in Bossembele en in Bossangoa, hebben ze noch contact met de multinationale Afrikaanse krachten aanwezig op het terrein, noch met de VN en natuurlijk ook niet met het Franse contingent. Jakob Zuma is aan niemand verantwoording verschuldigd. En het zijn niet de Chinese bedrijven die zich beklagen. Sinds 3 jaar opereren zij in het grootste geheim in het noordoosten van de Centraal-Afrikaanse Republiek, waar olievelden blijken te zijn. Zij verwachten slechts Zuid-Afrikaanse bescherming om de eerste boringen te kunnen verrichten” (Jeune Afrique, 10/03/13).
Hier zien we de echte reden voor het “laten vallen” van de voormalige president Bozizé: het “verraad” aan zijn Franse meester door met Zuid-Afrika “naar bed te gaan”, een verklaarde rivaal van Frankrijk met daarachter, nauwelijks verscholen, China, een geduchte concurrent die bezig is om zich meester te maken van de olievoorraden van dit land. Nochtans had Hollande Bozizé moeten ondersteunen toen die laatste een beroep op hem deed. Zo staat het in de “defensieakkoorden” tussen de twee landen (die o.a. de permanente Franse militaire aanwezigheid in Centraal-Afrika toestaat). In plaats daarvan heeft de Franse president besloten om zijn “dictatoriale ex-vriend” met alle middelen te “straffen” ondermeer door de bloeddorstige bendes van Seleka de gelegenheid te geven op te rukken tot het presidentieel paleis, overigens omringd door honderden Franse militairen.
Dit staat ons toe ook het cynisme te begrijpen van François Hollande als we hem vandaag horen verklaren: “In Centraal-Afrika worden afschuwelijke daden gepleegd. Een chaos, buitengewoon ernstige misstanden. We moeten handelen. (sic !)”
Ziedaar een hypocrisie die de gruwelijke misdaden probeert te camoufleren en te rechtvaardigen, die de voormalige koloniale macht op het punt staat te begaan in Centraal-Afrika. Eveneens probeert deze hypocrisie de medeplichtigheid te verbergen met de verschillende ter plaatse aanwezige bloeddorstige concurrerende bendes en de grote verantwoordelijkheid in de afschuwelijke bloedbaden die plaatsvinden in deze landen.
Het mag duidelijk zijn dat de regering Hollande lak heeft aan het lot en lijden van de bevolking in de Centraal-Afrikaanse Republiek, Mali en andere. Voor deze gaat het er gewoon om de belangen van het nationale kapitaal te verdedigen in één van de laatste bastions van het Franse imperialisme, de Sahel, een gebied van zeer strategische belang en boordevol grondstoffen. Dit tegen de andere imperialistische haaien, die de Franse invloed bestrijden.
Amina / 29.11.2013