Door Internationalisme op

De barbaarse oorlogen in Oekraïne en het Midden-Oosten lijken eindeloos door te gaan, net als de vele oorlogen in Afrika, met name die in Congo en Soedan. Ondertussen zijn de Europese machten min of meer in de steek gelaten door hun voormalige Amerikaanse ‘beschermer’ en vorderen ze een aanzienlijke verhoging van de militaire uitgaven voor hun ‘verdediging’, wat ongetwijfeld gepaard zal gaan met steeds meer aanvallen op de levensstandaard van de arbeiders. De spanningen tussen de VS en China worden steeds groter. Het vraagstuk van oorlog en de strijd ertegen wordt dus steeds acuter voor al diegenen die de internationale belangen van de arbeidersklasse willen verdedigen.
Maar elke poging om vandaag de dag een duidelijk standpunt tegen oorlog te ontwikkelen wordt onmiddellijk geconfronteerd met een aantal hindernissen.
Aan de ene kant zijn er de wolven in schaapskleren: de organisaties van ‘ultralinks’ van de kapitalistische politiek die zichzelf presenteren als authentieke revolutionairen. De belangrijkste onder hen zijn de trotskistische organisaties, en een aantal van hen zijn nog verder naar links opgeschoven om elke echte vraag over de aard van de oorlog van vandaag op te vangen [1]. De ultralinkse organisaties van de bourgeoisie presenteren zichzelf tegenwoordig als echte verdedigers van het internationalisme. Maar hun internationalisme is slechts een dekmantel voor hun ronduit chauvinistische geloofsbrieven. Zo roepen sommige linkse groeperingen (waaronder anarchisten) op tot steun aan Oekraïne als het ‘minste kwaad’ in de strijd tegen het Rusland van Poetin; andere beschouwen Rusland vandaag nog steeds als een soort anti-imperialistische macht en steunen de oorlog van dat land tegen de NAVO, zoals de World Socialist Web Site. Maar een meer ‘radicale’ trotskistische groep, de Revolutionaire Communistische Partij (voorheen Internationale Marxistische Tendens) lijkt een internationalistisch standpunt in te nemen: “We kunnen geen van beide kanten in deze oorlog steunen, omdat het aan beide kanten een reactionaire oorlog is. Uiteindelijk is het een conflict tussen twee groepen imperialisten”. Maar ten opzichte van de oorlog in het Midden-Oosten is dit internationalisme van de RCP volledig verdwenen: “Vanaf de eerste dag van dit gruwelijke conflict hebben we deelgenomen aan de solidariteitsbeweging voor de Palestijnse bevrijding”. Wat linkse mensen nooit naar voren kunnen brengen is de conclusie die Rosa Luxemburg al trok tijdens de Eerste Wereldoorlog: in de vervalperiode van het kapitalisme, het tijdperk van ‘ongebreideld imperialisme’, zijn alle naties en alle oorlogen imperialistisch. Bovendien zijn alle oorlogen schakels in dezelfde keten van vernietiging: wie bijvoorbeeld de gewapende krachten steunt die vechten voor de “Palestijnse bevrijding”, steunt noodzakelijkerwijs de “As van Verzet” die wordt gesteund door Iran, dat op zijn beurt een leverancier is van dodelijke drones aan Rusland in zijn aanval op Oekraïne.
Maar er is een heel landschap van politieke krachten die een gebied bewonen dat we vaak het ‘moeras’ noemen, “die tussenliggende zone die al diegenen samenbrengt die heen en weer slingeren tussen het kamp van het proletariaat en dat van de bourgeoisie, die voortdurend op weg zijn naar het ene of het andere kamp”[2].
Geconfronteerd met de oorlog in Oekraïne verdedigen een aantal groepen, meestal met een anarchistische achtergrond, een ondubbelzinnig internationalistisch standpunt van oppositie tegen beide kampen, waarbij ze scherpe kritiek uiten op de anarchistische groepen die ‘autonome eenheden’ hebben gevormd binnen het Oekraïense leger. Dit internationalistische standpunt was het uitgangspunt voor de Praagse ‘anti-oorlog’ conferentie die we afgelopen zomer hebben bijgewoond [3]. Maar zoals we ook in Praag zagen, staat het anarchisme haaks op een coherent politiek kader dat uitgaat van de arbeidersklasse als het enige historische subject dat in staat is het kapitalisme omver te werpen en zo een einde te maken aan alle oorlogen. Ze laten zich vaak verleiden tot het zoeken naar onmiddellijke resultaten op basis van het activisme van kleine groepen (bijvoorbeeld pogingen om de productie of levering van wapens te belemmeren of te saboteren). En in sommige gevallen mondt dit soort activisme uit in een regelrecht linkse politiek, zoals in het geval van de Anarchist Communist Group, die vanaf het begin van de oorlog zowel Israël als Hamas afwees, maar tegelijkertijd bekendheid gaf aan de activiteiten van ‘Palestine Action’ [4], een ‘actiegroep’ die duidelijk haar kamp heeft gekozen. Revolutionairen moeten actief tussenkomen in dit landschap, de verwarringen daar blootleggen en de helderheid die het heeft bereikt naar een hoger niveau tillen. Maar hoe zit het met het ‘revolutionaire milieu’ zelf: de organisaties van de enige traditie die de afgelopen eeuw of langer een consequent internationalisme heeft gehandhaafd, de internationale communistische linkerzijde?
Imperialistische oorlog en de taken van het linkskommunisme
Net zoals het proletariaat als geheel, dat Marx in de Bijdrage tot de Kritiek op de Hegelse Rechtsfilosofie “een klasse van de burgerlijke maatschappij die geen klasse van de burgerlijke maatschappij is” noemde, zijn revolutionaire organisaties een ‘vreemd lichaam’ binnen dit systeem, een levende uitdrukking van de kommunistische toekomst, en toch leven en ademen ze binnen dit systeem, en dit betekent dat ze nooit immuun zijn voor het inademen van het gif van de dominante ideologie.
De ziekte die deze ideologie met zich meebrengt staat bekend als opportunisme – de aanpassing aan de vooronderstellingen van dit systeem (zoals het idee dat naties iets eeuwigs zijn en boven de verdeling van de maatschappij in klassen staan) en het afzwakken van principes om een onmiddellijke weerklank te krijgen binnen de massa.
Het binnendringen van het opportunisme in het bestaande milieu van het linkskommunisme is het duidelijkst als we kijken naar de reactie van de verschillende Bordigistische groepen (Internationale Communistische Partijen) op de oorlog in het Midden-Oosten. Na een duidelijk standpunt te hebben ingenomen over de oorlog in Oekraïne, zijn hun verklaringen over Gaza en de Palestijnse kwestie, zoals veel groepen in het moeras, vaak zeer dubbelzinnig, neigend naar steun voor de strijd van de ‘Palestijnse massa’s’ specifiek tegen de Israëlische bezetting, of eisend dat Israëlische arbeiders zich eerst mobiliseren ter ondersteuning van de Palestijnen voordat ze zich kunnen aansluiten bij een gemeenschappelijke klassenstrijd tegen de uitbuiters van beide kampen. Zoals we laten zien in een nieuw artikel in International Review 173, hebben de verwarringen van de Bordigisten over de nationale kwestie diepe historische wortels, en weerspiegelen ze een echte moeilijkheid bij het erkennen dat het kapitalisme niet langer, en nergens, een systeem in zijn opgaande fase met mogelijkheden voor nationale of burgerlijke revoluties zoals het was in de dagen van het Kommunistisch Manifest [5].
Het toegeven aan de burgerlijke ideologie en praktijken, het kenmerk waarmee de ‘rechtervleugel’ van de arbeidersbeweging zich onderscheidt, is altijd gepaard gegaan met sektarisme tegenover de ‘linkervleugel’ van de beweging, tegenover degenen die hechten aan principes en de capaciteit om de diepgaande veranderingen in de situatie van het kapitalisme en het proletariaat te begrijpen een ergernis is voor degenen die door willen gaan met hun opportunistische plannen. Dit is duidelijk het geval met de Bordigisten, die van de weigering om met andere stromingen van de revolutionaire beweging te discussiëren bijna altijd een nieuw ‘eeuwig principe’ hebben gemaakt, een principe dat volledig in strijd is met de praktijk van de Italiaanse Fractie van de Kommunistische Linkerzijde in de jaren 1930, die altijd beweerde dat de confrontatie van politieke standpunten een vitale noodzaak was voor de ontwikkeling en uiteindelijke eenwording van de revolutionaire beweging.
Toen in 2022 de oorlog in Oekraïne uitbrak, riep de IKS op tot een gezamenlijke verklaring van alle echte groepen van het linkskommunisme ter verdediging van de internationalistische principes [6]. Dit werd gevolgd door andere oproepen (rond de oorlog in het Midden-Oosten, de burgerlijke campagnes rond de ‘verdediging van de democratie’ tegen populistisch rechts). Op enkele uitzonderingen na, waarvan we het belang niet willen onderschatten, zijn deze oproepen systematisch verworpen door de andere groepen.
De reactie (of in de meeste gevallen, het uitblijven van een reactie) van de Bordigisten was te verwachten, omdat het past in hun klassiek sektarische idee dat hun verschillende organisaties al de verheven positie hebben bereikt de enige echte klassenpartij te zijn. Maar we moeten ook opmerken dat de Internationalistische Communistische Tendens, wier programmatische standpunten, vooral over de nationale kwestie, veel dichter bij de onze liggen dan die van de Bordigisten, ook onze oproep verwierp, net als haar voorgangers hebben gedaan op andere momenten van acute imperialistische conflicten, zoals bij de Russische invasie in Afghanistan, de oorlog in ex-Joegoslavië, enz. Een gezamenlijke verklaring van de Kommunistische Linkerzijde werd om verschillende redenen verworpen: omdat ze te algemeen was en voorbijging aan belangrijke verschillen in analyse, omdat ze niet gestuurd werd naar groepen die wij als parasitair definiëren maar die zij willen accepteren als deel van het linkskommunisme (bijvoorbeeld de GIGC [7]), en vooral omdat haar voornaamste bekommernis was om een breder scala aan internationalistische groepen en individuen samen te brengen. Vandaar haar No War But the Class War initiatief, waarbij groepen worden gevormd op basis van een beperkt aantal principes om propaganda of agitatie te voeren tegen imperialistische oorlog [8].
Voor ons was dit een nieuw geval van sektarisme ten opzichte van het linkskommunisme dat gepaard ging met een opportunistische benadering van het moeras - het NWBCW-initiatief was vooral gericht op het anarchistische milieu en werd voorafgaand aan de Praagse conferentie aangeboden als een weg vooruit voor al haar zeer heterogene componenten, waarvan de meerderheid het verzet tegen de oorlog op een volledig activistische manier ziet. In feite, zoals we in een artikel over de conferentie hebben betoogd, was een van de positievere elementen die uit deze bijeenkomst naar voren kwamen het voorzichtige begin van politieke samenwerking tussen de IKS en de Communist Workers’ Organisation (de aan de ICT gelieerde organisatie in het VK) bij het naar voren brengen van een kritiek op individueel of klein groepsactivisme, gebaseerd op een duidelijke erkenning dat verzet tegen imperialistische oorlog alleen kan voortkomen uit de massale strijd van het proletariaat ter verdediging van zijn eigen klassenbelangen[9].
Naar onze mening was dit fragiele moment van eenheid tussen de krachten van de Kommunistische Linkerzijde (dat op echte vijandigheid stuitte van sommige ‘organisatoren’ van de conferentie) een bevestiging van de benadering van de linkervleugel, met name Lenin en de Bolsjewiki, tijdens de conferenties van Zimmerwald en Kienthal tijdens de Eerste Wereldoorlog. De Bolsjewieken begrepen de noodzaak om aan deze conferenties deel te nemen ondanks het feit dat er pacifisten en centristen en ook consequente internationalisten aan deelnamen. Het belangrijkste was om aanwezig te zijn om een rigoureuze kritiek op het pacifisme en centrisme naar voren te kunnen brengen en om een echt internationalistisch standpunt te schetsen (dat op dat moment het best werd uitgedrukt door de leuze “zet de imperialistische oorlog om in een burgeroorlog”). Dezelfde conclusie kan worden gebruikt vandaag: ja, we moeten erop uit gaan en iedereen opzoeken die tegen de imperialistische oorlog wil vechten, met hen samenkomen en met hen discussiëren, maar zonder concessies te doen aan het verwarde idee van organisatie van de groepen, aan hun politieke onsamenhangendheid en aan de burgerlijke en kleinburgerlijke ideologie. Om dit te doen is een verenigd standpunt van de groepen van het linkskommunisme een essentieel uitgangspunt.
Hiermee willen we niet ontkennen dat er belangrijke meningsverschillen bestaan tussen de groepen van de Kommunistische Linkerzijde, zoals de vraag of de huidige drang naar oorlog leidt tot de heropbouw van imperialistische blokken en afstevent op een derde wereldoorlog, of dat de heersende tendens gaat in de richting van een imperialistische chaos die niet minder gevaarlijk is. Dit zijn discussiepunten waar we op terug zullen komen in een tweede artikel, dat zich zal richten op de betekenis van de ‘scheiding’ tussen de VS en Europa. Maar wat Praag liet zien is dat het linkskommunisme echt de enige stroming is die het probleem van oorlog vanuit een klassenperspectief kan benaderen. Naar onze mening leidt de toepassing van dit perspectief in de huidige omstandigheden tot de conclusie dat de mogelijkheid van een massaal proletarisch verzet tegen de imperialistische oorlog voornamelijk zal voortkomen uit de strijd van de arbeiders tegen de aanvallen op hun levensstandaard als gevolg van de economische crisis. Het feit dat deze aanvallen steeds meer gepaard gaan met oproepen tot offers om de oorlogseconomie op te bouwen, zal er zeker toe bijdragen dat arbeiders de link kunnen leggen tussen de strijd voor economische eisen en de kwestie van de imperialistische oorlog, en uiteindelijk hun strijd kunnen politiseren, maar dit blijft een lang proces dat niet moet leiden tot ongeduldige acties die de neiging hebben de noodzakelijke massale strijd van het proletariaat te vervangen. Na tientallen jaren van teruggang in de klassenstrijd kan de arbeidersklasse haar gevoel van zichzelf als klasse - als een wereldmacht die geen vaderland heeft om te verdedigen - alleen terugwinnen door de harde leerschool van de verdediging van haar levensstandaard te doorlopen. De organisaties van de Kommunistische Linkerzijde zullen zeker een sleutelrol spelen in het herstel van de klassenidentiteit en uiteindelijk van het perspectief van de revolutie, maar ze kunnen dit alleen doen als autonome politieke organisaties die gebaseerd zijn op een samenhangend platform en niet als losse ‘fronten’ die misleidend genoeg de mogelijkheid lijken te bieden van meer direct succes in het tegengaan of zelfs stoppen van de oorlog.
D’nA
[1] Zie ons artikel De twist tussen ‘Révolution Permanente’ en ‘Lutte Ouvrière’: Twee trotskistische varianten van dezelfde nationalistische standpunten, ICC Online
[2] De twee spenen die de communisten zogen: Ontkenning van het revolutionaire proletariaat, ontkenning van de dictatuur van het proletariaat, International Review N°172
[3] Praagse “Actieweek”: Activisme is een barrière voor politieke verheldering, International Review N°172
[4] https://www.anarchistcommunism.org/2025/04/14/palestine-antimiltarist-ja..., en ons artikel Het ACG zet weer een stap in de richting van steun aan de nationalistische oorlogscampagne, ICC Online
[5] De nationale kwestie volgens de Bordigistische legende, International Review N°173
[6] Twee jaar na de Gemeenschappelijke Verklaring van Communistisch Links over de oorlog in Oekraïne, International Review N°172.
[7] De aanval op het IKS: de raison d’être van de IGCL, ICC online.
[8] Voor een meer ontwikkelde kritiek op dit initiatief, zie De ICT en het Geen Oorlog Maar de Klassenoorlog initiatief: een opportunistische bluf die de Communistische Linkerzijde verzwakt
[9https://nl.internationalism.org/content/1751/praagse-actieweek-enkele-le..., Internationalisme n°381