Op 17 oktober verleende het Turkse parlement met overgrote meerderheid
aan het Turkse leger het recht Koerdische guerrilla's van de PKK tot aan hun
bases in Noord Irak te achtervolgen. Vier dagen later werden 13 Turkse soldaten
gedood in een hinderlaag van de PKK. Daarmee werden de vlammen van de reeds
begonnen oorlogscampagne verder aangewakkerd. Nationalistische betogingen,
sommige bijzonder groot, werden over heel Turkije georganiseerd, volop gesteund
door het leger, de politie en de meerderheid van de politieke partijen, de
vakbonden, de media en het onderwijssysteem. Elke burger werd ertoe aangezet de
Turkse vlag uit te hangen en die mee te nemen naar voetbalwedstrijden. Winkels
en overheidsgebouwen wedijveren met elkaar om de grootste vlaggen aan hun
gevels.