Door Internationalisme op
Engeland: de jonge generatie knoopt terug aan bij de strijd
Op 23 oktober, de eerste zaterdag na de bekendmaking van de strenge regeringsmaatregelen, die een drastische beperking van de overheidsuitgaven inhouden, hebben er na oproep van verschillende vakbonden in het hele land manifestaties plaatsgevonden tegen deze aanvallen voortkomend uit de begrotingsplannen. De hoeveelheid deelnemers, die varieerde van 399 in Cardiff tot 15000 in Belfast of 25000 in Edinburg, weerspiegelt de diepe onderliggende woede.
Een ander voorbeeld van afkeer is de rebellie van de studenten tegen de verhoging van de inschrijvingskosten aan de universiteiten met 300%. Deze financiële uitgave alleen al verplicht hen zich zwaar in de schulden te steken, zodat ze na hun studies astronomische afbetalingen dienen te voldoen (die kunnen gaan tot 95.000 euro!). Deze nieuwe verhogingen hebben een hele reeks betogingen uitgelokt, van het Noorden tot het Zuiden van het land (vijf demonstraties in minder dan één maand: op 10, 24 en 30 november op 4 en 9 december). Desondanks is deze verhoging van de inschrijfkosten op 8 december toch definitief aangenomen in de House of Commons.
Stakingen aan de universiteiten, bij de vormingsinstituten, onder de studenten van de lagere en hogere scholen, een lange lijst van bezettingen van universiteiten, veelvuldige bijeenkomsten om te beraadslagen welke weg gevolgd moet worden….. De studenten hebben hierbij steun gekregen en solidariteit ondervonden van veel leerkrachten, die hun ogen te sloten voor de afwezigheid van stakende leerlingen in de klaslokalen (de regelmatige aanwezigheid in de les is streng verplicht) en die de studenten op gingen zoeken en om met hen in discussie te gaan.
De revolte van de studenten en leerlingen tegen de verhoging van de kosten voor het volgen van onderwijs, gaat nog steeds verder. De voorgaande demonstraties zijn geëindigd in harde confrontaties met de anti-oproerpolitie, die een strategie van insluiting voerde. Ze aarzelden daarbij niet om de betogers met de wapenstok te lijf te gaan, met als gevolg dat er veel gewonden vielen en aanhoudingen plaatsvonden en dit vooral in Londen, waar de bezettingen, met de steun van de leraren, plaatsvonden op een vijftiental universiteiten. Op tien november bezetten de studenten de zetel van de Conservatieve Partij en op 8 december hebben ze getracht binnen te dringen in het Ministerie van Financiën en de Hoge Raad, terwijl betogers zich meester probeerden te maken van de Rolls-Royce, die prins Charles en zijn echtgenote Camilla vervoerde.
De studenten, en zij die hun steunden, kwamen goedgezind naar de betogingen, hadden hun eigen spandoeken en leuzen gemaakt, waarbij sommigen onder hen zelfs voor het eerst meededen aan een protestbeweging. De stakingen, manifestaties en bezettingen waren allesbehalve brave gebeurtenissen, zoals vakbonden en de ‘bestuurders’ van links die meestal beogen te organiseren. De spontane werkonderbrekingen, de bestorming van het algemeen hoofdkwartier van de Conservatieve Partij in Millbank, de uitdaging van de politieversperringen, of de inventieve ontwijking ervan, de bestorming van de gemeentehuizen en andere openbare plaatsen, zijn maar enkele voorbeelden van deze openlijke rebelse houding. En de afkeer van de veroordeling der manifestanten door de president van de NUS (Nationale Studenten Vakbond) Porter Aaron in Millbank, waren zo ruim verspreid dat hij vervolgens zijn meest banale excuses diende aan te bieden.
Deze geestdrift van verzet, die bijna oncontroleerbaar was, heeft de regeringsleiders verontrust. Een duidelijk signaal van deze ongerustheid is de mate van repressie die de politie tegen de betogers toepaste. Op 24 november werden in Londen duizenden betogers, enkele minuten na hun vertrek van Trafalgar Square, omsingeld door de politie. Ondanks enkele gelukte pogingen om het politiecordon te doorbreken, hebben de ordetroepen duizenden van hen urenlang in de kou tegengehouden. Op een bepaald ogenblik is de bereden politie dwars door de menigte heengedrongen. Hetzelfde scenario van gebruik van bruut geweld vond plaats in Manchester, in Lewisham Town Hall en elders. Na de inval in de zetel van de Conservatieve Partij in Millbank hebben de dagbladen hun dagelijkse oplage gebracht met foto’s van zogenaamde ‘vandalen’, waarbij schrikbarende geruchten werden verspreid over revolutionaire groeperingen, die zich met hun onheilspellende propaganda gericht hadden op de jongeren van de natie. Dit alles toont de ware aard van de ‘democratie’ waarin wij leven.
De rebellie van de studenten in Groot-Brittannië is het beste antwoord op het idee dat de arbeidersklasse in dit land passief blijft ten opzichte van de stroom van aanvallen, die gelanceerd wordt door de regering op alle aspecten van ons levensniveau: baan, salaris, gezondheid, werkloosheid, invaliditeitsuitkering evenals schoolgeldvergoeding. Ze is een waarschuwing aan de leiders dat een hele nieuwe generatie van de uitgebuite klasse niet langer de logica accepteert van de opofferingen en bezuinigingen n