Door Internationalisme op

De regering-Bayrou is gevallen. Maar de aanvallen zullen doorgaan! Met de volgende regering, of die nu rechts,[1] links of populistisch is, zullen de ontslagen, de bezuinigingen en de uitbuiting alleen maar toenemen. In Frankrijk – zoals overal ter wereld – kan de bourgeoisie slechts één strategie volgen: grootschalige aanvallen opvoeren op de arbeidersklasse. Zij moet de werk- en leefomstandigheden van arbeiders onder druk zetten om zo het failliet van haar eigen systeem af te wentelen. Dit gebeurt om de belangen van het nationale kapitaal te verdedigen in de steeds brutalere chaos van de internationale concurrentie, én om de gigantische uitbreiding van het militaire arsenaal te financieren.
Brute aanvallen en grote woede onder de arbeiders
Deze aanvallen, die sinds decennia niet meer zijn voorgekomen, zijn geen specifiek Frans verschijnsel. Verre van dat! Overal ter wereld legt de bourgeoisie bezuinigingen en de precarisering van banen op. Gedreven door diepe woede, een gevoel van onrechtvaardigheid en afwijzing, verzetten de arbeiders over de hele wereld zich tegen de bezuinigingen: massale demonstraties en stakingen in België sinds januari, een “historische” staking tegen ontslagen bij Stellantis in Italië afgelopen najaar, een “illegale” staking voor de lonen van de werknemers van Air Canada in juli, herhaalde stakingen bij Boeing sinds eind vorig jaar, en dan hebben we het nog niet eens over andere bewegingen overal ter wereld die bevestigen dat de arbeidersklasse haar strijdbaarheid heeft hervonden en zich verzet tegen de aanvallen van de bourgeoisie.
Was België de afgelopen maanden één van de Europese landen die het meest getroffen waren door de mobilisaties tegen de ingrijpende bezuinigingsmaatregelen, nu is het Frankrijk waar de sociale spanningen sterk toenemen. Met of zonder Bayrou zijn de geplande aanvallen bijzonder hevig: gezondheidszorg, onderwijs, transportsector, ziekteverzuim, uitkeringen voor werklozen en gepensioneerden, sociale minima... De hele arbeidersklasse wordt massaal aangevallen! En de bourgeoisie weet heel goed dat de woede enorm is en dat de arbeidersklasse deze ernstige aanvallen niet onbeantwoord zal laten. De ontevredenheid is sinds de strijd tegen de pensioenhervorming twee jaar geleden niet afgenomen, omdat de bourgeoisie er niet in geslaagd is het idee van een nederlaag te doen ontstaan. De aankondiging van het plan-Bayrou en de brutaliteit van de maatregelen hebben deze woede opnieuw aangewakkerd. De arbeidersklasse kan niet anders dan terugslaan.
Geconfronteerd met deze strijdbaarheid heeft de bourgeoisie zich voorbereid, alle mogelijke valstrikken gezet en alle moeilijkheden uitgebuit waarmee het proletariaat te maken heeft om zijn strijd te ontwikkelen en zijn klassenidentiteit terug te vinden. In dit opzicht zijn de huidige en toekomstige strijd in Frankrijk en de ideologische valstrikken van de bourgeoisie leerzaam voor het hele wereldproletariaat.
De valstrik van de “volks”bewegingen
In mei verscheen een ‘burgercollectief’ ten tonele. Het kwam voort uit extreemrechtse of populistische groeperingen (rond de slogan “Nicolas betaalt”) en profiteerde aanvankelijk van de populistische afkeer van vakbonden, partijen en instellingen. Deze beweging van 10 september, die veel publiciteit kreeg in de media, riep op tot het blokkeren van het land en zijn economie, tot het boycotten van alles en nog wat: het gebruik van creditcards, bankautomaten, aankopen in supermarkten, school...
In de loop van de zomer is de populistische component van het collectief grotendeels verdwenen onder de druk van de verontwaardiging onder de bevolking en vooral de woede van de arbeiders na de aankondiging van het aanvalsplan van Bayrou. Met de massale steun van de linkse en extreemlinkse partijen is deze beweging naar de achtergrond verdwenen, waardoor de linkse krachten, van de PS tot LFI, via de PCF en de trotskisten van Révolution Permanente (de vakbonden hebben min of meer afstand genomen), op de voorgrond zijn getreden, wat tegelijkertijd heeft geleid tot een aanzienlijke heroriëntatie van de eisen van deze beweging in de richting van een meer “arbeidersgerichte” inhoud (met name oproepen tot stakingen en demonstraties).
Deze beweging is zeker een uiting van woede en strijdbaarheid. Er zijn zeker arbeiders aanwezig, waarschijnlijk zelfs in de meerderheid. Maar wat zich op het moment van schrijven aftekent, is een interklassistische beweging, zoals we die in 2018 hebben gezien met de gele hesjes, een beweging waarin ‘het volk’ in opstand komt tegen ‘de elites’.
Achter dit soort retoriek gaat een echte valstrik schuil. Want in dit soort bewegingen wordt de arbeidersklasse machteloos gemaakt, terwijl zij juist de enige kracht is die de bourgeoisie echt kan doen beven en in de toekomst het perspectief kan openen op de omverwerping van het failliete kapitalisme. Waarom?
Door een dergelijke beweging tijdens de zomer op grote schaal te promoten, probeerde de bourgeoisie de eisen van de arbeiders te verwateren in die van de middenlagen van de bevolking. De arbeidersklasse oplossen in ‘het volk’ betekent haar laten verdwijnen van het sociale toneel en de ontwikkeling van haar eigen autonome strijd belemmeren. In plaats van aan het hoofd van de beweging te staan en haar slogans (over lonen, arbeidsomstandigheden, onzekerheid, enz.) op te leggen, wordt de beweging van 10 september gebruikt om de arbeidersklasse te overspoelen met eisen die totaal vreemd zijn aan haar belangen, namelijk die van kleine ondernemers (bakkers, ambachtslieden, enz.) en de kleine bourgeoisie (zoals taxichauffeurs of kleine boeren) over “de fiscale druk”, “de lasten”, “de verstikkende normen”...
Het gevaar van democratische mystificatie
Dit soort bewegingen maakt het proletariaat ook bijzonder kwetsbaar voor mystificaties over de burgerlijke “democratie”. Het is duidelijk dat de beweging van 10 september tijdens de zomer haar ‘burgerlijke’ en ‘volks’ karakter helemaal niet heeft verloren. Integendeel, met het ontstaan van burgervergaderingen en het aanhouden van anti-Macron-leuzen heeft links deze beweging voortdurend gebruikt om de arbeidersklasse te verzwakken. De linkse partijen blijven ons maar hameren op het vooruitzicht van een nieuwe premier, nieuwe verkiezingen die een meer sociale regering zouden kunnen opleveren, waardoor ‘de rijken zouden moeten betalen’ en ‘de rijkdom beter zou worden herverdeeld’... Alsof het failliete kapitalisme hervormd kan worden, meer “sociale rechtvaardigheid” kan brengen, alsof uitbuiting in een systeem dat op zijn laatste benen loopt ‘eerlijker’ kan worden! Dat was heel duidelijk in de burgervergaderingen, waar veel werd gesproken over “Macron omverwerpen”, “directe democratie”, “belastingrechtvaardigheid”, enz.
En dat alles, zo wordt ons verteld, zouden we op 10 september op straat kunnen afdwingen! De burgerlijke kringen, linkse partijen en vakbonden verkopen ons al jaren deze onzin: Syriza in Griekenland, Podemos in Spanje, PS en LFI in Frankrijk... achter de mooie woorden gaat altijd bezuinigingsbeleid schuil wanneer ze aan de macht zijn!
De linkse groeperingen, met name de trotskisten, blijven niet achter bij het verspreiden van het gif van het democratisme: Révolution permanente, onder de pen van zijn woordvoerder Anasse Kazib, heeft de CGT (die weigert de beweging van 10 september te steunen) aangevallen: “Wanneer extreemrechts, achter slogans als ‘Nicolas qui paye’ (Nicolas betaalt) en oproepen om niet te staken, 10 september openlijk boycot, moeten we de strijd tot het uiterste voeren om zoveel mogelijk werkers te overtuigen door hen te steunen”. Lutte Ouvrière, die zoals gewoonlijk veel “radicaler” (en sluwer!) is, beschouwt de oproep van 10 september als ‘verwarrend’... zonder de democratische campagne aan de kaak te stellen en illusies te koesteren over de “rechtvaardige verdeling van rijkdom”.
Achter de oproep om “alles te blokkeren” schuilt de valstrik van isolatie
De centrale leus van de beweging van 10 september, “bloquons tous” (“laten we alles blokkeren”), is onder het mom van radicaliteit ook een valstrik voor de arbeidersklasse. Het “blokkeren van de economie” is een wapen dat voortdurend door de vakbonden wordt gebruikt om het proletariaat te ontwapenen. Terwijl de strijdende arbeiders de solidariteit van hun klassenbroeders moeten zoeken, hun bewegingen zoveel mogelijk moeten uitbreiden en verenigen, betekent “alles blokkeren” dat men de arbeiders probeert op te sluiten in hun bedrijf, in hun sector, achter hun stakingspiket. In plaats van grote, autonome en soevereine algemene vergaderingen, die voor iedereen openstaan en de proletariërs over de corporatistische grenzen heen samenbrengen, waardoor de klasse haar eigen kracht levendig kan voelen en haar collectieve reflectie kan ontwikkelen, worden de arbeiders opgesloten achter de barricade van hun bedrijf. Deze wil om de proletariërs te isoleren ging zelfs zo ver dat er werd opgeroepen tot “algemene zelfisolatie”, dat wil zeggen thuisblijven, volledig versnipperd!
Het is niet de eerste keer dat de bourgeoisie een dergelijke tactiek hanteert. In 2010 en 2023, toen er in Frankrijk massale protesten waren tegen de pensioenhervormingen, sloten de vakbonden de werknemers van de raffinaderijen en de spoorwegarbeiders op in langdurige blokkades, waardoor ze werden meegesleept in uitputtende acties, afgescheiden van de rest van hun klasse. Deze bewegingen leidden tot verdeeldheid tussen degenen die wilden blijven blokkeren en staken en de arbeiders die gedwongen waren om weer aan het werk te gaan en zonder benzine of openbaar vervoer kwamen te zitten.
Heel anders was de massale staking van 1980 in Polen, die volledig werd genegeerd door de media, toen de arbeiders de productie-apparatuur gebruikten, niet om zich op te sluiten in belegerde citadellen, maar om de strijd uit te breiden. De treinen reden toen om de stakers massaal naar de verzamelplaatsen en massabijeenkomsten te brengen. Binnen twee maanden was het land (in werkelijkheid en niet in fantasie) volledig lamgelegd.
De noodzaak van een reactie op klasseterrein
De woede en de wil om te vechten zijn aanwezig onder de arbeiders, ook al zijn er nog steeds reële zwakheden wat betreft de erkenning van hun klassenidentiteit. De bourgeoisie maakt van de zwaktes gebruik om deze strijdbaarheid af te leiden naar interklassisme. De arbeidersklasse kan deze afleiding tegengaan door zich te baseren op haar historische ervaring, zoals die van Polen in 1980, mei 1968 in Frankrijk, of meer recentelijk de beweging tegen de CPE in 2006. De kracht van een strijdbeweging ligt in het vermogen van de arbeiders om hun strijd in eigen handen te nemen, deze zoveel mogelijk uit te breiden naar alle sectoren en zelfs naar alle landen! Soevereine en autonome algemene vergaderingen, massale delegaties en zo breed mogelijke discussies zijn de beste wapens van de arbeidersbeweging. Dergelijke wapens verschillen sterk van burgervergaderingen die tot doel hebben via de straat “volksdruk” op de regering uit te oefenen. De arbeidersvergadering daarentegen streeft naar het ontwikkelen van de strijd en de klassensolidariteit, het enige terrein waarop vandaag de dag de staat kan worden teruggedrongen en morgen het failliete kapitalisme kan worden omvergeworpen.
In een dergelijke dynamiek zullen de arbeiders onvermijdelijk in conflict komen met de vakbonden, die valse vrienden van de arbeidersklasse zijn en in werkelijkheid de waakhonden van de bourgeoisie. Hun rol is om de strijd in goede banen te leiden, de arbeiders te verdelen, sector per sector, bedrijf per bedrijf, en elke overname en uitbreiding van de strijd te verhinderen. De vakbonden plannen trouwens nu al een reeks acties om verdeeldheid te zaaien en ook ideologisch de woede van de arbeiders in goede banen te leiden. Na een interprofessionele vakbondsbijeenkomst om “de mobilisatie te organiseren” en het lanceren van een collectieve petitie om “nee tegen de begroting van Bayrou” te zeggen, wordt een mobilisatie aangekondigd op 18 september, met de mogelijkheid van een protestdag op 3 oktober... Dit alles met de eeuwige en demoraliserende vakbondsoptochten, iedereen achter zijn eigen spandoek, zonder debat, met oorverdovende luidsprekers om elke discussie te verhinderen.
De strijd op klassengebied, met de wapens van het proletariaat, kan niet zomaar worden afgekondigd. Het is bovenal een enorme inspanning van collectief nadenken. Het is geen gemakkelijke weg, maar het is de enige die de mensheid een toekomst kan bieden. Om dit te bereiken moeten de meest strijdbare arbeiders, waar ze dat kunnen, samenkomen, discussiëren, debatteren, de ervaring van onze klasse opnieuw eigen maken en toekomstige strijd voorbereiden.
De arbeidersklasse kan haar revolutionaire perspectief niet verdedigen door te vertrouwen op de vakbonden, die professionele saboteurs van de strijd zijn, of op één of ander “collectief” dat alle klassen wil verenigen in een oproep tot “boycot”, of door te vertrouwen op de burgerlijke politieke partijen en hun parlement. De bourgeoisie weet heel goed dat het wereldwijde proletariaat zijn strijdbaarheid terugvindt in het licht van de aanvallen en massaal reageert, dat er uit de strijd strijdbare arbeidersminderheden zullen voortkomen, die zullen willen discussiëren over hoe te strijden, die zullen begrijpen dat links en de vakbonden ons tot machteloosheid veroordelen. Dat is wat zij vandaag de dag het meest vreest en wat zij, met het laboratorium dat Frankrijk vandaag de dag is, probeert te bezweren n
TG/09.09.2025
[1] Op het moment van schrijven ziet het er naar uit dat de voormalige minister van Defensie, Sébastien Lecornu, benoemd zal worden.