Sinds zaterdag 7 oktober zijn de inwoners van Israël en Gaza is een stortvloed van dodend vuur, lood en staal terechtgekomen. Aan de ene kant Hamas. Aan de andere het Israëlische leger. In het midden worden burgers gebombardeerd, beschoten, geëxecuteerd en gegijzeld. Het dodental loopt al in de duizenden.
Overal ter wereld roept de bourgeoisie ons op om partij te kiezen. Voor het Palestijnse verzet tegen de Israëlische onderdrukking. Of voor het Israëlische antwoord op het Palestijnse terrorisme. Elk hekelt de barbaarsheid van de ander om oorlog te rechtvaardigen. De Israëlische staat onderdrukt het Palestijnse volk al tientallen jaren, met blokkades, pesterijen, controleposten en vernederingen: dus wraak zou gerechtvaardigd zijn. Palestijnse organisaties steken onschuldige mensen neer, of doden ze met bomaanslagen. Elke partij roept op tot het vergieten van het bloed van de ander.
Deze logica van de dood is die van de imperialistische oorlog! Het zijn onze uitbuiters en hun staten die altijd een genadeloze oorlog voeren om hun eigen belangen te verdedigen. En het zijn wij, de arbeidersklasse, de uitgebuitenen, die altijd de prijs betalen, met ons leven.
Voor ons, proletariërs, valt er geen kant te kiezen, we hebben geen vaderland, geen natie om te verdedigen! Aan beide kanten van de grens zijn we klassebroeders! Geen Israël, geen Palestina!
De twintigste eeuw was een eeuw van oorlogen, de meest gruwelijke oorlogen in de geschiedenis van de mensheid, en geen enkele ervan diende de belangen van de arbeiders. De arbeiders werden altijd opgeroepen om zich in te lijven en met miljoenen als kanonvoeder te dienen voor de belangen van hun uitbuiters, in naam van de verdediging van "het vaderland", "de beschaving", "de democratie" of zelfs "het socialistische vaderland" (zoals sommigen de USSR van Stalin en de goelag voorstelden).
Vandaag woedt er een nieuwe oorlog in het Midden-Oosten. Aan beide kanten roepen de heersende klieken de uitgebuitenen op om "het vaderland te verdedigen", of ze nu Joods of Palestijns zijn. Deze Joodse arbeiders die in Israël worden uitgebuit door Joodse kapitalisten, deze Palestijnse arbeiders die worden uitgebuit door Joodse kapitalisten of door Arabische kapitalisten (en vaak veel harder dan door Joodse kapitalisten, omdat in Palestijnse bedrijven het arbeidsrecht nog dat van het voormalige Ottomaanse Rijk is).
Joodse arbeiders hebben al een zware prijs betaald voor de oorlogswaanzin van de bourgeoisie in de vijf oorlogen waaronder ze sinds 1948 hebben geleden. Zodra ze uit de concentratiekampen en getto's van een door de wereldoorlog verwoest Europa kwamen, werden de grootouders van degenen die vandaag het uniform van de Tsahal dragen, meegesleurd in de oorlog tussen Israël en de Arabische landen. Daarna betaalden hun ouders de prijs met hun bloed in de oorlogen van '67, '73 en '82. Deze soldaten zijn geen afzichtelijke bruten die alleen maar denken aan het doden van Palestijnse kinderen. Het zijn jonge dienstplichtigen, de meesten arbeiders, die sterven van angst en afschuw, die gedwongen worden om als politieagent op te treden en gehersenspoeld worden met de ongeziene "barbaarsheid" van de Arabieren.
Ook Palestijnse arbeiders hebben al een verschrikkelijke prijs met hun bloed betaald. Ze zijn in 1948 van huis en haard verdreven door de oorlog van hun leiders en hebben het grootste deel van hun leven in concentratiekampen doorgebracht. Als tieners werden ze ingelijfd bij de Fatah, PFLP of Hamas milities of gedwongen er deel van uit te maken.
Hun grootste massamoordenaars zijn trouwens niet de legers van Israël, maar die van de landen waar ze ondergebracht werden, zoals Jordanië en Libanon: in september 1970 ("Zwarte September") roeide "Kleine Koning" Hoessein hen massaal uit, zozeer zelfs dat sommigen van hen hun toevlucht zochten in Israël om aan de dood te ontsnappen. In september 1982 werden ze door Arabische milities (weliswaar christelijke en geallieerd met Israël) afgeslacht in de kampen Sabra en Shatila in Beiroet.
Vandaag willen ze, in naam van het "Palestijnse vaderland", opnieuw Arabische arbeiders mobiliseren tegen de Israëli's, d.w.z. voornamelijk Israëlische arbeiders, net zoals ze vragen aan deze laatsten om zich te laten doden ter verdediging van het "beloofde land".
Nationalistische propaganda stroomt walgelijk van beide kanten, geestdodende propaganda die is ontworpen om mensen in woeste beesten te veranderen. De Israëlische en Arabische bourgeoisie wakkeren dit al meer dan een halve eeuw aan. Israëlische en Arabische arbeiders hebben voortdurend te horen gekregen dat ze het land van hun voorouders moeten verdedigen. Voor de eersten heeft de systematische militarisering van de samenleving een psychose van omsingeling ontwikkeld om van hen "goede soldaten" te maken. Bij de laatsten zat het verlangen ingebakken om de strijd met Israël aan te gaan om een thuis te vinden. Om dit te bereiken hielden de leiders van de Arabische landen waar ze naartoe gevlucht waren hen tientallen jaren vast in concentratiekampen, met ondraaglijke leefomstandigheden.
Nationalisme is een van de ergste ideologieën die de bourgeoisie heeft uitgevonden. Het is de ideologie die het mogelijk maakt om het antagonisme tussen uitbuiters en uitgebuitenen te maskeren, om allen achter dezelfde vlag te verenigen, waarvoor de uitgebuitenen zullen worden gedood in dienst van de uitbuiters, ter verdediging van hun klassenbelangen en privileges.
Als klap op de vuurpijl gaat deze oorlog gepaard met het gif van religieuze propaganda, het soort dat het meest demente fanatisme creëert. Joden worden opgeroepen om de Klaagmuur van Salomons Tempel met hun bloed te verdedigen. Moslims moeten hun leven geven voor de Moskee van Omar en de heilige plaatsen van de Islam. Wat er vandaag in Israël en Palestina gebeurt, bevestigt duidelijk dat religie "de opium van het volk" is, zoals de revolutionairen van de 19e eeuw het uitdrukten. Het doel van religie is om de uitgebuitenen en onderdrukten te troosten. Degenen voor wie het leven op aarde een hel is, wordt verteld dat ze na hun dood gelukkig zullen zijn, op voorwaarde dat ze hun verlossing weten te verdienen. En deze verlossing wordt ingewisseld voor offers, onderwerping, zelfs het opgeven van hun leven in dienst van de "heilige oorlog".
Het feit dat aan het begin van de 21e eeuw ideologieën en bijgeloof die teruggaan tot de oudheid of de middeleeuwen nog steeds op grote schaal worden gebruikt om mensen ertoe te brengen hun leven op te offeren, spreekt boekdelen over de staat van barbarij waarin het Midden-Oosten, samen met vele andere delen van de wereld, zich bevindt.
Het waren de leiders van de grootmachten die de helse situatie hebben gecreëerd waarin de uitgebuite mensen van deze regio vandaag met duizenden tegelijk sterven. Het was de Europese bourgeoisie, en in het bijzonder de Britse bourgeoisie met haar "Balfour Declaration" van 1917, die, om te verdelen en te heersen, de oprichting van een "Joods thuisland" in Palestina toestond en zo de chauvinistische utopieën van het zionisme bevorderde. Het waren diezelfde bourgeoisiën die, in de nasleep van de Tweede Wereldoorlog die ze net hadden gewonnen, ervoor zorgden dat honderdduizenden Midden-Europese Joden naar Palestina werden vervoerd nadat ze de kampen hadden verlaten of ver van hun regio van herkomst rondzwermden. Dit betekende dat ze hen in hun land niet hoefden op te nemen.
Het waren diezelfde bourgeoisiën, eerst de Britse en de Franse, daarna de Amerikaanse, die de staat Israël tot de tanden bewapenden om Israël de rol van speerpunt van het Westerse blok in deze regio te geven tijdens de Koude Oorlog, terwijl de USSR van haar kant haar Arabische bondgenoten zoveel mogelijk bewapende. Zonder deze grote "sponsors" hadden de oorlogen van 1956, 67, 73 en 82 niet kunnen plaatsvinden.
Vandaag bewapenen en pushen de bourgeoisie van Libanon, Iran en waarschijnlijk ook Rusland Hamas. De Verenigde Staten hebben zojuist hun grootste vliegdekschip naar de Middellandse Zee gestuurd en nieuwe wapenleveranties aan Israël aangekondigd. In feite zijn alle grootmachten min of meer direct betrokken bij deze oorlog en deze slachtpartijen!
Deze nieuwe oorlog dreigt het hele Midden-Oosten in chaos te storten! Dit is niet de zoveelste bloedige confrontatie die deze hoek van de wereld opnieuw in rouw dompelt. Alleen al de omvang van de moordpartijen laat zien dat de barbaarsheid een nieuw niveau heeft bereikt: jonge mensen die dansend met machinegeweren worden neergemaaid, vrouwen en kinderen die op straat van dichtbij worden geëxecuteerd, met geen ander doel dan het bevredigen van een verlangen naar blinde wraak, een bommentapijt om een hele bevolking uit te roeien, twee miljoen mensen die van alles zijn beroofd - water, elektriciteit, gas, voedsel... Er zit geen militaire logica achter al deze wreedheden, achter al deze misdaden! Beide partijen wentelen zich in de meest afschuwelijke en irrationele moorddadige woede!
Maar er is nog iets ernstigers: deze doos van Pandora zal nooit meer dichtgaan. Net als in Irak, Afghanistan, Syrië en Libië zal er geen weg terug zijn, geen "terugkeer naar vrede". Het kapitalisme sleurt steeds grotere delen van de mensheid mee in oorlog, dood en ontbinding van de samenleving. De oorlog in Oekraïne duurt nu al bijna twee jaar en verzandt in een eindeloos bloedbad. Ook in Nagorno-Karabach zijn bloedbaden aan de gang. En er dreigt al een nieuwe oorlog tussen de naties van het voormalige Joegoslavië. Kapitalisme is oorlog!
De arbeiders van elk land moeten weigeren partij te kiezen voor het ene of het andere kamp van de bourgeoisie. In het bijzonder moeten ze weigeren zich te laten misleiden door de retoriek van die partijen die beweren van de arbeidersklasse te zijn, de partijen van links en extreem-links die hen vragen hun "solidariteit met de Palestijnse massa's" te tonen in hun zoektocht naar hun recht op een "vaderland". Het Palestijnse vaderland zal nooit iets anders zijn dan een burgerlijke staat die in dienst staat van de uitbuitende klasse en die diezelfde massa's onderdrukt, met politie en gevangenissen. De solidariteit van de arbeiders van de meest ontwikkelde kapitalistische landen gaat niet naar de "Palestijnen", net zomin als ze naar de "Israëli's" gaat, onder wie er uitbuiters en uitgebuitenen zijn. Ze gaat naar de arbeiders en werklozen van Israël én Palestina (die bovendien al strijd hebben gevoerd tegen hun uitbuiters ondanks alle hersenspoelingen waaraan ze zijn onderworpen), net zoals ze gaat naar de arbeiders van alle andere landen van de wereld. De beste solidariteit die zij kunnen bieden is zeker en vast niet hun nationalistische illusies aan te moedigen.
Deze solidariteit betekent vooral het ontwikkelen van hun strijd tegen het kapitalistische systeem dat verantwoordelijk is voor alle oorlogen, een strijd tegen hun eigen bourgeoisie.
De arbeidersklasse zal de vrede moeten winnen door het kapitalisme op wereldschaal omver te werpen, wat vandaag de dag betekent dat er strijd moet worden geleverd op een klasseterrein, tegen de steeds hardere economische aanvallen die op haar worden afgevuurd door een systeem dat in een onoverkomelijke crisis is gestort.
Tegen het nationalisme, tegen de oorlogen waar jullie uitbuiters jullie in willen meeslepen:
Arbeiders aller landen, verenigt u!
IKS/ 09.10.2023
In tegenstelling tot de linkse organisaties en de opgewonden elementen van de kleinburgerij die het spook van de sociale revolutie zien achter ‘alles wat beweegt’, moeten revolutionairen, om een heldere tussenkomst te kunnen doen, een kompas hebben, een methode die het marxisme hen heeft geleerd, gebaseerd op bijna twee eeuwen aan ervaringen van de geschiedenis van de arbeidersbeweging. Het is precies deze methode die hen in staat stelt om de strijd van de arbeidersklasse te begrijpen en erin tussen te komen met een historische en een lange termijnvisie, om niet in de val te lopen van het ongeduld, van het verwachten van onmiddellijke resultaten en zo in het kielzog terecht te komen van de ultralinkse instanties van het kapitaal of van de vakbondsbasis.
Zo analyseerde de IKS in de zomer van 2022 het uitbreken van de strijd in het Verenigd Koninkrijk niet als een eenvoudige plaatselijke gebeurtenis, maar als een fenomeen met een internationale en historische draagwijdte. De hervatting van de arbeidersstrijd, op een schaal die in het Verenigd Koninkrijk sinds de jaren 1980 niet meer was voorgekomen, betekende een echte breuk in de dynamiek van de klassenstrijd. Geconfronteerd met zo'n gebeurtenis besloot de IKS een internationaal pamflet uit te brengen waarin we bevestigden dat de massale stakingen in het Verenigd Koninkrijk "een oproep tot strijd waren voor proletariërs in alle landen".
Dit werd volledig bevestigd in de maanden die volgden, toen er, naast de voortdurende strijd in veel sectoren in het Verenigd Koninkrijk, stakingen uitbraken en mobilisaties ontstonden zowel in verschillende Europese landen als op andere continenten. Voor het grootste deel waren ook deze op een schaal die niet meer was gezien sinds het einde van de jaren 1980, wat een echte terugkeer van de strijdbaarheid van arbeiders bevestigde na tientallen jaren van slapte op een wereldvlak.
In de herfst van 2022 kwam de IKS dus tussen tijdens demonstraties en in stakingsposten. De afdeling van de IKS in Groot-Brittannië is toen acht keer tussengekomen voornamelijk in de stakingsposten in Londen en Exeter, en deelde enkele honderden pamfletten uit. Ze nam ook deel aan de London Anarchist BookFair. De IKS was ook aanwezig op de interprofessionele actiedag in Frankrijk op 29 september 2022.
Tijdens de discussies in de demonstraties en met de stakingsposten verdedigden we de internationale dimensie van de aanvallen en dus de noodzaak voor iedereen om samen te strijden, eensgezind te reageren en zich niet op te sluiten in lokale strijd, in het eigen bedrijf of de eigen sector.
Tegelijkertijd publiceerde de IKS regelmatig artikelen in haar pers (website, kranten, Internationale Revue) die het openlijk proletarische terrein van deze verschillende gevechten onderlijnden, maar vooral hun historische betekenis door te benadrukken dat ze een echte springplank vormden voor het herstel van de klasse-identiteit.
Het uitbreken van de strijd tegen de pensioenen in Frankrijk vanaf januari gaf een nieuwe impuls aan deze dynamiek van internationale strijd. Bijna 6 maanden lang gingen elke week miljoenen arbeiders de straat op om zich te verzetten tegen een verachtelijke aanval van de burgerlijke staat. Tijdens de 13 dagen van mobilisatie, zowel in Parijs als in de provincies, mobiliseerde de IKS al haar krachten en verzamelde haar sympathisanten rond zich om haar pers zo breed mogelijk te verspreiden in de vorm van bijna 130.000 pamfletten en tientallen kranten.
De kwaliteit van de interventie hing af van het vermogen van het IKS om zich aan te passen aan de evolutie van de reactie van de klasse op internationaal vlak, maar ook aan de meer specifieke evolutie van de strijd in Frankrijk. Daarom heeft het IKS zowel pamfletten met een internationale dimensie als meer ‘territoriale’ pamfletten geproduceerd wanneer dat nodig was. Dit werd gedaan om zo effectief mogelijk te reageren op de behoeften van de beweging, niet alleen in Frankrijk, maar vooral op internationaal vlak, omdat er in dezelfde periode in veel landen strijd uitbrak, waarbij het IKS ook kon tussenkomen. In verschillende gradaties was dit het geval in België, Spanje, Nederland, Duitsland, het Verenigd Koninkrijk en Mexico.
Wat waren de belangrijkste oriëntaties voor de tussenkomst die tijdens de manifestaties werden verdedigd, zowel door middel van pamfletten en territoriale kranten als tijdens discussies in de demonstraties?
- In januari 2023 werd in een nieuw internationaal pamflet getiteld "Hoe ontwikkel je een massale, verenigde beweging gebaseerd op solidariteit" al de noodzaak benadrukt om het verdelingswerk van de vakbonden tegen te gaan door solidariteit te ontwikkelen buiten het eigen bedrijf, de eigen sector, de eigen stad, de eigen regio of het eigen land.
- Vervolgens plaatste de IKS, terwijl ze dezelfde noodzaak bleef verdedigen, de verdediging van zelforganisatie en strijdmethoden die een krachtsverhouding met de burgerlijke staat scheppen, centraal in haar interventie. Het pamflet van 2 februari "Talrijk zijn is niet genoeg, we moeten ook onze strijd in eigen handen nemen" en het derde internationale pamflet "Overal dezelfde vraag: Hoe kunnen we de strijd ontwikkelen? Hoe kunnen we de regeringen doen terugkrabbelen?", ging in op deze bezorgdheid, die in de loop van de weken steeds meer tot uiting kwam, vooral in de discussies die we tijdens de demonstraties voerden. In het bijzonder verdedigden we de noodzaak om plaatsen van discussie te scheppen zoals soevereine algemene vergaderingen die voor iedereen open staan.
- Ondanks hun vele zwakheden gaven al deze gevechten inderdaad uitdrukking aan de poging om verenigd in solidariteit een collectieve kracht te scheppen, om bijeen te komen, niet als geïsoleerde individuen, maar als een uitgebuite klasse die de confrontatie aangaat met haar uitbuiter. De echo's van de strijd in Frankrijk onder de Britse en Duitse arbeiders illustreerden dit volledig.
Een van de verantwoordelijkheden van revolutionairen is dus juist om bij te dragen aan de ontwikkeling van deze inspanning om de klasse-identiteit terug te winnen. Daarom hebben we onze interventie altijd gebaseerd op de noodzaak om de ervaring en geschiedenis van de arbeidersklasse opnieuw toe te eigenen. Vooral sinds deze zorg spontaan tot uiting kwam in de strijd in Frankrijk door de slogan "Als je ons op 64 zet, zetten we je terug op Mei 68", die in elke mars van het begin tot het einde van de beweging werd gebruikt. Of in de terugkeer van herinneringen aan de strijd tegen de CPE in 2006.
Het pamflet "Hoe hebben we in 2006 gewonnen?" verdedigde de ervaring van de soevereine algemene vergaderingen, die hadden bijgedragen aan het momentum van de beweging en er uiteindelijk toe hadden geleid dat de regering terugplooide. Een paar weken later werd met het vierde internationale pamflet "Het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Duitsland, Spanje, Mexico, China... verder gaan dan 1968!" deze inspanning uitgebreid, maar vooral werd het mogelijk om de historische inzet van de hervatting van de arbeidersstrijd en de uitdaging die deze inhield explicieter te verdedigen: de omverwerping van het kapitalisme en de overwinning van de proletarische revolutie voor het voortbestaan van de mensheid.
Over het algemeen werden onze verschillende pamfletten altijd goed ontvangen, de titels sloegen vaak de spijker op zijn kop en lokten reacties uit van de demonstranten: "Ja, we zitten allemaal in hetzelfde schuitje!", "Ja, we moeten allemaal samen strijden!", "Ik kom uit Duitsland en daar wordt ook gestreden!", "Wij komen uit Italië en we komen demonstreren met de Franse arbeiders", "Ik was erbij in mei ‘68, we moeten opnieuw hetzelfde doen!", "Oh ja, we moeten inderdaad een revolutie maken!" Dit waren de belangrijkste reacties op de vele discussies die we konden voeren. Natuurlijk blijven ze in de minderheid, en soms verward, maar ze drukken de inspanning uit van de overdenking die plaatsvindt in het diepst van de arbeidersklasse om zichzelf als klasse te erkennen, om de strijd in eigen handen te nemen en de strijd te ontwikkelen die de arbeidersklasse in staat zal stellen om de weg naar revolutie in te slaan.
Het was deze historische dynamiek die we benadrukten in het pamflet waarin we de balans opmaakten van de strijd tegen de pensioenhervorming op de laatste mobilisatie dag op 6 juni, waarin de wil om te vechten en te strijden nog onverminderd tot uitdrukking kwam. De betogers waren het meermaals eens met de titel van het pamflet en zeiden ons zelfs "we hebben een slag verloren, maar we hebben de oorlog niet verloren". Dus ja, "de strijd ligt nog voor ons!”
Onze interventie ging ook gepaard met de verspreiding van honderden exemplaren van het Derde Manifest van de IKS [1] dat, in het licht van de steeds dodelijker en destructiever wordende spiraal van de kapitalistische maatschappij, met hand en tand verdedigt dat de toekomst van de mensheid in handen ligt van de arbeidersklasse. Wij geloven dat het de verantwoordelijkheid van revolutionaire organisaties is om zo duidelijk mogelijk aan de arbeidersklasse uiteen te zetten onder welke historische omstandigheden haar strijd plaatsvindt en wat er op het spel staat.
Met dezelfde benadering heeft de IKS in een aantal landen twee reeksen openbare bijeenkomsten georganiseerd over de internationale klassenstrijd. De eerste was getiteld: "Wij zijn niet de enigen die mobiliseren... Er is arbeidersstrijd in vele landen!" De tweede was getiteld: "Groot-Brittannië, Frankrijk, Duitsland, Spanje, Mexico, China... Verder gaan dan 1968"[2]
Deze bijeenkomsten werden geïnspireerd door een duidelijk verlangen naar opheldering middels de confrontatie van de verschillende aanwezige standpunten. Het waren echte plaatsen van een proletarisch debat, waar steun, nuances, twijfels en vragen, en zelfs meningsverschillen werden geuit met de standpunten van de IKS. Deze actieve deelname aan de debatten is een illustratie van de langzame rijping van het bewustzijn die zich diepgaand in de wereldarbeidersklasse voltrekt en die met name zichtbaar is onder kleine minderheden, vaak behorend tot een nieuwe generatie die de banden met de ervaring van de arbeidersbeweging en de Kommunistische Linkerzijde geleidelijk opnieuw aanknoopt.
Door actief tussen te komen in de demonstraties en door middel van onze website en kranten, heeft de IKS haar politieke verantwoordelijkheden binnen de arbeidersklasse volledig vervuld. De vruchten van deze interventie zijn zichtbaar in het feit dat nieuwe elementen die op zoek zijn naar klassenstandpunten contact hebben opgenomen met de IKS en sommigen dus zelfs aan onze openbare bijeenkomsten hebben deelgenomen.
Terwijl in de dynamiek, die in de zomer van 2022 in het Verenigd Koninkrijk begon, sinds juni een soort ‘pauze’ lijkt te zijn aangebroken, laat het uitbreken van stakingen in de automobielsector in de Verenigde Staten duidelijk zien dat de dynamiek van de strijd doorgaat. Voor de IKS zijn deze economische gevechten het ideale terrein voor de klasse om haar overdenking en bewustzijn te ontwikkelen. Het is de verantwoordelijkheid van revolutionaire organisaties om er volledig aan deel te nemen om deze vitale inspanning voor de ontwikkeling van de revolutionaire strijd tot rijping te brengen.
Vincent/ 01-10-2023
Het jaar 2023 heeft eens te meer de omvang aangetoond van de milieuramp waarin de bourgeoisie de hele mensheid meesleurt. De verwoestende bosbranden in Canada en Hawaï, de overstromingen in Azië, het tekort aan drinkwater in Uruguay en Afrika, de verwoestende stormen in de Verenigde Staten, het onvermijdelijke smelten van gletsjers... al deze ‘natuurrampen’ houden rechtstreeks verband met de opwarming van de aarde.
De opwarming van de aarde is niet alleen echt, maar versnelt ook in een duizelingwekkend en catastrofaal tempo. Juli 2023 was de heetste maand ooit op aarde. In augustus werd de warmste dag ooit gemeten voor deze periode. Voorspellers suggereren dat 2024 deze trieste records wel eens zou kunnen overtreffen. De ineenstorting van het systeem van zeestromen zoals de Golfstroom, een essentiële regulator van het klimaat op de planeet zou, als het werkelijk gebeurt, het klimaat van de aarde op zijn kop kunnen zetten en de menselijke soort binnen enkele decennia aanzienlijk kunnen verzwakken. Een nieuwe bedreiging die, mocht hij worden bevestigd, kan worden toegevoegd aan alle bedreigingen die de mensheid al boven het hoofd hangen!
De bourgeoisie kan deze realiteit niet langer ontkennen, ook al heeft ze jarenlang opzettelijk geprobeerd de risico's te bagatelliseren of zelfs te verbergen om haar winsten te beschermen! [1] Maar door de versnelling en versterking van de gevolgen van de klimaatverstoring kan ze de waarheid niet langer verbergen: het wereldwijde klimaat stevent af op een catastrofale situatie die steeds meer gebieden van de planeet onbewoonbaar zal maken. Afgezien van de totaal irrationele ‘klimaatsceptici’ zoals Trump en extreem rechts in Europa, beloven de meest ‘verantwoordelijke’ staatshoofden allemaal, met de hand op het hart, om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen en een milieuvriendelijkere economie te ontwikkelen. Natuurlijk worden deze beloften nooit nagekomen of blijven ze ver achter bij wat er op het spel staat, of zijn ze zelfs lachwekkend (verbod op plastic rietjes, op kassabonnen, enz.).
Dus verandert de bourgeoisie van toon en begint ze ons voor te bereiden op het ondraaglijke door ‘aanpassingsmaatregelen’ te nemen. De laatste, maar zeer zeker niet voor lang, is de uitspraak van de nieuwe Franse minister van Volksgezondheid, Aurélien Rousseaux, die, geconfronteerd met een nieuwe hittegolf, die half augustus het land trof, niets beters wist te zeggen dan: "We moeten wennen aan een leven met deze extreeme hitte". Het behoeft geen betoog dat de bourgeoisie, net als in het geval van pandemieën in het verleden en in de toekomst, een onbeschrijfelijke nalatigheid aan de dag legt en zich niet serieus voorbereidt op de catastrofe. Achter deze zogenaamde ‘aanpassingen’ bereidt de heersende klasse de mensen vooral voor op bezuinigingen en tekorten in naam van de ‘ecologische transitie’.
Onder het mom van ‘aanpassing’ aan klimaatomstandigheden, die steeds onhoudbaarder worden, begint de bourgeoisie haar economie te heroriënteren ... maar zeker niet om de planeet te beschermen! Verschillende landen zijn van plan om kolencentrales opnieuw in bedrijf te nemen of (zoals Frankrijk) sjoemelen zonder scrupules met quota's om ze niet te hoeven sluiten! De Franse regering staat op het punt om nieuwe olieboringen toe te staan in de Gironde, symbolisch gelegen op de dezelfde plaats waar vorig jaar bossen werden verwoest door grote branden! Staten vechten om hun economieën niet al te veel beperkingen op te leggen en gebruiken het milieu als imperialistisch wapen om elkaars gebrek aan daadkracht te verguizen, hun markten te beschermen en te proberen concurrenten te verzwakken zoals met aanslepende rechtszaken tegen dit of dat concurrerende automerk dat de milieuregels heeft overtreden... De Europese wet op de bescherming van de natuur, die op 12 juli werd aangenomen, bevat een bepaling die een economische vrijwaringsclausule invoert: Als de economie lijdt onder de onder verkeerde bepalingen in de wet, worden ze geschrapt! Voor het kapitaal mogen er geen beperkingen zijn op de uitbreiding en intensivering van zijn economie. De vernietiging van het milieu komt op de tweede plaats.
Tegelijkertijd worden er geen preventieve maatregelen genomen, met het overduidelijke risico dat de omvang van de rampen in versneld tempo toeneemt. De branden in Hawaï waren bijvoorbeeld oncontroleerbaar omdat de elektriciteitsleidingen nog steeds niet in de grond waren aangelegd: het risico dat bovengrondse leidingen de branden zouden verspreiden, zette de autoriteiten ertoe aan de elektriciteit af te sluiten, waardoor onmiddellijk de pompen werden uitgeschakeld die de brandweerslangen voedden. In Azië heeft het gebrek aan medicijnen tegen malaria en dysenterie een grote rol gespeeld bij het verergeren van de menselijke tol van de overstromingen. In Uruguay, waar de capaciteit ontbrak om voldoende drinkwater naar de kranen te brengen, werd zout water toegevoegd! In Mayotte, een Frans overzees departement, is niets gepland om voorzieningen te treffen als een droogte de bevolking van drinkwater berooft.
Dit is geen kwestie van ‘keuze’ of ‘gebrek aan politieke wil’, maar van de logica van de kapitalistische accumulatie zelf, die verhindert dat er vraagtekens worden gezet bij de extreem vervuilende dynamiek van de burgerlijke maatschappij. Want het kapitalisme is verantwoordelijk is voor deze verstoringen; het kapitalisme dwingt elke kapitalist om steeds meer te produceren, en tegen lagere kosten, zelfs als deze productie leidt tot meer vervuiling en gezondheidsrisico’s. Het kapitalisme moet ‘verkopen’. En dat is alles! Een anarchistische en kortetermijnaanpak. In feite is het suïcidaal. Verkopen gaat niet over het bevredigen van menselijke behoeften, het gaat over het profiteren van koopkrachtige behoeften.
Het is daarom zinloos en misleidend om je voor te stellen dat dit systeem in staat is om plotseling een langetermijnvisie en een doordachte organisatie te bedenken: het is hier niet toe in staat en zal dit ook nooit zijn. De felle concurrentie, die het systeem kenmerkt, was misschien een krachtige motor van vooruitgang voor de productiekrachten in het begin, maar toen het de grenzen van de koopkrachtige behoeften, dat wil zeggen van de markten, bereikte werd deze felle concurrentie omgezet in een oorlogsmachine: economische oorlog, militaire oorlog, voor wereldheerschappij tegen elke prijs, ten koste van de vernietiging van de natuur.
Vandaag de dag zijn onderzoek en ontwikkeling van het productieapparaat veel meer gericht op de militaire industrie dan op het beschermen van het milieu en het bevredigen van menselijke behoeften. De wereldwijde militaire uitgaven bedragen meer dan 2000 miljard dollar en zijn sinds het einde van de Koude Oorlog nog nooit zo hoog geweest. Deze uitgaven zijn een complete verspilling, met als enige doel te vernietigen en te doden of, in het beste geval, weg te roesten in een hangar. Ze mobiliseren duizenden breinen om te vernietigen, chaos en dood te zaaien. De versnelling van de imperialistische spanningen, met name sinds het einde van de Koude Oorlog, maakt het gemakkelijk een voorstelling te maken van een trend die nog lang niet zijn hoogtepunt heeft bereikt.
Het redden van de planeet zal niet lukken met ‘soberheid’ of ‘degrowth’, die beiden niets meer zijn dan een bekentenis van machteloosheid, of zelfs een fantasie van een terugkeer naar prekapitalistische tijden. Nee, het redden van de planeet vereist de bewuste afschaffing van de kapitalistische economie en haar verouderde productieverhoudingen en de opbouw van een samenleving die in staat is om te produceren voor menselijke behoeften op een manier die zowel rationeel is als rekening houdt met de behoeften van de natuur als geheel. Alleen het proletariaat kan een einde maken aan het kapitalisme, omdat het de enige matschappelijke kracht is die, met het grootste deel van het wereldproductieapparaat in zijn handen, de volle last van de crisis en de uitbuiting draagt en daarom geen belang heeft bij het voortbestaan van dit systeem.
De tijd is duidelijk niet meer in het voordeel van de toekomst en het kapitalisme zou op de lange termijn het bestaan van de beschaving, zo niet de mensheid als geheel, aanzienlijk in gevaar kunnen brengen. Maar de menselijke en materiële middelen zijn aanwezig om de productie op wereldschaal te reorganiseren op een manier die het milieu en het menselijk leven respecteert. De onaangeboorde mogelijkheden van wetenschap en technologie zijn nog immens.
Alleen het proletariaat zal, als het eenmaal de macht op wereldschaal heeft gegrepen, in staat zijn de productiekrachten te bevrijden van de kapitalistische beperkingen die hen in hun greep houden. Alleen het proletariaat is in staat om op internationale schaal een politiek te bevatten, te bepalen en uit te voeren die deze wereld zal bevrijden van de wetten van de winst en opnieuw een samenleving op te bouwen op de ruïnes die het kapitalisme de mensheid nalaat. Door een einde te maken aan de kapitalistische concurrentie die de wereld verrot, zal het de productiekrachten bevrijden van de overheersing van de militaire sfeer, die alle menselijke genialiteit in de richting van vernietiging stuurt. Het zal ze ook kunnen bevrijden van de permanente verspilling van de kapitalistische productie: nutteloze en vervuilende overproductie, geprogrammeerde veroudering, onproductieve uitgaven gekoppeld aan massawerkloosheid, industriële spionage, enzovoort. Tenslotte zal het in staat zijn het menselijk bewustzijn en de menselijke geest te verheffen door een onderwijs te ontwikkelen dat niet langer gericht is op onmiddellijke winst, maar op menselijke emancipatie en op een harmonieuze verhouding met de natuur. Zoals Engels schreef in De rol van de arbeid in de overgang van aap naar mens [10]: “de natuur zich niet laat veroveren zoals een vreemd volk dat doet, maar dat wij, als vlees, bloed en hersenen, deel uitmaken van de natuur en midden in de natuur leven waarbij onze heerschappij enkel bestaat uit het feit dat we op andere wezens het voordeel hebben dat we de lessen van de natuur kunnen leren en correct kunnen toepassen”.
Guy / 28.08.2023[1] De bourgeoisie was zich in de jaren 1970 volledig bewust van de opwarming van de aarde. In 1972 waarschuwde het ‘Rapport van de Club van Rome’ voor de ernst van de situatie. Decennialang heeft de bourgeoisie in het algemeen geprobeerd om deze realiteit te verbergen of onder te dompelen in een stortvloed van ideologische misleidingen, waarvan het rapport zelf, dat pleitte voor ‘beperkte groei’ (volledig in strijd met de realiteit van de kapitalistische economie) een duidelijke illustratie is.
Het afgelopen jaar zijn er in de centrale landen van het wereldkapitalisme en over de hele wereld belangrijke arbeidersgevechten uitgebroken. Deze reeks gevechten begon in het Verenigd Koninkrijk in de zomer van 2022, en sindsdien hebben arbeiders in veel andere landen de strijd opgepakt: Frankrijk, Duitsland, Spanje, Nederland, de Verenigde Staten, Korea... Overal recht de arbeidersklasse haar rug in verweer tegen de aanzienlijke verslechtering van de levens- en arbeidsomstandigheden, de duizelingwekkende stijging van de prijzen, de systematische onveiligheid en de massale werkloosheid, veroorzaakt door de verscherping van de economische destabilisatie, de beperkingen door de ecologische crisis en de intensivering van het militarisme in verband met de barbaarse oorlog in Oekraïne.
Drie decennia lang heeft de wereld niet zo'n golf van gelijktijdige strijd gezien in zoveel landen, of over zo'n lange periode. De ineenstorting van het Oostblok in 1989 en de campagnes over de vermeende ‘dood van het kommunisme’ hadden een diepe inzinking veroorzaakt in de klassenstrijd op wereldniveau. Deze belangrijke gebeurtenis, de implosie van het stalinistische imperialistische blok en van een van de twee grootste mogendheden ter wereld, de USSR, was de meest spectaculaire uitdrukking van het begin in een nieuwe en nog destructievere fase van zijn verval van het kapitalisme, die van zijn ontbinding[1]. De grondige verrotting van de maatschappij, met haar groeiend geweld en chaos op alle niveaus, de nihilistische en wanhopige sfeer, de neiging tot sociale atomisering ... dit alles had op zijn beurt een zeer negatieve invloed op de klassenstrijd. We zijn dus getuige geweest van een aanzienlijke verzwakking van de strijdwil in vergelijking met de voorgaande periode, die begon in 1968. De berusting die de arbeidersklasse in Groot-Brittannië al meer dan drie decennia teisterde, een proletariaat met een lange ervaring van strijd, illustreert de realiteit van deze teruggang. Geconfronteerd met aanvallen van de bourgeoisie, extreem ingrijpende ‘hervormingen’, massale de-industrialisatie en een aanzienlijke daling van de levensstandaard, hebben de arbeiders van het land geen noemenswaardige mobilisatie meer gezien sinds de vernietigende nederlaag die Thatcher de mijnwerkers toebracht in 1985.
Hoewel de arbeidersklasse af en toe tekenen van strijdbaarheid heeft laten zien en heeft geprobeerd zich haar strijdmiddelen opnieuw toe te eigenen (de strijd tegen het Startbaancontract (CPE) in Frankrijk in 2006, de Indignados-beweging in Spanje in 2011, de eerste mobilisatie tegen de pensioenhervorming in Frankrijk in 2019), waarmee ze bewees dat ze nog lang niet van het toneel van de geschiedenis was verdwenen, zijn haar mobilisaties grotendeels zonder vervolg gebleven, niet in staat om een meer globale beweging op gang te brengen. Waarom? Omdat de arbeiders in de loop der jaren niet alleen hun strijdwil verloren, maar ook gebukt gingen onder een teruggang van het klassenbewustzijn in hun gelederen, waar ze in de jaren 1970 en 1980 zo hard voor gevochten hadden, sterk was afgenomen. De arbeiders waren grotendeels de lessen vergeten van hun strijd, hun confrontaties met de vakbonden, de valstrikken die waren gezet door de ‘democratische’ staat, ze verloren hun zelfvertrouwen, hun vermogen om zich te verenigen, om massaal te vechten... Ze waren zelfs grotendeels hun identiteit vergeten als een klasse die tegenover de bourgeoisie staat en een eigen revolutionair perspectief heeft. In deze logica leek het kommunisme echt dood met de verschrikkingen van het stalinisme en leek de arbeidersklasse niet langer te bestaan.
En toch, geconfronteerd met de aanzienlijke versnelling van het ontbindingsproces[2] sinds de wereldwijde pandemie van Covid-19, en nog meer met de bloedbaden van de oorlog in Oekraïne en de kettingreacties die dit heeft uitgelokt op economisch, ecologisch, sociaal en politiek vlak, steekt de arbeidersklasse overal de kop op, gaat de strijd aan en weigert offers te aanvaarden in naam van het zogenaamde ‘algemeen welzijn’. Is dit toeval? Een eenmalige epidermale reactie op de aanvallen van de bourgeoisie? Nee! De leuze ‘Genoeg is genoeg!’ in deze context van wijdverspreide destabilisatie van het kapitalistische systeem illustreert duidelijk dat er een echte mentaliteitsverandering plaatsvindt binnen de klasse. Al deze uitingen van strijdbaarheid maken deel uit van een nieuwe situatie die zich opent voor de klassenstrijd, een nieuwe fase die breekt met de passiviteit, desoriëntatie en wanhoop van de laatste drie decennia.
De gelijktijdige uitbarsting van strijd in het afgelopen jaar kwam niet uit het niets. Ze is het resultaat van een heel proces van overdenking in de klasse door middel van een reeks eerdere trial-and-error pogingen. Al tijdens de eerste mobilisatie in Frankrijk tegen de ‘hervorming’ van de pensioenen eind 2019 had de IKS vastgesteld dat er een sterke behoefte bestond aan solidariteit tussen generaties en verschillende sectoren. Deze beweging ging ook gepaard met andere arbeidersstrijd over de hele wereld, zowel in de Verenigde Staten als in Finland, maar stierf uit door de explosie van de Covid pandemie in maart 2020. Op dezelfde manier braken in oktober 2021 stakingen uit in verschillende sectoren in de Verenigde Staten, maar de dynamiek van de strijd werd onderbroken, dit keer door het uitbreken van de oorlog in Oekraïne, die aanvankelijk de arbeiders verlamde, vooral in Europa.
Dit lange proces van vallen en opstaan en rijping leidde vanaf de zomer van 2022 tot een vastberaden reactie van de arbeiders op hun eigen klassenterrein tegenover de aanvallen die voortkwamen uit de destabilisering van het kapitalisme. De Britse arbeiders hebben een nieuwe periode ingeluid in de internationale arbeidersstrijd, in wat de ‘zomer van de woede’ werd genoemd. De leuze ‘genoeg is genoeg’ werd verheven tot het symbool van de hele proletarische strijd in het Verenigd Koninkrijk. Deze leuze was geen uitdrukking van specifieke eisen die ingewilligd moesten worden, maar van een diepgaand protest tegen de omstandigheden van uitbuiting. Het liet zien dat de arbeiders niet langer bereid waren om zielige compromissen te slikken, maar om de strijd vastberaden voort te zetten. De Britse arbeidersbeweging is bijzonder symbolisch omdat het de eerste keer is sinds 1985 dat deze sector van de arbeidersklasse in het middelpunt van de belangstelling staat. En terwijl de inflatie en de crisis over de hele wereld toenamen, sterk verergerd door het conflict in Oekraïne en de intensivering van de oorlogseconomie, gingen ook werkers in de gezondheidszorg in Spanje en de Verenigde Staten in het offensief, gevolgd door een golf van stakingen in Nederland, een ‘megastreik’ van transportarbeiders in Duitsland, meer dan 100 stakingen tegen achterstallige lonen en ontslagen in China, een staking en demonstraties na een verschrikkelijk treinongeluk in Griekenland, leraren die hogere lonen en betere arbeidsomstandigheden eisten in Portugal, 100.000 ambtenaren die hogere lonen eisten in Canada en bovenal een massale beweging van het proletariaat in Frankrijk tegen de pensioenhervorming.
Het grote belang van deze mobilisaties tegen kapitalistische bezuinigingen ligt ook in het feit dat ze op de lange termijn ook verzet tegen oorlog inhouden. Inderdaad, terwijl de directe mobilisatie van arbeiders tegen de oorlog illusoir is, wees IKS er in februari 2022 al op dat de reactie van de arbeiders zich zou manifesteren in een verzet tegen de aanvallen op hun koopkracht, dat het gevolg is van de intensivering en onderling verband tussen crises en rampen. Bovendien is het in tegenspraak met campagnes die oproepen tot het aanvaarden van offers om het ‘heldhaftige verzet van het Oekraïense volk’ te steunen. Dit is ook waar de strijd van het afgelopen jaar de kiem van in zich draagt, ook al zijn arbeiders zich er nog niet volledig van bewust: de weigering om steeds meer offers te brengen voor de belangen van de heersende klasse, voor de nationale economie en voor de oorlogsinspanning, de weigering om de logica van dit systeem te accepteren dat de mensheid naar een steeds catastrofalere situatie voert.
In deze strijd begon het idee in de hoofden van de arbeiders te ontstaan dat ‘we allemaal in hetzelfde schuitje zitten’. Tijdens de stakingen in het Verenigd Koninkrijk vertelden stakers ons dat ze het gevoel hadden dat ze voor iets groters vochten dan de corporatistische eisen van de vakbonden. Het spandoek “Voor ons allemaal” waaronder de staking op 27 maart in Duitsland plaatsvond, is bijzonder veelzeggend voor het algemene gevoel dat zich in de klasse ontwikkelt: “we vechten allemaal voor elkaar”. Maar in Frankrijk kwam de noodzaak om als één klasse te strijden het duidelijkst tot uiting. De vakbonden probeerden de beweging te verdelen en te verrotten in de valkuil van de ‘staking bij volmacht’ achter zogenaamd ‘strategische’ sectoren (zoals energiesector of vuilnisophaaldienst) om ‘Frankrijk tot stilstand te brengen’. Maar de arbeiders trapten niet massaal in de val en bleven vastbesloten om samen te vechten.
Tijdens de dertien dagen van mobilisatie in Frankrijk verspreidde de IKS meer dan 150.000 pamfletten: de belangstelling voor wat er in Groot-Brittannië en elders gebeurde nam nooit af. Voor sommige demonstranten leek het verband met de situatie in Groot-Brittannië duidelijk: “het is overal hetzelfde, in elk land”. Het was geen toeval dat de vakbonden bij ‘Mobilier national’, tijdens het (afgelaste) bezoek van Karel III aan Parijs, de stakingsactie moesten leiden in naam van de ‘solidariteit met de Britse arbeiders’. Ondanks de onbuigzaamheid van de regering in Frankrijk, ondanks de mislukkingen om de bourgeoisie tot inkeer te brengen of om echt betere beloning te verkrijgen in Groot-Brittannië of elders, is de grootste overwinning van de arbeiders de strijd zelf en het besef, dat ongetwijfeld nog in de kinderschoenen staat en erg verward is, dat we één kracht vormen, dat we allemaal uitgebuite mensen zijn die, geatomiseerd en elk in hun eigen hoekje, niets kunnen doen tegen het kapitaal, maar die, verenigd in de strijd, de grootste maatschappelijke kracht in de geschiedenis kunnen worden.
Toegegeven, de arbeiders hebben het vertrouwen in hun eigen kracht, in hun vermogen om de strijd in eigen hand te nemen, nog steeds niet herwonnen. De vakbonden hielden overal de controle over de bewegingen, spraken een meer strijdbare taal om de noodzaak van eenheid beter te steriliseren, terwijl ze een rigide scheiding hielden tussen de verschillende sectoren. In Groot-Brittannië bleven de arbeiders geïsoleerd achter de stakingspiketten van hun bedrijven, hoewel de vakbonden gedwongen werden om een paar parodieën op ‘unitaire’ demonstraties te organiseren. Ook in Frankrijk, toen arbeiders zich verzamelden in gigantische demonstraties, dan gebeurde dit altijd onder de absolute controle van de vakbonden, die de arbeiders bijeen hielden achter de spandoeken van hun bedrijven en sectoren. In het algemeen bleef de corporatistische opsluiting een constante in de meeste vormen van strijd.
Tijdens de stakingen bleef de bourgeoisie, vooral haar linkse fracties, ideologische campagnes voeren rond ecologie, antiracisme, de verdediging van de democratie enzovoort, om de woede en verontwaardiging op het illusoire terrein van de burgerlijke ‘rechten’ te houden en om de uitgebuitenen te verdelen tussen blanken en kleurlingen, mannen en vrouwen, jong en oud... In Frankrijk zagen we, midden in de beweging tegen de pensioenhervorming, de ontwikkeling van zowel milieucampagnes rond de ontwikkeling van ‘megabaden’ als democratische campagnes tegen de repressie door de politie. Hoewel het merendeel van de arbeidersstrijd, tegen de achtergrond van de inflatie, ontslagen, bezuinigingsmaatregelen van de regering, enz., op het klassenterrein is gebleven. Maar in de verdediging van aar materiële omstandigheden blijft het gevaar van deze ideologieën voor de arbeidersklasse toch aanzienlijk.
De strijd is momenteel afgenomen in verschillende landen, maar dat betekent niet dat arbeiders ontmoedigd of verslagen zijn. De stakingsgolf in het Verenigd Koninkrijk duurde een heel jaar, terwijl de demonstraties in Frankrijk vijf maanden duurden, ondanks het feit dat de overgrote meerderheid van de arbeiders vanaf het begin wist dat de bourgeoisie niet onmiddellijk zou toegeven aan hun eisen. Week na week in Nederland, maand na maand in Frankrijk en een heel jaar in het Verenigd Koninkrijk weigerden de arbeiders de handdoek in de ring te gooien. Deze arbeidersmobilisaties hebben duidelijk laten zien dat arbeiders vastbesloten zijn om geen verdere verslechtering van hun levensomstandigheden te aanvaarden. Ondanks alle leugens van de heersende klasse zal de crisis niet ophouden: de kosten van huisvesting, verwarming en voedsel zullen blijven stijgen, ontslagen en onzekere contracten zullen blijven toenemen, regeringen zullen hun aanvallen voortzetten...
Het lijdt geen twijfel dat deze nieuwe dynamiek van de strijd nog maar aan het begin staat en dat voor de arbeidersklasse “al haar historische moeilijkheden voortduren, haar vermogen om haar eigen strijd te organiseren en nog meer om zich bewust te worden van haar revolutionaire project nog heel ver weg liggen. Maar de groeiende strijdbaarheid tegenover de harde klappen die de bourgeoisie toebrengt op de levens- en arbeidsomstandigheden is de vruchtbare bodem waarop het proletariaat zijn klasse-identiteit kan herontdekken, zich weer bewust kan worden van wat het is, van zijn kracht wanneer het strijdt, wanneer het solidariteit toont en zijn eenheid ontwikkelt. Het is een proces, een strijd die na jaren van passiviteit weer op gang komt, een potentieel dat de huidige stakingen laten doorschemeren"[3]. Niemand weet waar of wanneer belangrijke nieuwe strijd zal ontstaan. Maar het is zeker dat de arbeidersklasse overal zal moeten blijven strijden!
Miljoenen van ons die strijden, de collectieve kracht van onze klasse voelen als we schouder aan schouder staan op straat - dat is essentieel, maar het is bij lange na niet genoeg. De Franse regering trok zich terug in 2006, tijdens de strijd tegen de CPE, niet omdat er meer studenten en jongeren met onzekere contracten op straat waren, maar omdat ze de controle over de beweging hadden overgenomen van de vakbonden, door middel van soevereine, massale algemene vergaderingen die voor iedereen toegankelijk waren. Deze vergaderingen waren geen plaatsen waar arbeiders opgesloten waren in hun eigen sector of bedrijf, maar plaatsen van waaruit massale delegaties vertrokken naar de dichtstbijzijnde bedrijven om actief op zoek te gaan naar solidariteit. Vandaag de dag is het onvermogen van de arbeidersklasse om de strijd actief ter hand te nemen in een poging deze uit te breiden naar alle sectoren de reden waarom de bourgeoisie zich niet heeft teruggetrokken. Het herwinnen van haar identiteit heeft de arbeidersklasse echter in staat gesteld een begin te maken met zich eigen maken van haar verleden. In de marsen in Frankrijk wordt steeds vaker verwezen naar Mei '68 en naar de strijd van 2006 tegen de CPE. Wat gebeurde er in 1968? Hoe hebben we de regering in 2006 zover gekregen dat ze zich terugtrok? In een minderheid van de klasse is een proces van overdenking aan de gang, dat een essentieel middel is om lering te trekken uit de bewegingen van het afgelopen jaar en zich voor te bereiden op toekomstige gevechten die nog verder zullen moeten gaan dan die van 1968 in Frankrijk of die van 1980 in Polen.
Net zoals de recente strijd het product is van een proces van onderaardse rijping dat zich al enige tijd ontwikkelt, zo zullen de inspanningen van een minderheid om de lessen te trekken uit de recente strijd vruchten afwerpen in de bredere strijd die voor ons ligt. Arbeiders zullen inzien dat de scheiding van strijd, die door de vakbonden wordt opgelegd, alleen overwonnen kan worden als ze autonome organisatievormen zoals algemene vergaderingen en gekozen stakingscomités herontdekken, en als ze het initiatief nemen om de strijd uit te breiden over alle corporatistische verdelingen heen.
A & D / 13.08.2023
[1] Zie: “Stellingen: De ontbinding als hoogste stadium van het verval van het kapitalisme [12] (mei 1990)". International Review nr. 107 (2001).
[2] Zie: "Update of the Theses on Decomposition (2023) [13]", International Review nr. 170 (2023).
[3] “Report on class struggle for the 25th ICC congress [14]”, International Review nr. 170 (2023).
Afgelopen juli werd bekend dat eind mei 2023, op initiatief van de groep Perspective Internationaliste en het Forum pour la Gauche Communiste Internationaliste "Controverses"1 [15], in Brussel een "conferentie" werd gehouden met een twintigtal deelnemers, individuen of vertegenwoordigers van politieke groeperingen die volgens de organisatoren tot "internationalistisch links" of het "links communisme" behoren. De bijeenkomst werd bijna in het geheim/clandestien gehouden, op basis van vertrouwelijke uitnodigingen en een deelnemersselectie door de organisatoren "strikt om financiële redenen" (het ligt er wel dik bovenop!). Dit lijkt wel een bijeenkomst van samenzweerders, maar tegen wie en met welk doel?
Van bij zijn oprichting en in overeenstemming met de politiek van de Communistische Linkerzijde, is de IKS altijd een fervent voorstander geweest van discussie tussen revolutionaire groepen met het oog op het confronteren en verduidelijken van hun standpunten of het innemen van gemeenschappelijke standpunten met betrekking tot de ontwikkeling van de klassenstrijd: "Met zijn nog bescheiden middelen heeft de IKS zich de lange en moeilijke taak gesteld om revolutionairen op wereldschaal te hergroeperen rond een duidelijk en samenhangend programma. De IKS verwerpt het monolithisme van de sekten en roept de communisten in alle landen op om zich bewust te worden van de enorme verantwoordelijkheden die zij hebben, om de valse ruzies die hen tegen elkaar opzetten op te geven en om de valse verdeeldheid die de oude wereld hen oplegt te overwinnen [...]. Als de meest bewuste fractie van de klasse hebben de communisten de plicht om het de weg te wijzen door zich de slogan eigen te maken: REVOLUTIONAIREN VAN ALLE LANDEN, VERENIGT U" (2 [16])
De oprichting zelf van de IKS, vooral na een voorstel van de groep Internationalisme (Verenigde Staten) in 1972 om een internationale correspondentie te beginnen, was het resultaat van een lang proces van open politieke confrontatie tussen verschillende groepen over centrale vraagstukken voor de ontwikkeling van de proletarische strijd. Later getuigt de voortrekkersrol van de IKS bij het organiseren en houden van de conferenties van de groepen van de Communistische Linkerzijde, bijeengeroepen door de groep Battaglia Comunista in de jaren 1978-1980, en recenter bij de publicatie van een "Gezamenlijke Verklaring van groepen van de Internationale Communistische Linkerzijde over de Oorlog in Oekraïne" in 2022, van het belang dat de IKS hecht aan de discussie tussen revolutionairen.
Het is echter voor de IKS altijd van wezenlijk belang geweest dat deze discussies zich op een publieke manier ontwikkelen, op grond van een duidelijke gemeenschappelijke politiek van klassenstandpunten tussen de uitgenodigde organisaties en op grond van vastomlijnde en aangekondigde doelstellingen, teneinde bij te dragen aan de ontwikkeling van het klassenbewustzijn: "Het leven van revolutionaire groepen, hun discussies en hun meningsverschillen maken deel uit van het bewustwordingsproces dat zich binnen de arbeidersklasse ontwikkelt; daarom zijn we radicaal tegen elke politiek van 'verborgen discussies' of 'geheime akkoorden'". (3)
Deze Brusselse bijeenkomst was niet alleen " stiekem " georganiseerd, maar het ontbrak er ook aan enige militante ambitie. Indien er sprake was van een "convergentie van doelstellingen" (zoals de organisatoren het uitdrukken) tussen de deelnemers, dan was het zeker niet om als revolutionaire militanten een standpunt in te nemen over de cruciale uitdagingen waar de arbeidersklasse voor staat: geen gezamenlijke verklaring van deze zogenaamde "internationalisten" waarin ze een standpunt innemen ten aanzien van een belangrijke historische gebeurtenis zoals de oorlog in Oekraïne, de vernietiging en crisis van het klimaat of de economische destabilisatie. Op de top van Davos begin 2023 was de bourgeoisie duidelijker en explicieter dan zij! Geen standpuntinname betreffende de recente strijdgolf en haar perspectieven...Hoe kunnen elementen die zeggen "communisten" te zijn, zwijgen over de actuele kwesties? Voor de IKS is militante bekommernis een onontkoombaar onderdeel van een conferentie van communisten, aangezien het altijd probeert meer inzicht te krijgen in de wereldsituatie, in de crisis waarin het wereldkapitalisme is terechtgekomen en zijn vooruitzichten vanuit het klassenstandpunt van het proletariaat, alsook in de taken die dit met zich meebrengt voor revolutionaire groepen.
En hoe zit het met de dynamiek van de discussies? Er wordt ons verteld dat de deelnemers bijeenkwamen "om te praten en naar elkaar te luisteren" en dat ze "werden blootgesteld aan verschillende ideeën". Er werd echter geen gezamenlijke tekst gepubliceerd voorafgaand aan de conferentie om de doelstellingen aan te kondigen en voor te bereiden, of achteraf om het resultaat te presenteren. Voor revolutionairen is de verdieping van standpunten echter een levend proces dat een openhartige discussie van standpunten en de politieke confrontatie van meningsverschillen impliceert, voor zover deze dynamiek deel uitmaakt van het bewustwordingsproces dat zich binnen de arbeidersklasse ontwikkelt. Alleen al het naast elkaar leggen van flitsende analyses tijdens de bijeenkomst in Brussel, evenals het bewust vermijden van elke confrontatie van standpunten, onthullen dat het niet meer was dan een braderie van standpunten, een marktplaats van gepalaver waar iedereen zijn stokpaardje cultiveert, een van die academische colloquia van geleerde apen, zich gorgelend met "theorie". Kortom, het was het tegenovergestelde van de traditie van politieke confrontatie waar de Communistische Linkerzijde voor stond met als doel het verduidelijken van politieke standpunten en de kwesties die in de klassenstrijd op het spel staan.
In werkelijkheid is een vruchtbare politieke confrontatie alleen mogelijk als de politieke basis voor de bijeenkomst coherent en duidelijk is. Voor de IKS is er weliswaar "de fundamentele behoefte aan hergroepering, maar het waarschuwt ook voor overhaast handelen. We moeten elke hergroepering op basis van sentimentele gronden uitsluiten en aandringen op de noodzakelijke samenhang van programmatische standpunten als eerste voorwaarde voor hergroepering".(4) Welnu, de gemeenschappelijke basis van de bijeenkomst, vaag gedefinieerd als " weerstand, een fundamentele permanente kritische bevraging van de kapitalistische productiewijze", kan alleen maar leiden tot de grootste verwarring en de meest diepgaande onenigheid over het raamwerk om de situatie te bepalen waarin het kapitalisme zich bevindt (in verval of niet? en sinds wanneer?), een centrale vraag voor het verdedigen van oriëntaties voor de proletarische strijd. Maar ook over de situatie en de mogelijkheden van de arbeidersklasse en vooral over haar manier van organiseren. Wat de laatste vraag betreft, het belang van revolutionairen, hun rol en hun organisatie werd volledig genegeerd op deze bijeenkomst.
Maar bij nader inzien bestaat er tussen de meeste deelnemers toch een onmiskenbare gemeenschappelijke basis, die ze ongetwijfeld liever in de schaduw houden: namelijk de overtuiging dat het marxisme en de verworvenheden van de Communistische Linkerzijde van de afgelopen honderd jaar achterhaald zijn en "aangevuld" of zelfs "overtroffen" moeten worden door een beroep te doen op verschillende anarcho-radenistische, modernistische of radicaal-ecologische theorieën. Daarom noemen ze zichzelf "pro-revolutionairen" en zien ze zichzelf als een soort "vriendenkring voor de verspreiding van de revolutie" en niet langer als militanten en organisaties die voortkomen uit de historische strijd van de arbeidersklasse. Als gevolg daarvan is hun onuitgesproken maar werkelijke doel om de lessen van de laatste 55 jaar arbeidersstrijd en de resultaten van honderd jaar strijd door de internationalistische communistische linkerzijde bij het grof vuil te zetten en haar organisatorische verworvenheden ter discussie te stellen: te weten de militante opvatting van de communistische politieke organisatie als het product van de historische strijd van het proletariaat en als de politieke voorhoede in de strijd, om plaats te maken voor de visie van een kring van intellectuelen die nadenken over de toekomst van de mensheid en dromen van een revolutionaire impact daarop.
Kortom, deze bijeenkomst was dus wel degelijk een "samenzwering" bedoeld om de standpunten en de strijd van de internationalistische communistische linkerzijde in diskrediet te brengen en te ontwaarden, om haar "verouderde" politieke en organisatorische verworvenheden te vervangen door de theoretische rookgordijnen en het organisatorische eigenbelang van een zogenaamde "pro-revolutionaire" pool. In het licht van dergelijk destructief "revisionisme" was het beslist niet vanwege een vergissing of een "gebrek aan ruimte" of "financiering", zoals zij suggereren, dat de initiatiefnemers de IKS niet hebben uitgenodigd voor deze conferentie. Integendeel, dit hebben zij bewust en weloverwogen gedaan: het doel was om de politieke confrontatie te vermijden die de IKS onvermijdelijk zou hebben gezocht door het bedrog aan de kaak te stellen. Het voornaamste doel van deze "Potemkin"-conferentie, waar de meeste deelnemers zich volledig in kunnen vinden, is namelijk niet om de standpunten te verduidelijken en te verdiepen, maar veeleer om een nep links communisme naar voren te schuiven, om een verleidelijk lokkertje op te zetten dat vooral dient om de elementen die op zoek zijn naar een revolutionair perspectief te misleiden. Zij dragen zo bij aan het opwerpen van een "cordon sanitaire" om te voorkomen dat deze zoekende elementen zich aansluiten bij de standpunten van de Communistische Linkerzijde en in het bijzonder bij die van de IKS.
Dit bedrog is het tegendeel van een instrument voor de proletarische strijd; het is een belemmering die tot doel heeft de ontwikkeling en versterking van de revolutionaire voorhoedes te verhinderen.
IKS 15 september 2023
1 [17]) internationalistperspective.org [18] [1] en www.leftcommunism.org [19] [2].
2 [20])IKS-manifest [21] [3], januari 1976
3 [22]) "Internationale bijeenkomst bijeengeroepen door de PCI-Battaglia Comunista [23] [4]", International Review nr. 10 (1977).
4 [24]) Ibid.
De burgerlijke campagne voor de verkiezingen van de Tweede Kamer (het parlement) is in volle hevigheid losgebarsten. Alle partijen hebben inmiddels hun verkiezingsprogramma en hun kandidatenlijsten gepresenteerd. Volgens de peilingen wordt het behoorlijk spannend en komt er mogelijk een aardverschuiving in het parlement waarbij het zelfs niet is uitgesloten dat de vijf populistische partijen, die nu nog zo’n 25 Kamerzetels bezetten, na de verkiezingen van 22 november samen meer dan 75 Kamerzetels binnenhalen en een meerderheid in het parlement gaan vormen.
Deze opmars van het populisme geen typisch Nederlands verschijnsel, het is iets wat we in de hele wereld zien met als bekendste voorbeelden Bolsonaro in Brazilië, Trump in de Verenigde Staten, en Modi in India. Ook in Europa zijn er al regeringen die worden gedragen door populistische partijen, zoals in Italië, in Hongarije, en in Polen.
Deze extreme versplintering van het politieke toneel in Nederland (in het parlement zitten bijna 20 partijen) is een uitdrukking van het verlies van controle door de bourgeoisie over haar politiek apparaat. Lange tijd was de Nederlandse politiek, geleid door Marc Rutte, een toonbeeld van stabiliteit en slaagde de bourgeoisie erin de populistische groei redelijk onder controle te houden. Maar de afgelopen twee jaar is de politieke situatie danig verslechterd.
In 2021 had de bourgeoisie al ontstellend veel moeilijkheden om een nieuwe regering samen te stellen. Maar toen deze eindelijk toch gevormd was, schreven we dat “De huidige moeilijkheden van de Nederlandse bourgeoisie om een nieuwe stabiele regering te vormen, die de natie door de huidige en de komende stormen kan leiden, brengt op treffende wijze tot uitdrukking de tendens van het ‘ieder voor zich’, [met] de kortetermijnpolitiek, die in de fase van de ontbinding steeds meer begint te overheersen”. [1]
Het besluit van M Rutte om zijn eigen regering ten val te brengen en zich terug te trekken uit de politiek, gevolgd door de politieke leiders van nagenoeg alle andere traditionele partijen, waardoor de populistische vloedgolf min of meer vrij baan krijgt, opent een nieuwe fase in de ontwikkeling van het ‘ieder voor zich' op politiek vlak. De huidige situatie is daarmee onnoemelijk veel ernstiger dan bijvoorbeeld in 2001 toen de Lijst Pim Fortuyn (LPF) haar opmars maakte: de ‘aftakeling’ van de traditionele partijen is, zowel in kwantiteit (aantal zetels) als in kwaliteit (omvang van de schandalen), nu veel verder gevorderd. Bovendien is er nu niet één populistische partij die de aanval opent op de politieke hoofdstad, maar drie grotere vergezeld van enkele kleinere.
Het populisme is een typisch verschijnsel van de huidige fase van de ontbinding [2] van het kapitalisme en de duidelijkste uitdrukking van het verlies van controle van de bourgeoisie over haar politieke spel. Dit was de afgelopen 20 jaar al duidelijk te zien, toen de bourgeoisie in Nederland er nog nauwelijks in slaagde om een verkiezingsuitslag te ‘regelen’ die nodig was om een regering te kunnen vormen, die in staat is haar belangen te verdedigen. Door het populisme nu alle ruimte te geven om aan invloed te winnen, verslechtert situatie slechts en wordt de kans om wel een stabiele regering te vormen nog veel kleiner. Het populisme is in wezen immers niet veel meer dan een soort van revolte tegen de politieke elite en biedt geen alternatief perspectief voor het beheer van het kapitalisme. De politiek van deze partijen kan, “als ze hun programma's uitvoeren, alleen maar leiden tot een soort vandalisme dat de instabiliteit (...) slechts verergert” [3]. Kortom: de onberekenbaarheid en instabiliteit van de populistische partijen zal de politieke situatie voor de bourgeoisie alleen maar hachelijker en chaotischer maken.
Het populisme tast ook de traditionele beheerpartijen ernstig aan. Zo dreigt het Christen-Democratische Appel (CDA) gedecimeerd te worden. Deze partij, die in het verleden goed was voor enkele tientallen Kamerzetels en jarenlang een spil was van de Nederlandse politiek, is uitgehold door het populisme. Met de komende verkiezingen dreigt het terug te zakken tot een onbetekenende partij van 5 zetels of minder. Prominenten als Mona Keijzer en Pieter Omtzigt zijn respectievelijk overgestapt naar de populistische BoerBurgerBeweging (BBB) en Nieuw Sociaal Contract (NSC). Een groot aantal andere leden van het CDA heeft intussen ook het zinkende schip verlaten en de overstap naar naar een populistische partij gemaakt.
Om de Nederlandse economie in de moordende internationale concurrentieslag overeind te houden, heeft de bourgeoisie een stabiele regering nodig, die in staat is knopen door te hakken en ingrijpende beslissingen te nemen. Maar het politieke kader van de populistische partijen, dat veel is meer aangetast door de effecten van de ontbinding, is “er helemaal niet op voorbereid het bestuur van de staat over te nemen. (...) De economische en politieke keuzemogelijkheden, naar voren gebracht door het populisme, kunnen nimmer een realistische optie zijn voor het bestuur van het nationale kapitaal” [4].
Dit betekent echter niet dat de Nederlandse bourgeoisie bij de pakken blijft neerzitten. Van de nood een deugd makend, wendt ze de politieke chaos aan om de arbeiders wijs te maken dat deze verkiezingen gaan om fundamentele keuzes en om een ‘nieuw elan’ aan de democratie geven.
Zo bezetten de populistische partijen en andere combinaties tezamen zo goed als het hele politieke spectrum om alle mogelijke proteststemmen een kans te geven.
De drie grotere populistische partijen spreken elk een deel van de kiezers aan: de Partij Voor Vrijheid (PVV) met het verhaal over minder asielzoekers; de BBB met het verhaal over de uitwassen van de groene politiek; NSC met het verhaal over een eerlijke politiek en geen compromissen. Daarnaast is er aan de andere kant van het politieke spectrum een nieuwe anti-populistische pool tot stand gekomen, PvdA-GroenLinks, die met de ‘vuist voor een groen en sociaal Nederland’ ook probeert ontevreden kiezers voor zich te winnen.
Een bijkomend element dat de campagne kan aanjagen is het feit dat zo ongeveer de helft van de partijen de verkiezingen ingaan met een nieuwe partijleider, waarbij Frans Timmermans, die de combinatie PvdA-GroenLinks aanvoert, wel een van de meest prominente is. Nieuwe partijleiders wekken nieuwe verwachtingen en kunnen de illusies in de parlementaire vertegenwoordiging nieuw leven inblazen. Daarnaast hebben alle politieke partijen tezamen, de BBB en NSC niet meegerekend, ook de helft van hun kandidaten vervangen door nieuwe.
De opkomst van de populistische partijen is een uitdrukking van een verrotting van het politieke apparaat van de bourgeoisie. Maar de bourgeoisie zal geen heersende klasse zijn als ze die verrotting niet gebruikt in haar eigen voordeel (en natuurlijk tegen de arbeidersklasse). Het is dankzij diezelfde populistische partijen, die zich presenteren als een nieuw alternatief voor de gevestigde partijen, dat de valstrik van de verkiezingen nieuw leven wordt ingeblazen, “zowel via de kiezers die ze zelf mobiliseren als via degenen die tegenstemmers mobiliseren. Hoewel ze deels het gevolg zijn van de groeiende ontgoocheling over de traditionele partijen, kunnen ze ook helpen om het imago van deze laatsten te versterken” [5].
Kortom, de bourgeoisie haalt alles uit de kast om te proberen de arbeidersklasse aan te trekken en te mobiliseren voor haar verkiezingen.
De verkiezingen zijn een mechanisme om de klasseheerschappij van de bourgeoisie te legitimeren, die haar klassemacht voorstelt als de macht van het volk. In die zin is het een omvangrijke misleidingscampagne, vooral gericht tegen de arbeidersklasse [6]. Ze probeert de arbeiders te doen geloven dat er niets beters is dan de parlementaire democratie en haar over te halen de klassestrijd op te geven, en precies op het moment dat de Nederlandse arbeiders in de eerste maanden van 2023 met een massale stakingsgolf lieten zien dat ze genoeg hadden van de meedogenloze bezuinigingen die ze moesten accepteren om het concurrentievermogen van de nationale economie zeker te stellen.
De arbeiders moeten zich echter geen illusies maken: welke partijen er ook op 22 november winnen, en of ze in de regering zitten of in het parlement, ze zullen geen oplossing brengen. Want de grote problemen van de ontbinding van het kapitalisme (klimaatopwarming, vluchtelingenstromen, economische crisis, de oorlog, als belangrijke katalysator voor alle andere genoemde problemen) kunnen binnen het kapitalisme niet opgelost worden en al helemaal niet door iedere nationale bourgeoisie afzonderlijk. Het medicijn dat de bourgeoisie toedient, zal de ziekte van de patiënt alleen maar verergeren.
Daarnaast zullen alle maatregelen die de bourgeoisie neemt, in een poging om de accumulatie van crises te bezweren, gepaard gaan met ingrijpende aanvallen op de levensvoorwaarden van de arbeidersklasse en andere niet-uitbuitende lagen in de maatschappij. Des te meer een reden voor de arbeidersklasse om het hele verkiezingscircus te negeren en zich te concentreren op de verdediging van haar materiële omstandigheden, zowel op het werk als thuis, zowel als werkende en als werkloze. Het is alleen in deze strijd tegen de economische aanvallen van de regering en de ondernemers dat ze een revolutionaire strijd kan ontwikkelen tegen dit systeem van uitbuiting en onderdrukking. De arbeidersklasse is de enige kracht in de maatschappij die dat vermogen heeft. Alleen zij kan, door de omverwerping van de heerschappij van de bourgeoisie, de vernietiging van de kapitalistische staat, met inbegrip van de parlementaire democratie, het tij keren dat onder het beheer van het kapitalisme onverbiddelijk naar de vernietiging leidt.
Dennis/ 14.10.2023
De spanningen bereiken overal het kookpunt door de gruwelijk gewelddadige botsingen tussen het Hamas-regime in Gaza en de staat Israël. In beide kampen heerst een sfeer van hysterie. Als wraak voor de terreuraanslag door Hamas hebben gewapende joodse kolonisten op de Westelijke Jordaanoever in deze eerste week van de oorlog al vijf Palestijnen gedood, terwijl het Israëlische leger massaal de Gazastrook uitroeit. In zo'n benauwde atmosfeer is het erg moeilijk om de internationalistische weg te volgen die weigert te kiezen voor de ene of de andere kant. Het vereist moed om publiekelijk een consistent proletarisch perspectief te verdedigen.
Maar gelukkig zijn er enkele internationalistische stemmen die zich laten horen. Zelfs als we niet alle standpunten in hun artikelen delen, vormen ze een licht in de duisternis van de huidige barbarij die door de internationale bourgeoisie wordt ontketend.
Onder deze stemmen zijn er twee andere organisaties van de Kommunistische Linkerzijde. De eerste is de Internationalistische Communistische Tendens met de verklaring “The Latest Butchery in the Middle East is Part of the March to Generalised War [31]”. De tweede is Il Partito Comunista met het artikel “War in Gaza, Against the imperialist warfare, for the revolutionary class warfare [32]”.
Maar er zijn ook minstens twee anarchistische groepen die een internationalistisch standpunt hebben gepubliceerd tegen de gruweldaden van het kapitalisme in het Midden-Oosten. De eerste is de Anarchist Communist Group die het artikel “Neither Israel nor Hamas! [33]” heeft gepubliceerd. Het andere artikel is van het Anarcom Network en heet “Neither one State nor two States! No ‘State’ will end the slaughter of our Class!” [34]
Dus ondanks de oorverdovende campagne van de regeringen van de VS, het VK en anderen, en van burgerlijk links om de ‘Palestijnse zaak’ te steunen, zijn verschillende organisaties in Europa en Noord-Amerika trouw gebleven aan de internationalistische principes van het wereldproletariaat.
We zullen te zijner tijd terugkomen op enkele van de standpunten die de verschillende groepen hebben ingenomen.
WR 14.10.23Sinds 2020 vindt de ene staatsgreep na de andere plaats in West- en Centraal-Afrika, van Guinee tot Gabon, via Mali, tot aan Burkina Faso en Niger. Om nog maar te zwijgen van de ‘constitutionele staatsgrepen’ die ook in Ivoorkust en Tsjaad hebben plaatsgevonden.
In Mali, Burkina Faso en Niger zijn de door Frankrijk gesteunde corrupte en bloeddorstige regimes omvergeworpen door (al even corrupte en bloeddorstige) militaire facties onder het gejuich van mensenmassa’s die het zat zijn om uitgehongerd te worden door gewetenloze roofdieren en hun westerse handlangers. Maar de demonstranten houden zichzelf voor de gek: noch de coupplegers, noch de kandidaten die in de rij staan om Frankrijk te vervangen in zijn traditionele invloedssfeer (Wagner-groep, China, enz.) zijn begaan met het lot van de bevolking. Integendeel, deze putches zijn de uitdrukking van een versnelde destabilisatie van de regio en de voorbode van steeds meer ellende.
De Sahel-regio, waarin Niger een centrale plaats inneemt, wordt gekenmerkt door toenemende instabiliteit die met name wordt veroorzaakt door de acute economische nood van de bevolking, de verslechtering van de veiligheidssituatie, de snelle bevolkingsgroei, de massale verplaatsing van migranten (4,1 miljoen ontheemden alleen al in 2022) en de verschrikkelijke verslechtering van het milieu.
De Sahel-regio als geheel heeft te maken met een verwoestende toename van aanvallen door islamitische gewapende groeperingen, die profiteren van de poreuze en uitgestrekte grenzen. In de afgelopen vijf jaar is het aantal ‘veiligheidsincidenten’ in de centrale Sahel verzesvoudigd en het aantal doden bijna verachtvoudigd. Deze terroristische groepen vallen regelmatig staatsinstellingen aan, richten zich op dorpsgemeenschappen en blokkeren stedelijke centra door wegen en aanvoerlijnen af te snijden. Burkina Faso, Mali en Niger behoren tot de tien landen die het meest door terrorisme worden getroffen.
Volgens de State Fragility Index behoren de Sahellanden tot de 25 meest kwetsbare staten. De meeste van deze regeringen zijn niet in staat om hun grondgebied te controleren. In Burkina Faso controleren gewapende islamistische groepen bijvoorbeeld tot 40% van het grondgebied. Ondanks de ‘steun’ van de Wagner-groep aan de Malinese regering heeft Islamitische Staat (IS) zijn grondgebied in dat land in een jaar tijd verdubbeld.
Na Mali en Burkina Faso werd het Franse imperialisme, onder het gejoel van demonstranten, gedwongen Niger met wapens en bagage te evacueren. Niger werd beschouwd als een ‘veilig land’ waarop verschillende imperialistische machten, met name Frankrijk en de Verenigde Staten, vertrouwden om hun verschillende belangen te beschermen: "Niger, dat grenst aan Libië, is sindsdien een belangrijke geopolitieke locatie geworden voor zijn minerale rijkdommen, waaronder uranium en olie, en voor de doorgang van migranten naar Europa [...]. Het leger van Niger leek aantrekkelijker en strijdbaarder voor de Amerikanen, die twee luchtmachtbases met drones installeerden in Niamey en Agadez, die informatie verstrekken aan de Barkhane strijdmacht, maar niet aan de staten van de Sahel zelf" [1] (1).
Maar in tegenstelling tot wat de burgerlijke pers beweert, is deze staatsgreep (net als de recente staatsgrepen in Mali en Burkina Faso) geen simpele verandering van bondgenootschap, zoals we die tijdens de Koude Oorlog hebben gezien, waarbij de coupplegers liever met Rusland of China te maken hebben dan met westerse landen. In werkelijkheid is hij de uitdrukking van een scherpe versnelling in de ontbinding van de burgerlijke maatschappij, die de neiging heeft om de zwakste schakels van het kapitalisme in een absolute chaos te storten.
In plaats van een imperialistische heroriëntatie ten gunste van een nieuwe ‘partner’, zien we vooral totaal onverantwoordelijke burgerlijke groeperingen die gebruik maken van de destabilisatie van regeringen en de kwetsbaarheid van staten om ‘hun geluk te beproeven’. Ze nemen elke retoriek over die hen in staat stelt om aan de macht te komen en zijn bereid om bondgenootschappen te sluiten met iedereen die hen kan steunen. In Niger werd de staatsgreep openlijk uitgevoerd tegen de voormalige koloniale macht, met de steun van de Wagner-groep, het destabiliseringswapen van Rusland. Maar niemand kan uitsluiten dat de junta, die aan de macht is, terugkrabbelt en uiteindelijk besluit met Frankrijk te gaan onderhandelen.
Vandaag zijn de grote imperialistische machten niet begaan met het lot van het volk of de instandhouding van ‘democratisch verkozen’ regeringen (wat een enorme grap!), maar met de gevolgen van de staatsgrepen voor de verdediging van hun eigen smerige belangen. In Gabon bijvoorbeeld verdreven de coupplegers Ali Bongo, een groot verdediger van de Franse belangen, uit zijn ambt zonder de enorme Franse invloed in het land ter discussie te stellen... Deze staatsgreep werd door de westerse pers dan ook omschreven als een ‘aanpassing’ en wekte geen ‘sterke emoties’ op in de Quai d'Orsay. In Niger daarentegen werden de coupplegers bedreigd met economische sancties en militair ingrijpen.
Maar de reactie van de grote imperialistische haaien vond ook plaats in een context waar het ‘ieder voor zich’ regeert. Parijs probeerde onmiddellijk een militaire interventie te organiseren, maar toonde opnieuw haar machteloosheid. Macron probeerde zijn spierballen te tonen door te beweren dat hij ‘hardnekkig’ en ‘onbuigzaam’ is als het gaat om de ‘terugkeer naar de legaliteit’, hoewel alles erop wijst dat hij daar de middelen niet voor heeft: "Frankrijk dringt er bij ECOWAS op aan om in te grijpen, samen met zijn bondgenoot in deze zaak, Nigeria. Maar het probeert ook zijn Europese partners aan boord te krijgen. Het probleem is dat de Duitsers niet overtuigd zijn van de voordelen van een interventie, net als de Italianen, die de tragische fouten van Frankrijk in Libië nog niet vergeten zijn. De Verenigde Staten willen vasthouden aan hun posities in Niger"[2] (2). Terwijl "Franse diplomaten en militaire officieren bitter wezen op het ‘duistere spel’ van Washington in Niger, waarin niet eens het woord ‘staatsgreep’ werd gebruikt [...] antwoordde een Amerikaanse generaal: ‘We vechten vanuit Niger tegen de invloed en druk van Rusland, via Wagner, en China. En tegen het internationale terrorisme in de Sahel’.”[3] (3)
De chaos in Niger is zo hevig en het onvermogen van het Westen om eensgezind op te treden zo flagrant, dat het de imperialistische mogendheden zelfs dwingt om hun posities ter plaatse te herzien om niet te veel ‘veren’ te verliezen. Dit geldt voor Washington, dat Niger als een centrale pion ziet in zijn strijd tegen Chinese en Russische invloed in de regio, maar niet zeker weet of het op de putschisten kan rekenen.
Om het duidelijk te stellen: "In Niger is het Westen niet in een positie om een invasie te steunen, zelfs niet als die wordt geleid door regionale staten die zelf nood hebben binnenlandse legitimiteit. In ieder geval zouden deze staten worden beschouwd als een verlengstuk van de Westerse leiding"[4] (4). Bovenal herinnert ‘het Westen’ zich ongetwijfeld zijn rampzalige militaire interventie in Libië in 2011, waarvan een van de gevolgen de verspreiding was van ‘jihadistisch terrorisme’ door de Sahel en de ineenstorting van een staat in een situatie die nog steeds niet ontrafeld is.
Alle imperialisten die in de Sahel aanwezig zijn, herpositioneren zich daarom om hun belangen beter te verdedigen, zelfs als dat betekent dat de chaos wordt versneld en de imperialistische turbulentie wordt geaccentueerd.
Amina, 25 september 2023
[1] « Niger : toute la région plonge dans le chaos », Courrier international n° 1710 (10 Augustus 2023).
[2] Le Canard enchaîné (16 Augustus 2023).
[3] Le Canard enchaîné (23 Augustus 2023).
[4] « Niger : “Il est temps de rompre avec la pratique du paternalisme envers les Africains… », Le Monde (20 Augustus 2023).
Bijlage | Grootte |
---|---|
![]() | 330.48 KB |
“We moeten zeggen dat het nu genoeg is! Niet alleen wij, maar de hele arbeidersklasse van dit land moet op een gegeven moment zeggen dat genoeg genoeg is” (Littlejohn, onderhoudssupervisor in de geschoolde beroepen in de stansfabriek van Ford in Buffalo, Verenigde Staten).
Deze Amerikaanse arbeider vat in één zin samen wat rijpt in het bewustzijn van de hele arbeidersklasse, in elk land. Een jaar geleden brak in het Verenigd Koninkrijk de ‘Zomer van Woede’ uit. Door “Genoeg is genoeg” te scanderen, trapten de Britse arbeiders na meer dan dertig jaar stagnatie en berusting opnieuw de strijd af.
Deze oproep werd ook buiten de grenzen gehoord. Van Griekenland tot Mexico ontwikkelden zich in de tweede helft van 2022 en het begin van 2023 stakingen en demonstraties tegen dezelfde ondraaglijke aftakeling van onze levens- en werkomstandigheden
Halverwege de winter werd in Frankrijk een volgende stap gezet: de arbeidersklasse nam het idee over dat “op een moment genoeg genoeg is”. Maar in plaats van het vermeerderen van lokale en corporatistische strijdhaarden, geïsoleerd van elkaar, waren ze in staat om zich met miljoenen te verzamelen in de straten. Aan de noodzakelijke strijdlust werd de kracht van massaliteit toegevoegd. En nu proberen de arbeiders in de Verenigde Staten de fakkel van de strijd over te nemen en wat verder te dragen.
De sociale beweging die op dit moment ‘s werelds grootste economische macht in vuur en vlam zet, wordt omgeven door een ware media black-out. En met reden: in een land dat al tientallen jaren geteisterd wordt door armoede, geweld, drugs, racisme, angst en individualisme, laten deze stakingen zien dat er een heel andere weg mogelijk is.
De kern van al deze stakingen wordt gevormd door een oprechte golf van solidariteit onder de arbeiders: “We hebben er allemaal genoeg van: de uitzendkrachten hebben er genoeg van, werkers met een lange staat van dienst zoals ik hebben er genoeg van... want deze uitzendkrachten zijn onze kinderen, onze buren, onze vrienden” (dezelfde werknemer uit New York). Dit is hoe de arbeiders de rijen sluiten, tussen de generaties: de ‘ouderen’ staken niet alleen voor zichzelf, maar vooral voor de ‘jongeren’ die onder nog slechtere arbeidsomstandigheden en nog lagere lonen lijden.
Geleidelijk groeit er een gevoel van solidariteit in de arbeidersklasse naarmate we ons realiseren dat we “allemaal in hetzelfde schuitje” zitten: “Al deze groepen zijn geen afzonderlijke bewegingen, maar een collectieve roep: we zijn een stad van arbeiders - arbeiders en bedienden, vakbondsleden en niet-vakbondsleden, immigranten en autochtonen” (Los Angeles Times).
De huidige stakingen in de Verenigde Staten brengen veel meer samen dan alleen de betrokken sectoren. “Het Stellantis-complex in Toledo, Ohio, gonsde van het gejuich en getoeter bij het begin van de staking” (The Wall Street Journal). “Autogetoeter ondersteunt de stakers aan de poort van de fabriek van de autofabrikant in Wayne, Michigan” (The Guardian).
De huidige stakingsgolf is van historisch belang:
scenarioschrijvers en acteurs in Hollywood staken voor het eerst in 63 jaar samen;
verpleegkundigen van de privésector in Minnesota en Wisconsin hebben de grootste staking in hun geschiedenis gehouden;
gemeentearbeiders in Los Angeles staakten voor het eerst in 40 jaar;
arbeiders van de ‘Grote Drie’ (General Motors, Ford, Chrysler) voeren een ongekende gemeenschappelijke strijd;
de werkers van Kaiser Permanente, in staking in verschillende staten, hielden de grootste demonstratie ooit georganiseerd in de gezondheidssector.
We zouden hier ook de vele stakingen van de afgelopen weken aan toe kunnen voegen bij Starbucks, Amazon en McDonald’s, in luchtvaart- en spoorwegfabrieken, of de staking die zich geleidelijk heeft uitgebreid naar alle hotels in Californië... allemaal arbeiders die strijden voor een fatsoenlijk loon tegenover een razendsnelle inflatie waardoor ze in armoede vervallen.
Met al deze stakingen laat het Amerikaanse proletariaat zien dat het ook voor arbeiders in de private sector mogelijk is om te vechten. In Europa waren het tot nu toe vooral de werknemers in de publieke sector die in opstand kwamen, omdat de angst om hun baan te verliezen een doorslaggevende rem was voor werknemers in privaat bedrijven. Maar tegenover de steeds ondraaglijker omstandigheden van uitbuiting, zullen we allemaal aangezet worden om te vechten. De toekomst is aan de klassenstrijd in alle sectoren, samen en verenigd!
De woede neemt weer toe in Europa, Azië en zelfs in Oceanië. China, Korea en Australië hebben sinds de zomer ook te maken met een opeenvolging van stakingen. In Griekenland heeft een sociale beweging eind september de transport-, onderwijs- en gezondheidssector bijeengebracht om te protesteren tegen een voorgestelde arbeidshervorming om het werk flexibeler te maken. Op 13 oktober starten er weer demonstraties in Frankrijk, over de kwestie van de lonen. Ook in Spanje begint een wind van woede te waaien: op 17 en 19 oktober zijn er stakingen in het vrij onderwijs; op 24 oktober een staking in het openbaar onderwijsnet; op 25 oktober een staking van de gehele Baskische openbare diensten; op 28 oktober een demonstratie van gepensioneerden, enzovoort. Deze stakingsaanzeggingen doet de Spaanse pers uitkijken naar “een nieuwe hete herfst”.
Deze lijst geeft niet alleen de groeiende ontevredenheid en strijdbaarheid van onze klasse aan. Het onthult ook de grootste zwakte van onze beweging op dit moment: ondanks de groeiende solidariteit blijven onze gevechten de een van de andere gescheiden. Onze stakingen vinden weliswaar gelijktijdig plaats, zelfs zij aan zij, soms in demonstraties, maar we gaan niet echt samen de strijd aan. We zijn niet verenigd, we zijn niet georganiseerd als één maatschappelijke kracht, in één en dezelfde strijd.
De huidige stakingsgolf in de Verenigde Staten is hier nog een flagrante demonstratie van. Toen de beweging in de ‘Grote Drie’ van start ging, bleef de staking beperkt tot drie ‘aangewezen’ fabrieken: Wentzville (Missouri) voor GM, Toledo (Ohio) voor Chrysler en Wayne (Michigan) voor Ford. Deze drie fabrieken liggen duizenden kilometers uit elkaar, waardoor het voor de arbeiders onmogelijk was om samen te komen en echt samen te vechten.
Waarom deze spreiding? Wie heeft deze versnippering georganiseerd? Wie omlijst officieel deze arbeiders? Wie organiseert de sociale bewegingen? Wie zijn de ‘specialisten van de strijd’, wie de wettelijke vertegenwoordigers van de arbeiders? De vakbonden! Overal ter wereld spreiden en verdelen ze de reactie van de arbeiders.
Het was de UAW, een van de belangrijkste vakbonden in de Verenigde Staten, die deze drie fabrieken heeft ‘aangewezen’! Het is de UAW die, terwijl ze de beweging valselijk “sterk, verenigd en massaal” noemt, de staking opzettelijk beperkt tot slechts 10% van de aangeslotenen bij de vakbond, terwijl alle arbeiders luidkeels verkondigen dat ze een algehele staking willen. Wat deden de vakbonden toen de arbeiders van Mack Truck (Volvo trucks) probeerden zich aan te sluiten bij de strijd van de ‘Grote Drie? Ze haastten zich om een overeenkomst te tekenen om deze staking te beëindigen! In Hollywood, toen de staking van acteurs en scenarioschrijvers al maanden aan de gang was, werd er net op het moment dat de auto-arbeiders zich bij de beweging aansloten een overeenkomst getekend tussen patronaat en vakbond.
Zelfs in Frankrijk, tijdens demonstraties die miljoenen mensen samenbrengen in de straten, hakken de vakbonden de demonstraties in mootjes door ‘hun’ vakbondsleden gegroepeerd per sector te laten opstappen, niet samen maar achter elkaar, zodat er geen samenkomst of discussie mogelijk is.
In de Verenigde Staten, in het Verenigd Koninkrijk, in Frankrijk, in Spanje, in Griekenland, in Australië en in elk ander land, als we een einde willen maken aan deze georganiseerde verdeeldheid, als we echt verenigd willen zijn, als we elkaar tegemoet willen treden, ons aan elkaar optrekken, onze beweging willen uitbreiden, dan moeten we de controle over de strijd uit handen van de vakbonden nemen. Dit is onze strijd, de strijd van de hele arbeidersklasse!
Waar we maar kunnen, moeten we samenkomen in open, massale, zelfstandige algemene vergaderingen, die echt beslissen over het verloop van de beweging. Algemene vergaderingen waarin we zo breed mogelijk de algemene noden van de strijd en de eisen die ons het meest verenigen bespreken. Algemene vergaderingen van waaruit we in massale delegaties naar andere klassebroeders en -zusters trekken, naar de arbeiders in de dichtstbijzijnde fabriek, ziekenhuis, school of kantoor.
Geplaatst tegenover de verarming, de opwarming van de aarde, het politiegeweld, racisme, geweld tegen vrouwen... zijn er in de afgelopen jaren andere soorten reacties geweest: de ‘gele hesjes’ demonstraties in Frankrijk, klimaat manifestaties zoals ‘Youth for climate’, protesten voor gelijkheid zoals ‘Black Lives Matter’ of ‘MeToo’, of de woede-uitbarstingen zoals tijdens de rellen in de Verenigde Staten, Frankrijk of het Verenigd Koninkrijk.
Maar het oogpunt van al deze acties gaat over het opleggen van een eerlijkere, rechtvaardigere, menselijkere en groenere vorm van kapitalisme. Daarom zijn al deze reacties voor de regeringen en de bourgeoisie in het algemeen zo gemakkelijk te recupereren en aarzelen ze niet om al deze ‘burgerbewegingen’ te promoten. Trouwens, de vakbonden en alle politici doen er alles aan om ook de eisen van de arbeiders te beperken tot het strikte kader van het kapitalisme, door een betere verdeling van de rijkdom tussen ondernemers en werkers de nadruk te geven. “Nu de industrie zich herstelt, zouden [de arbeiders] in de winsten moeten delen” verklaarde zelfs Biden, de eerste Amerikaanse president die zich op een stakingspost bevond.
Maar door de strijd aan te gaan tegen de gevolgen van de economische crisis, tegen de door de staten opgezette aanvallen, tegen de offers opgelegd door de ontwikkeling van de oorlogseconomie, komt het proletariaat in opstand, niet als burgers die ‘rechten’ en ‘rechtvaardigheid’ eisen, maar als uitgebuiten tegen hun uitbuiters en, uiteindelijk, als klasse tegen het klassesysteem zelf. Daarom draagt de internationale dynamiek van de strijd van de arbeidersklasse de kiem in zich van een fundamentele uitdaging aan het hele kapitalisme.
In Griekenland legden demonstranten tijdens de actiedag op 21 september tegen de hervorming van de arbeidsvoorwaarden een verband tussen deze aanval en de ‘natuurrampen’ die het land deze zomer hebben geteisterd. Aan de ene kant vernietigt het kapitalisme de planeet, vervuilt het, verergert het voortdurend de klimaatopwarming, ontbost het, betonneert het, droogt het land uit en veroorzaakt het overstromingen en branden. Aan de andere kant schrapt het de banen die vroeger de natuur onderhielden en mensen beschermden en bouwt het liever oorlogsvliegtuigen dan brandblusvliegtuigen.
De arbeidersklasse vecht niet alleen tegen de aantasting van hun leef- en werkomstandigheden, maar is ook bezig met een veel bredere overdenking op dit systeem en zijn toekomst. Een paar maanden geleden zagen we tijdens demonstraties in Frankrijk protestborden verschijnen tegen de oorlog in Oekraïne, met een weigering de broekriem aan te halen in naam van deze oorlogseconomie: “Geen geld voor oorlog, geen geld voor wapens, geld voor lonen, geld voor pensioenen”.
De economische crisis, de ecologische crisis en de barbaarsheid van de oorlog, allemaal zijn het symptomen van de dodelijke dynamiek van het wereldwijde kapitalisme. De stortvloed van bommen en kogels op de mensen in Israël en Gaza op het moment dat we deze regels schrijven, terwijl de bloedbaden in Oekraïne doorgaan, is een zoveelste illustratie van de neerwaartse spiraal waarin het kapitalisme de maatschappij meesleurt en het leven van de hele mensheid bedreigt!
Het groeiende aantal stakingen laat zien dat twee werelden botsen: de burgerlijke wereld van competitie en barbaarsheid en de wereld van solidariteit en hoop van de arbeidersklasse. Dit is de diepe betekenis van onze huidige en toekomstige strijd: de belofte van een andere toekomst, zonder uitbuiting of maatschappelijke klassen, zonder oorlog of grenzen, zonder vernietiging van de planeet of het streven naar winst.
Internationale Kommunistische Stroming
8 oktober 2023
Links
[1] https://nl.internationalism.org/files/nl/pdf/n_isme_379_klweb_0.pdf
[2] https://nl.internationalism.org/tag/historische-gebeurtenissen/oorlog-palestina-israel
[3] https://nl.internationalism.org/tag/4/90/israel
[4] https://nl.internationalism.org/tag/4/91/palestina
[5] https://nl.internationalism.org/tag/recent-en-lopend/palestiijns-israelische-oorlog
[6] https://fr.internationalism.org/content/10874/capitalisme-mene-a-destruction-lhumanite-seule-revolution-mondiale-du-proletariat-peut
[7] https://fr.internationalism.org/content/11040/pourquoi-cci-parle-t-il-rupture-dynamique-lutte-classe
[8] https://nl.internationalism.org/tag/11/155/tussenkomsten
[9] https://nl.internationalism.org/tag/recent-en-lopend/heropleving-klassestrijd
[10] https://www.marxists.org/nederlands/marx-engels/1883/natuur/8.htm
[11] https://nl.internationalism.org/tag/recent-en-lopend/klimaatopwarming
[12] https://nl.internationalism.org/internationalerevue/201510/1290/stellingen-de-ontbinding-als-hoogste-stadium-van-het-verval-van-het-
[13] https://en.internationalism.org/content/17377/update-theses-decomposition-2023
[14] https://en.internationalism.org/content/17362/report-class-struggle-25th-icc-congress
[15] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11174#sdfootnote1sym
[16] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11174#sdfootnote2sym
[17] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11174#sdfootnote1anc
[18] https://internationalistperspective.org/
[19] https://www.leftcommunism.org/
[20] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11174#sdfootnote2anc
[21] https://fr.internationalism.org/manifeste1
[22] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11174#sdfootnote3anc
[23] https://fr.internationalism.org/french/Rinte10/rencontre_inter_BC
[24] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11174#sdfootnote4anc
[25] https://nl.internationalism.org/content/1567/nederland-na-de-verkiezingen-het-einde-van-de-politieke-stabiliteit
[26] https://nl.internationalism.org/content/1524/rapport-over-de-hedendaagse-ontbinding-mei-2017
[27] https://nl.internationalism.org/iksonline/201701/1357/over-de-kwestie-van-het-populisme
[28] https://nl.internationalism.org/content/gemeenteraadsverkiezingen-enkel-nog-bluf-en-illusies-de-toekomst-wordt-beslist-de-sociale
[29] https://nl.internationalism.org/tag/territoriale-situatie/politieke-situatie-nederland
[30] https://nl.internationalism.org/tag/recent-en-lopend/verkiezingen-nederland
[31] https://www.leftcom.org/en/articles/2023-10-11/the-latest-butchery-in-the-middle-east-is-part-of-the-march-to-generalised-war
[32] https://www.international-communist-party.org/English/TheCPart/TCP_055.htm#Gaza
[33] https://www.anarchistcommunism.org/2023/10/11/neither-israel-nor-hamas/
[34] https://anarcomuk.uk/2023/10/09/neither-one-state-nor-two-states-no-state-will-end-the-slaughter-of-our-class/
[35] https://nl.internationalism.org/tag/recent-en-lopend/oo
[36] https://nl.internationalism.org/tag/4/55/afrika
[37] https://nl.internationalism.org/tag/recent-en-lopend/sahel
[38] https://nl.internationalism.org/files/nl/2023_n-pamflet_vs-staking_okt2023.pdf
[39] https://nl.internationalism.org/tag/recent-en-lopend/stakingen-frankrijkvkvs-2023