Voor de arbeidersklasse, een klasse waarvan het bewustzijn een van de meest waardevolle wapens is, 1 [2] is het van fundamenteel belang om te leren van haar eigen ervaringen. Telkens wanneer zij op eigen terrein massaal, verenigd en solidair, en vooral met een revolutionaire geestdrift optreedt, laat zij belangrijke lessen na voor de toekomst, lessen die de klasse moet begrijpen en gebruiken voor haar toekomstige acties.
Dat was het geval bij de Commune van Parijs in 1871, die Marx en Engels deed inzien dat de arbeidersklasse, wanneer zij de macht overneemt, de burgerlijke staat niet kan gebruiken om de maatschappij om te vormen tot het kommunisme. Zij moet deze vernietigen om een nieuwe manier van bestuur van de samenleving op te bouwen, met verkozen ambtenaren die te allen tijde kunnen worden afgezet.
Dat was ook het geval bij de revolutie in Rusland in 1905, waarvan dit jaar de 120e verjaardag wordt gevierd. In dit geval was de les nog rijker: we zagen het ontstaan van de massastaking en de oprichting van de organen van haar macht: de arbeidersraden (in het Russisch: de sovjets), de “eindelijk gevonden vorm van de dictatuur van het proletariaat”, zoals Lenin stelde.
Aan deze ervaring willen we dit artikel wijden om te zien hoe ze ons kan helpen de huidige dynamiek van de klassenstrijd te begrijpen, die de IKS heeft omschreven als een historische “breuk” met de voorgaande decennia.
Alvorens we ons buigen over de dynamiek van de Russische Revolutie van 1905, moeten we kort stilstaan bij de internationale en historische context waarin deze revolutie tot stand kwam. De laatste decennia van de 19e eeuw werden gekenmerkt door een bijzonder sterke economische ontwikkeling in heel Europa. In deze context werd het tsaristische Rusland, een land waarvan de economie nog steeds gekenmerkt werd door een grote achterstand, de ideale plek voor de export van grote hoeveelheden kapitaal om middelgrote en grote industrieën op te zetten. In enkele decennia vond er een ingrijpende transformatie van de economie plaats. In het Rusland van het einde van de 19e eeuw leidde de groei van het kapitalisme tot een sterke concentratie van arbeiders. Het proletariaat in Rusland kenmerkte zich dus door zijn concentratie in enkele grote industriële gebieden, wat het streven naar solidariteit en de uitbreiding van zijn strijd sterk bevorderde. Het zijn deze structurele kenmerken van de economie die de revolutionaire vitaliteit verklaren van een jong proletariaat dat bovendien leefde in een zeer achtergebleven land waar de boereneconomie de boventoon voerde.
In januari 1905 werden twee arbeiders van de Putilov-fabrieken in Sint-Petersburg ontslagen. Er brak een solidariteitsstaking uit en er werd een petitie opgesteld voor politieke vrijheden, het recht op onderwijs, de 8-urige werkdag, tegen belastingen, enz., die tijdens een massale demonstratie aan de tsaar zou worden overhandigd. “Duizenden arbeiders – geen sociaal-democraten, maar religieuze, keizergetrouwe mensen – onder leiding van priester Gapon trekken vanuit alle wijken naar het centrum van de hoofdstad, naar het plein voor het Winterpaleis, om de tsaar een petitie te overhandigen. De arbeiders gaan met heiligenbeelden en hun toenmalige leider Gapon verzekert de tsaar schriftelijk dat hij instaat voor zijn onschendbaarheid en verzoekt hem voor het volk te verschijnen.” 2 [3]
De situatie escaleert wanneer de arbeiders bij het Winterpaleis aankomen om hun verzoek aan de tsaar in te dienen en worden aangevallen door troepen die “de menigte aan met blanke wapens aanvallen, er wordt geschoten op de ongewapende arbeiders, die op hun knieën de Kozakken smeekten hen bij de keizer binnen te laten. Volgens berichten van de politie waren er meer dan duizend doden en meer dan tweeduizend gewonden. De verbittering van de arbeiders was onbeschrijfelijk. “ 3 [4] Het was deze diepe verontwaardiging van de arbeiders van Sint-Petersburg jegens de man die zij ”Vadertje” noemden en die met wapens op hun smeekbede had gereageerd, die de revolutionaire strijd van januari ontketende. In deze periode vond een zeer snelle verandering plaats in de gemoedstoestand van het proletariaat: “Een enorme stakingsgolf overspoelde het hele land en schokte de hele natie […] Ongeveer een miljoen mannen en vrouwen namen deel aan de beweging. Bijna twee maanden lang, zonder enig plan, in veel gevallen zonder eisen te stellen, soms onderbroken, soms weer hervat, alleen het instinct van solidariteit volgend, heerste de staking over het land.” 4 [5]
Het feit dat er zonder specifieke eisen, uit solidariteit, werd gestaakt, was zowel een uiting als een actieve factor in de rijping binnen het Russische proletariaat van die tijd, van het bewustzijn een klasse te zijn en de noodzaak om als zodanig de confrontatie aan te gaan met zijn klassenvijand. De algemene staking van januari wordt gevolgd door een periode van voortdurende strijd, die overal in het land opduikt en weer verdwijnt, voor economische eisen. Deze periode is minder spectaculair, maar even belangrijk. In Warschau vinden bloedige confrontaties plaats. In Lodz worden barricades opgeworpen. De matrozen van het slagschip Potemkin in de Zwarte Zee komen in opstand. Deze hele periode bereidt de tweede belangrijke fase van de revolutie voor.
“Deze tweede revolutionaire actie van grote omvang van het proletariaat heeft reeds in wezen een ander karakter dan de eerste in januari. Het element van het politiek bewustzijn speelt al een veel grotere rol. Weliswaar was ook hier de eerste aanleiding tot het uitbreken van de massastaking van bijkomende aard en daarbij ook schijnbaar toevallig het conflict van de spoorwegarbeiders met het beheer, wegens de pensioenkas.Maar de daaropvolgende algemene opstand van het industrieproletariaat wordt gedragen door klare politieke opvattingen. De proloog van de januaristaking was een petitieoptocht naar de tsaar voor politieke vrijheid, de eis van de oktoberstaking luidde: Weg met de constitutionele komedie van het tsarisme! En dankzij het onmiddellijke succes van de algemene staking, het tsaarmanifest van 30 oktober, vloeit de beweging niet terug naar binnen zoals in januari, om eerst het begin van de economische klassenstrijd in te halen, maar stort zich naar buiten in ijverig uitbaten van de juist veroverde politieke vrijheid. Betogingen, vergaderingen, een jonge pers, openlijke discussies, en bloedige afslachtingen tot slot van het lied.” 5 [6] In oktober vond een kwalitatieve verandering plaats, die tot uiting kwam in de oprichting van de Sovjet van Sint-Petersburg, die een mijlpaal zou worden in de geschiedenis van de internationale arbeidersbeweging. Nadat de staking van de typografen zich had uitgebreid naar de spoorwegen en de telegraaf, besloten de arbeiders in een algemene vergadering om de Sovjet op te richten, die het zenuwcentrum van de revolutie zou worden: “De Sovjet ontstond als antwoord op een objectieve noodzaak – een noodzaak die voortvloeide uit de gang van zaken. Het was een autoritaire organisatie die toch geen tradities kende en die onmiddellijk een verspreide massa van honderdduizenden mensen kon betrekken.” 6 [7]
“Het gisten na de korte grondwetdroom en het gruwelijke ontwaken leidt eindelijk in december tot het uitbreken van de derde algemene massastaking in heel het tsarenrijk. Ditmaal is het verloop en het uitgangspunt weer helemaal anders dan in de beide vorige gevallen. De politieke actie slaat niet meer om in een economische zoals in januari, zij behaalt ook niet meer een snelle overwinning zoals in oktober. De proeven van de tsaristische camarilla met de werkelijke politieke vrijheid worden niet meer gedaan, en de revolutionaire actie stuit daardoor voor de eerste maal in haar volle breedte op de vaste muur van het fysieke geweld van het absolutisme.” 7 [8]
De kapitalistische bourgeoisie, geschrokken door de beweging van het proletariaat, schaart zich achter de tsaar. De regering paste de liberale wetten die zij zojuist had toegekend niet toe. De leiders van de soviet van Petrograd werden gearresteerd. Maar de strijd ging door in Moskou: “Het hoogtepunt van de revolutie van 1905 werd gevormd door de decemberopstand in Moskou. Het kleine aantal opstandelingen, namelijk de georganiseerde en gewapende arbeiders – zij waren niet met meer dan ongeveer achtduizend – bood negen dagen lang weerstand aan de tsaristische regering, die het garnizoen van Moskou niet kon vertrouwen, het veeleer achter slot en grendel moest houden en alleen dankzij de komst van het Semenovski-regiment uit Sint-Petersburg in staat was de opstand neer te slaan.” 8 [9]
Wat was dan de dynamiek in 1905? Die van de massastaking, van die “oceaan van verschijnselen” (Luxemburg) bestaande uit stakingen, demonstraties, solidariteit, discussies, economische en politieke eisen, kortom alle uitingen die kenmerkend zijn voor de strijd van de arbeidersklasse en die zich tegelijkertijd manifesteren als het resultaat van een rijping van het bewustzijn van de arbeiders, een rijping die plaatsvindt tijdens de gebeurtenissen zelf, maar ook en vooral het resultaat van een ondergrondse rijping, een opeenstapeling van ervaringen en een diepgaande overdenking die op een bepaald moment aan het licht komt. De gebeurtenissen van 1905 komen namelijk niet uit het niets, maar zijn het resultaat van deze opeenstapeling van opeenvolgende ervaringen en overdenkingen die Rusland vanaf het einde van de 19e eeuw hebben geschokt. Zoals Rosa Luxemburg vermeldt: “Deze januari-massastaking [in Sint Petersburg] ontwikkelde zich nu zonder twijfel onder de rechtstreekse indruk van de reusachtige massastaking die kort daarvoor, in december 1904, in de Kaukasus te Bakoe uitgebroken was en een tijdlang heel Rusland de adem benam. De decembergebeurtenissen in Bakoe waren echter op hun beurt niets anders dan een laatste en krachtige uitloper van de geweldige massastakingen die als periodieke aardbevingen in de jaren 1903 en 1904 heel Zuid-Rusland deden wankelen. En de proloog hiervan was de massastaking in Batum (Kaukasus) van maart 1902. Deze eerste massastakingsbeweging in de doodlopende keten van de huidige revolutionaire uitbarstingen is eindelijk slechts vijf tot zes jaar van de grote algemene werkstaking van de Petersburgs textielarbeiders in 1896 en 1897 verwijderd.”
Dit concept van ondergrondse rijping van het bewustzijn is moeilijk te aanvaarden voor een groot deel van de groepen in het proletarische politieke milieu, maar ook voor een aantal van onze contacten of sympathisanten. Toch vindt het zijn oorsprong in de geschriften van Marx9 [10], terwijl Luxemburg het idee van de “oude mol” overneemt en Lenin hetzelfde doet. 10 [11] Trotski gebruikt weliswaar niet helemaal dezelfde bewoordingen als de IKS om het fenomeen van de ‘ondergrondse rijping’ van het bewustzijn binnen het proletariaat te beschrijven, maar hij verwijst er heel duidelijk naar in zijn Geschiedenis van de Russische revolutie.
De volgende passage illustreert dit perfect: “Revolutionaire gebeurtenissen worden direct door veranderingen in het bewustzijn der strijdende klassen veroorzaakt. […] De veranderingen in het maatschappelijk bewustzijn hebben uiteraard een deels verborgen karakter; eerst indien zij een bepaalde spanning bereikt hebben, komen de nieuwe stemmingen en gedachten tot uiting als massa-acties.”
Maar bovenal wordt de realiteit van de processen van de ondergrondse rijping bevestigd in alle belangrijke momenten van de strijd van het proletariaat: we zagen het in 1905, we zien het ook in 1917 in Rusland, waar de Oktoberrevolutie werd voorafgegaan door stakingen tegen de oorlog in de voorgaande jaren. En we hebben het ook gezien in historische momenten die dichter bij ons staan. We zagen het in 1980 in Polen met de stakingsbeweging die de ‘heropleving’ van de massastaking op het historische toneel met zich meebracht.: de Poolse arbeiders hadden al belangrijke momenten van strijd voortgebracht in 1970 en 1976, strijd die hard en bloedig was neergeslagen door het stalinistische regime. Gesterkt door deze ervaringen, die ze moesten ‘verwerken’ door een echte ondergrondse rijping van hun bewustzijn, konden de arbeiders in 1980 een intensieve en plotselinge strijd beginnen, met een organisatie die vertakkingen had in het hele land, met coördinatiegroepen die in staat waren om zelf een massastaking te organiseren, waardoor de macht verlamd raakte en gedwongen werd om te onderhandelen en concessies te doen, voordat ze met repressie reageerde toen de strijd afnam. 11 [12]
In de traditie van al deze ervaringen van de arbeidersbeweging hebben we de stakingen in Groot-Brittannië in 2022 geïnterpreteerd als het resultaat van een nieuwe rijping van het klassenbewustzijn, niet als een toevallig strooivuur, maar als het resultaat van een diepgaande overdenking die zich voortzet, met de terugkeer van de strijd van de arbeidersklasse na decennia van apathie en lusteloosheid. We hebben deze bewegingen als een “breuk” bestempeld, om zo te benadrukken dat het een verschijnsel van historische en internationale betekenis was. De belangrijke strijd die volgde op deze eerste manifestatie en heropleving van de strijdbaarheid van de arbeiders, in Frankrijk, de Verenigde Staten, elders in de wereld en recentelijk in België, bevestigt dat de stakingen in Groot-Brittannië geen lokaal en voorbijgaand verschijnsel waren, maar het resultaat van deze ondergrondse rijping die uiteindelijk aan de oppervlakte kwam. Verschillende kenmerken van de bewegingen die zich de afgelopen drie jaar hebben voorgedaan, geven bevestigen onze analyse:
– De wijdverspreide leuze “genoeg is genoeg” gaf uitdrukking aan het lang gekoesterde gevoel dat alle beloften die in de periode na de ‘financiële crisis’ van 2008 waren gedaan, leugens waren gebleken en dat het hoog tijd was dat de arbeiders hun eigen eisen gingen stellen;
– De slogans “we zitten allemaal in hetzelfde schuitje” en “de arbeidersklasse is terug” drukten een tendens uit binnen de klasse (nog in een embryonaal stadium, maar wel reëel) om het gevoel terug te vinden dat zij een klasse is met een eigen collectief bestaan en eigen belangen, ondanks decennia van versnippering als gevolg van de algemene ontbinding van de kapitalistische maatschappij, mede door de opzettelijke ontmanteling van talrijke traditionele industriële centra met een ervaren arbeidersklasse (mijnen, staalindustrie, enz.).
– In de beweging in Frankrijk drukte de massale slogan “Als je ons 64 oplegt, krijg jij Mei 68” een heropleving uit van een collectief geheugen, de herinnering aan het belang van de massastakingen van 1968.
– De internationale ontwikkeling van minderheden die neigen naar internationalistische en kommunistische standpunten; het merendeel van deze elementen en hun pogingen om zich te verenigen zijn minder het resultaat van de onmiddellijke klassenstrijd dan van het oproepen van vragen over de oorlog, wat bewijst dat de huidige klassenbewegingen meer uitdrukken dan alleen maar onmiddellijke bezorgdheid over de verslechtering van de levensstandaard. Ze drukken, meestal nog op een verwarde manier, hun bezorgdheid uit over de toekomst die dit productiesysteem, het kapitalisme, ons biedt.
– Ten slotte kan een ander teken van het rijpingsproces ook worden waargenomen in de inspanningen van het politieke apparaat van de bourgeoisie om de vakbonden en de linkse organisaties te versterken, die de arbeiders moeten controleren en misleiden, Door radicale boodschappen over te brengen aan de arbeidersklasse, probeert ze haar overdenking te ondermijnen en haar eigen controle te behouden.
We staan nog maar aan het begin van deze heropleving van de strijdwil, van de heropleving van de strijd van de klasse op haar eigen terrein, van een opeenstapeling van nieuwe ervaringen die de klasse ertoe kunnen brengen haar strijd te radicaliseren, totdat deze een meer politiek karakter krijgt, waardoor het systeem als zodanig ter discussie kan worden gesteld en niet alleen de omvang van de aanvallen en de onmiddellijke gevolgen daarvan.
Het zal een lang, moeilijk en proces zijn, bezaaid met hindernissen, omdat we ons niet meer in dezelfde situatie bevinden als in 1905 in Rusland, toen de klasse in één jaar tijd van een eenvoudig verzoek aan de tsaar kon overgaan naar een openlijk opstandige fase. De huidige situatie is die van de ontbinding van het kapitalisme, de laatste historische fase van het kapitalisme, die zich niet alleen manifesteert in de verrotting van het hele politieke leven van de bourgeoisie, maar ook drukt op de arbeidersklasse door verschijnselen waarvan de effecten, ideologisch uitgebuit door de heersende klasse, het bewustzijn van de arbeiders sterk en op verraderlijke wijze belemmeren:
“de solidariteit en collectieve actie, die geconfronteerd worden met de versplintering van het “bekijk het maar”;
de noodzaak van organisatie botst met ontbinding, desintegratie van de relaties, die de basis van het sociale leven vormen;
het vertrouwen van het proletariaat in de toekomst en in eigen kracht, dat voortdurend bedreigd wordt door de wanhoop en het nihilisme, die overal in de maatschappij aanwezig zijn;
het bewustzijn, de helderheid, de samenhang van het denken, de drang naar theoretisch begrip, die zich een weg moeten banen tussen de vlucht in illusies, drugs, sekten, mysticisme, de afwijzing of vernietiging van het denken, alle zo karakteristiek voor ons tijdperk.” 12 [13]
We mogen dus niet ongeduldig worden en elk moment een bevestiging van dit proces verwachten. De rol van revolutionairen is om met een duidelijk standpunt in de klasse tussen te komen door de strijd te voeren met een lange termijn perspectief, en vooral om minderheden te helpen de uiteindelijke gevolgen van de situatie te begrijpen: ofwel de dreigende vernietiging van de mensheid ofwel de mogelijkheid voor de arbeidersklasse om een ander vooruitzicht te openen, namelijk dat van een samenleving zonder klassen, zonder uitbuiting, zonder oorlog, zonder vernietiging van de planeet, kortom, een werkelijk kommunistische samenleving n
Helis/22.06.2025
Op 10 juni doodde een voormalige leerling, die een ‘uiterst teruggetrokken’ leven leidde, tien mensen en verwondde elf anderen in een school in de stad Graz in Oostenrijk. Op dezelfde dag vermoordde een middelbare scholier een onderwijsassistente van het college van Nogent-sur-Marne in Frankrijk. Hij was pas 14 jaar oud! Beiden kwamen met wapens: de eerste met een vuurwapen, waarmee hij ‘in het wilde weg’ schoot en mensen doodde, de tweede met een keukenmes in zijn tas, met de bedoeling iemand neer te steken. Die iemand was een 31-jarige moeder die had besloten om op een middelbare school te gaan werken om jongeren te helpen en te beschermen. Dat was ook wat ze die ochtend deed, toen de tassen bij de ingang van de school door de politie werden gefouilleerd. De afgelopen jaren zijn deze gruweldaden, buiten de Verenigde Staten, waar het fenomeen bijna gemeengoed is geworden door de grote verspreiding van vuurwapens, ook in Europa in scholen en universiteiten toegenomen, zoals in Finland, Tsjechië, Kroatië, Servië, enz.
Waarom zulke daden? Soms is het haat tegen school, tegen die staatsinstelling die het beeld van een toekomstloos bestaan uitstraalt, die je het gevoel geeft dat je niets waard bent, die je verplettert onder het gewicht van wanhoop, angst, teruggetrokkenheid en vernederingen. De moordenaars zijn zelf kinderen die van binnenuit worden verpletterd door een gewelddadige maatschappij zonder toekomst, een kapitalistische maatschappij die aan het wegrotten is. Vaak kunnen ze geen woorden geven aan de woede die hen verteert en hun wanhoop omzet in blinde wraak, en hen verandert in koelbloedige moordenaars. Dus geven ze de maatschappij terug wat ze krijgen: ze doden zoals ze maatschappelijk worden verpletterd, ze vermoorden een klasgenoot.
De maatshappij raakt versnipperd, valt uiteen. Overal heerst werkloosheid, ellende, zijn er problemen om huisvesting, werk en gezondheidszorg te vinden. Overal nemen de oorlogen toe. Overal raakt de planeet in de war. Overal heerst een angstaanjagende toekomstloosheid. Het gebrek aan perspectief is de diepste oorzaak van stress en zelfs van ernstige psychische stoornissen. In 2025 zou bijvoorbeeld 25 % van de adolescenten in Frankrijk lijden aan gegeneraliseerde angststoornissen, 40 % zou depressieve symptomen vertonen en 17 % zou waarschijnlijk tamelijk ernstige of zelfs ernstige psychische stoornissen hebben. [1] En dat geldt voor alle landen ter wereld. Het kapitalisme valt uiteen en sleept in zijn val alle toekomst en alle hoop mee. Het is de ineenstorting van het kapitalisme zelf die tot nihilisme leidt, bij alle generaties en in alle landen.
In Zweden is het aantal klachten van leraren over geweld tegen hen in tien jaar tijd verdubbeld. [2] In het Verenigd Koninkrijk worden jaarlijks tientallen leraren door hun leerlingen aangevallen, een van de hoogste percentages in Europa. [3] En overal nemen de aanvallen met steekwapens toe, wat leidt tot een groeiende paranoia, zowel binnen als buiten de school. In 2022 meldde een rapport van het onderzoeksorgaan van het Amerikaanse ministerie van Onderwijs 93 schietpartijen in dat ene jaar, tegen 10 tien jaar eerder. Overal ter wereld woedt de ‘epidemie’ van geweld en treft deze steeds jongere tieners.
En om hiermee om te gaan, blinken de bourgeoisiëen niet uit in originaliteit: draagbare camera’s en zelfverdedigingslessen in het Verenigd Koninkrijk, camera’s en veiligheidspoortjes in de Verenigde Staten, en zelfs bewapening van leraren. En politici pleiten voor een strengere rechtspraak. In Frankrijk stelde premier François Bayrou vlak na deze gruwelijke minuten in één adem beveiligingspoortjes, strengere straffen en een plan voor geestelijke gezondheid voor. Marine Le Pen kon niets originelers bedenken dan te pleiten voor veroordeling van de ouders.
Hier en elders is het enige antwoord dat het kapitalisme kan geven op het toenemende geweld nog meer geweld en repressie. Een 14-jarige wordt opgesloten zonder echte psychologische hulp, ouders worden veroordeeld zonder opvoedkundige hulp, er wordt overwogen om leraren wapens te geven om te reageren op schietpartijen, enz.
Om een volwassene in ontwikkeling te begeleiden, zijn echter menselijke en financiële middelen nodig, zijn er veel leraren en onderwijsassistenten nodig, zijn er artsen, schoolverpleegkundigen, psychologen en psychiaters nodig, is er individuele begeleiding nodig, is er hulp aan gezinnen nodig... In plaats daarvan wordt er ondedrukt en worden er, ondanks de crisis, minder professionals en opvangstructuren ingezet.
Deze jonge moordenaars zijn geen monsters. Het zijn mensen die monsterlijke daden begaan. Ze zijn voortgebracht door een zieke, stervende maatschappij. Hun haat en moordzucht zijn eerst geïnternaliseerd onder de permanente terreur van de kapitalistische maatschappelijke verhoudingen, en vervolgens onder druk van datzelfde systeem tot uitbarsting gekomen, wat heeft geleid tot een reeks verachtelijke daden. Of we nu 14, 31 of 70 jaar oud zijn, we ondervinden allemaal de gevolgen van het verval van de kapitalistische maatschappij en de verwoestingen die deze in de wereld aanricht. Wat jongeren nodig hebben, zijn geen bewakingscamera’s, straffen of wetshervormingen, maar hoop. En hoop vinden we in de strijd voor een betere toekomst, in de eerste plaats tegen armoede, onzekerheid en de verschrikkingen die het kapitalisme ons oplegt, en uiteindelijk in de strijd voor een nieuwe samenleving, zonder uitbuiting, zonder crisis en zonder oorlog. En samen strijden, alle generaties en alle beroepsgroepen samen, tegen het barbarendom van het systeem. Alleen de strijd van de arbeidersklasse biedt perspectief. “De proletariërs hebben niets te verliezen dan hun ketenen. Ze hebben een wereld te winnen n”
Manon/10.07.2025
[1] Baromètre du moral des adolescents
[2] En Suède, l’inquiétude face à la violence croissante contre les enseignants
[3] Royaume-Uni : des solutions face aux agressions des professeurs par leurs élèves
De regering-Bayrou is gevallen. Maar de aanvallen zullen doorgaan! Met de volgende regering, of die nu rechts,[1] links of populistisch is, zullen de ontslagen, de bezuinigingen en de uitbuiting alleen maar toenemen. In Frankrijk – zoals overal ter wereld – kan de bourgeoisie slechts één strategie volgen: grootschalige aanvallen opvoeren op de arbeidersklasse. Zij moet de werk- en leefomstandigheden van arbeiders onder druk zetten om zo het failliet van haar eigen systeem af te wentelen. Dit gebeurt om de belangen van het nationale kapitaal te verdedigen in de steeds brutalere chaos van de internationale concurrentie, én om de gigantische uitbreiding van het militaire arsenaal te financieren.
Deze aanvallen, die sinds decennia niet meer zijn voorgekomen, zijn geen specifiek Frans verschijnsel. Verre van dat! Overal ter wereld legt de bourgeoisie bezuinigingen en de precarisering van banen op. Gedreven door diepe woede, een gevoel van onrechtvaardigheid en afwijzing, verzetten de arbeiders over de hele wereld zich tegen de bezuinigingen: massale demonstraties en stakingen in België sinds januari, een “historische” staking tegen ontslagen bij Stellantis in Italië afgelopen najaar, een “illegale” staking voor de lonen van de werknemers van Air Canada in juli, herhaalde stakingen bij Boeing sinds eind vorig jaar, en dan hebben we het nog niet eens over andere bewegingen overal ter wereld die bevestigen dat de arbeidersklasse haar strijdbaarheid heeft hervonden en zich verzet tegen de aanvallen van de bourgeoisie.
Was België de afgelopen maanden één van de Europese landen die het meest getroffen waren door de mobilisaties tegen de ingrijpende bezuinigingsmaatregelen, nu is het Frankrijk waar de sociale spanningen sterk toenemen. Met of zonder Bayrou zijn de geplande aanvallen bijzonder hevig: gezondheidszorg, onderwijs, transportsector, ziekteverzuim, uitkeringen voor werklozen en gepensioneerden, sociale minima... De hele arbeidersklasse wordt massaal aangevallen! En de bourgeoisie weet heel goed dat de woede enorm is en dat de arbeidersklasse deze ernstige aanvallen niet onbeantwoord zal laten. De ontevredenheid is sinds de strijd tegen de pensioenhervorming twee jaar geleden niet afgenomen, omdat de bourgeoisie er niet in geslaagd is het idee van een nederlaag te doen ontstaan. De aankondiging van het plan-Bayrou en de brutaliteit van de maatregelen hebben deze woede opnieuw aangewakkerd. De arbeidersklasse kan niet anders dan terugslaan.
Geconfronteerd met deze strijdbaarheid heeft de bourgeoisie zich voorbereid, alle mogelijke valstrikken gezet en alle moeilijkheden uitgebuit waarmee het proletariaat te maken heeft om zijn strijd te ontwikkelen en zijn klassenidentiteit terug te vinden. In dit opzicht zijn de huidige en toekomstige strijd in Frankrijk en de ideologische valstrikken van de bourgeoisie leerzaam voor het hele wereldproletariaat.
In mei verscheen een ‘burgercollectief’ ten tonele. Het kwam voort uit extreemrechtse of populistische groeperingen (rond de slogan “Nicolas betaalt”) en profiteerde aanvankelijk van de populistische afkeer van vakbonden, partijen en instellingen. Deze beweging van 10 september, die veel publiciteit kreeg in de media, riep op tot het blokkeren van het land en zijn economie, tot het boycotten van alles en nog wat: het gebruik van creditcards, bankautomaten, aankopen in supermarkten, school...
In de loop van de zomer is de populistische component van het collectief grotendeels verdwenen onder de druk van de verontwaardiging onder de bevolking en vooral de woede van de arbeiders na de aankondiging van het aanvalsplan van Bayrou. Met de massale steun van de linkse en extreemlinkse partijen is deze beweging naar de achtergrond verdwenen, waardoor de linkse krachten, van de PS tot LFI, via de PCF en de trotskisten van Révolution Permanente (de vakbonden hebben min of meer afstand genomen), op de voorgrond zijn getreden, wat tegelijkertijd heeft geleid tot een aanzienlijke heroriëntatie van de eisen van deze beweging in de richting van een meer “arbeidersgerichte” inhoud (met name oproepen tot stakingen en demonstraties).
Deze beweging is zeker een uiting van woede en strijdbaarheid. Er zijn zeker arbeiders aanwezig, waarschijnlijk zelfs in de meerderheid. Maar wat zich op het moment van schrijven aftekent, is een interklassistische beweging, zoals we die in 2018 hebben gezien met de gele hesjes, een beweging waarin ‘het volk’ in opstand komt tegen ‘de elites’.
Achter dit soort retoriek gaat een echte valstrik schuil. Want in dit soort bewegingen wordt de arbeidersklasse machteloos gemaakt, terwijl zij juist de enige kracht is die de bourgeoisie echt kan doen beven en in de toekomst het perspectief kan openen op de omverwerping van het failliete kapitalisme. Waarom?
Door een dergelijke beweging tijdens de zomer op grote schaal te promoten, probeerde de bourgeoisie de eisen van de arbeiders te verwateren in die van de middenlagen van de bevolking. De arbeidersklasse oplossen in ‘het volk’ betekent haar laten verdwijnen van het sociale toneel en de ontwikkeling van haar eigen autonome strijd belemmeren. In plaats van aan het hoofd van de beweging te staan en haar slogans (over lonen, arbeidsomstandigheden, onzekerheid, enz.) op te leggen, wordt de beweging van 10 september gebruikt om de arbeidersklasse te overspoelen met eisen die totaal vreemd zijn aan haar belangen, namelijk die van kleine ondernemers (bakkers, ambachtslieden, enz.) en de kleine bourgeoisie (zoals taxichauffeurs of kleine boeren) over “de fiscale druk”, “de lasten”, “de verstikkende normen”...
Dit soort bewegingen maakt het proletariaat ook bijzonder kwetsbaar voor mystificaties over de burgerlijke “democratie”. Het is duidelijk dat de beweging van 10 september tijdens de zomer haar ‘burgerlijke’ en ‘volks’ karakter helemaal niet heeft verloren. Integendeel, met het ontstaan van burgervergaderingen en het aanhouden van anti-Macron-leuzen heeft links deze beweging voortdurend gebruikt om de arbeidersklasse te verzwakken. De linkse partijen blijven ons maar hameren op het vooruitzicht van een nieuwe premier, nieuwe verkiezingen die een meer sociale regering zouden kunnen opleveren, waardoor ‘de rijken zouden moeten betalen’ en ‘de rijkdom beter zou worden herverdeeld’... Alsof het failliete kapitalisme hervormd kan worden, meer “sociale rechtvaardigheid” kan brengen, alsof uitbuiting in een systeem dat op zijn laatste benen loopt ‘eerlijker’ kan worden! Dat was heel duidelijk in de burgervergaderingen, waar veel werd gesproken over “Macron omverwerpen”, “directe democratie”, “belastingrechtvaardigheid”, enz.
En dat alles, zo wordt ons verteld, zouden we op 10 september op straat kunnen afdwingen! De burgerlijke kringen, linkse partijen en vakbonden verkopen ons al jaren deze onzin: Syriza in Griekenland, Podemos in Spanje, PS en LFI in Frankrijk... achter de mooie woorden gaat altijd bezuinigingsbeleid schuil wanneer ze aan de macht zijn!
De linkse groeperingen, met name de trotskisten, blijven niet achter bij het verspreiden van het gif van het democratisme: Révolution permanente, onder de pen van zijn woordvoerder Anasse Kazib, heeft de CGT (die weigert de beweging van 10 september te steunen) aangevallen: “Wanneer extreemrechts, achter slogans als ‘Nicolas qui paye’ (Nicolas betaalt) en oproepen om niet te staken, 10 september openlijk boycot, moeten we de strijd tot het uiterste voeren om zoveel mogelijk werkers te overtuigen door hen te steunen”. Lutte Ouvrière, die zoals gewoonlijk veel “radicaler” (en sluwer!) is, beschouwt de oproep van 10 september als ‘verwarrend’... zonder de democratische campagne aan de kaak te stellen en illusies te koesteren over de “rechtvaardige verdeling van rijkdom”.
De centrale leus van de beweging van 10 september, “bloquons tous” (“laten we alles blokkeren”), is onder het mom van radicaliteit ook een valstrik voor de arbeidersklasse. Het “blokkeren van de economie” is een wapen dat voortdurend door de vakbonden wordt gebruikt om het proletariaat te ontwapenen. Terwijl de strijdende arbeiders de solidariteit van hun klassenbroeders moeten zoeken, hun bewegingen zoveel mogelijk moeten uitbreiden en verenigen, betekent “alles blokkeren” dat men de arbeiders probeert op te sluiten in hun bedrijf, in hun sector, achter hun stakingspiket. In plaats van grote, autonome en soevereine algemene vergaderingen, die voor iedereen openstaan en de proletariërs over de corporatistische grenzen heen samenbrengen, waardoor de klasse haar eigen kracht levendig kan voelen en haar collectieve reflectie kan ontwikkelen, worden de arbeiders opgesloten achter de barricade van hun bedrijf. Deze wil om de proletariërs te isoleren ging zelfs zo ver dat er werd opgeroepen tot “algemene zelfisolatie”, dat wil zeggen thuisblijven, volledig versnipperd!
Het is niet de eerste keer dat de bourgeoisie een dergelijke tactiek hanteert. In 2010 en 2023, toen er in Frankrijk massale protesten waren tegen de pensioenhervormingen, sloten de vakbonden de werknemers van de raffinaderijen en de spoorwegarbeiders op in langdurige blokkades, waardoor ze werden meegesleept in uitputtende acties, afgescheiden van de rest van hun klasse. Deze bewegingen leidden tot verdeeldheid tussen degenen die wilden blijven blokkeren en staken en de arbeiders die gedwongen waren om weer aan het werk te gaan en zonder benzine of openbaar vervoer kwamen te zitten.
Heel anders was de massale staking van 1980 in Polen, die volledig werd genegeerd door de media, toen de arbeiders de productie-apparatuur gebruikten, niet om zich op te sluiten in belegerde citadellen, maar om de strijd uit te breiden. De treinen reden toen om de stakers massaal naar de verzamelplaatsen en massabijeenkomsten te brengen. Binnen twee maanden was het land (in werkelijkheid en niet in fantasie) volledig lamgelegd.
De woede en de wil om te vechten zijn aanwezig onder de arbeiders, ook al zijn er nog steeds reële zwakheden wat betreft de erkenning van hun klassenidentiteit. De bourgeoisie maakt van de zwaktes gebruik om deze strijdbaarheid af te leiden naar interklassisme. De arbeidersklasse kan deze afleiding tegengaan door zich te baseren op haar historische ervaring, zoals die van Polen in 1980, mei 1968 in Frankrijk, of meer recentelijk de beweging tegen de CPE in 2006. De kracht van een strijdbeweging ligt in het vermogen van de arbeiders om hun strijd in eigen handen te nemen, deze zoveel mogelijk uit te breiden naar alle sectoren en zelfs naar alle landen! Soevereine en autonome algemene vergaderingen, massale delegaties en zo breed mogelijke discussies zijn de beste wapens van de arbeidersbeweging. Dergelijke wapens verschillen sterk van burgervergaderingen die tot doel hebben via de straat “volksdruk” op de regering uit te oefenen. De arbeidersvergadering daarentegen streeft naar het ontwikkelen van de strijd en de klassensolidariteit, het enige terrein waarop vandaag de dag de staat kan worden teruggedrongen en morgen het failliete kapitalisme kan worden omvergeworpen.
In een dergelijke dynamiek zullen de arbeiders onvermijdelijk in conflict komen met de vakbonden, die valse vrienden van de arbeidersklasse zijn en in werkelijkheid de waakhonden van de bourgeoisie. Hun rol is om de strijd in goede banen te leiden, de arbeiders te verdelen, sector per sector, bedrijf per bedrijf, en elke overname en uitbreiding van de strijd te verhinderen. De vakbonden plannen trouwens nu al een reeks acties om verdeeldheid te zaaien en ook ideologisch de woede van de arbeiders in goede banen te leiden. Na een interprofessionele vakbondsbijeenkomst om “de mobilisatie te organiseren” en het lanceren van een collectieve petitie om “nee tegen de begroting van Bayrou” te zeggen, wordt een mobilisatie aangekondigd op 18 september, met de mogelijkheid van een protestdag op 3 oktober... Dit alles met de eeuwige en demoraliserende vakbondsoptochten, iedereen achter zijn eigen spandoek, zonder debat, met oorverdovende luidsprekers om elke discussie te verhinderen.
De strijd op klassengebied, met de wapens van het proletariaat, kan niet zomaar worden afgekondigd. Het is bovenal een enorme inspanning van collectief nadenken. Het is geen gemakkelijke weg, maar het is de enige die de mensheid een toekomst kan bieden. Om dit te bereiken moeten de meest strijdbare arbeiders, waar ze dat kunnen, samenkomen, discussiëren, debatteren, de ervaring van onze klasse opnieuw eigen maken en toekomstige strijd voorbereiden.
De arbeidersklasse kan haar revolutionaire perspectief niet verdedigen door te vertrouwen op de vakbonden, die professionele saboteurs van de strijd zijn, of op één of ander “collectief” dat alle klassen wil verenigen in een oproep tot “boycot”, of door te vertrouwen op de burgerlijke politieke partijen en hun parlement. De bourgeoisie weet heel goed dat het wereldwijde proletariaat zijn strijdbaarheid terugvindt in het licht van de aanvallen en massaal reageert, dat er uit de strijd strijdbare arbeidersminderheden zullen voortkomen, die zullen willen discussiëren over hoe te strijden, die zullen begrijpen dat links en de vakbonden ons tot machteloosheid veroordelen. Dat is wat zij vandaag de dag het meest vreest en wat zij, met het laboratorium dat Frankrijk vandaag de dag is, probeert te bezweren n
TG/09.09.2025
[1] Op het moment van schrijven ziet het er naar uit dat de voormalige minister van Defensie, Sébastien Lecornu, benoemd zal worden.
Overal ter wereld laat de bourgeoisie het proletariaat opdraaien voor de kosten van de economische crisis van haar systeem en de uitbreiding van het militarisme door middel van een stortvloed van aanvallen op de arbeiders. Het is deze opeenstapeling van aanvallen die leidt tot een proces van massale verpaupering en die vandaag de dag een steeds grotere woede veroorzaakt onder de bevolking, met name onder de arbeidersklasse, een wil om terug te vechten en de gevraagde offers niet te accepteren.
Om de economische oorlog op het internationale toneel te overleven en de oorlogsvoorbereidingen te financieren, heeft de bourgeoisie echter geen andere keuze dan de arbeidersklasse steeds strengere bezuinigingsmaatregelen op te leggen. Maar in plaats van een oplossing voor de crisis te bieden, verergeren deze maatregelen alleen maar de tegenstellingen van het kapitalistische systeem. Terwijl enerzijds de schulden torenhoog zijn en de bourgeoisie alle sociale uitgaven schrapt, geeft zij anderzijds astronomische bedragen uit aan bewapening. Voor alle mogendheden, van de kleinste tot de grootste, geldt dezelfde logica: een historische oorlogsinspanning leveren die door de arbeidersklasse moet worden betaald! Deze koers wordt al gevolgd in de geïndustrialiseerde landen van Europa en Noord-Amerika. En laten we ons geen illusies maken: een terugkeer naar een vroegere, draaglijkere situatie is uitgesloten, net als de middelen vrijmaken om de gerechtvaardigde woede te sussen. Oordeel zelf! De meest geïndustrialiseerde landen van Europa bevinden zich in het oog van de storm:
In België is de arbeidersklasse sinds begin 2025 in actie gekomen tegen de maatregelen van de federale regering om 26 miljard euro aan bezuinigingen door te voeren om het concurrentievermogen en de winstgevendheid van de nationale economie te vergroten, terwijl tegelijkertijd tientallen miljarden worden uitgegeven aan de aankoop van militair materieel. Dit omvangrijke bezuinigingsprogramma zal een grote impact hebben op de hele arbeidersklasse, terwijl werknemers in de privésector al massaal worden ontslagen, de automatische indexering van lonen en uitkeringen wordt uitgehold, de toeslagen voor overuren en nachtwerk worden verlaagd, de flexibiliteit van het werk wordt vergroot en het recht op werkloosheidsuitkeringen wordt beperkt. Bovendien worden er forse bezuinigingen doorgevoerd op pensioenen en ziektekostenverzekeringen, wordt het totale aantal ambtenaren verminderd, wordt de vaste aanstelling van onderwijzend personeel in gevaar gebracht, enz.1 [33]
Ook in Duitsland is de nieuwe regering van plan om de komende twee jaar miljarden euro’s te besparen op het basisinkomen (Bürgergeld). De uitgaven zouden volgend jaar met 1,5 miljard euro moeten dalen. In 2027 zou deze besparing 3 miljard euro moeten bedragen. Tegelijkertijd gaan er elke maand 10.000 banen in de industrie verloren en zijn Duitse bedrijven van plan nog eens meer dan 125.000 werknemers te ontslaan. Bovendien is het aantal werklozen in augustus de grens van 3 miljoen gepasseerd en stelt een studie van het Institut der deutschen Wirtschaft (IW) voor om de duur van de werkloosheidsuitkeringen voor senioren te verkorten.
En hoewel een land als Spanje zich voordoet als een uitzondering op deze algemene trend met een bbp-groei van 2,5 % waar de buurlanden alleen maar van kunnen dromen, is de realiteit voor het Spaanse proletariaat minder idyllisch: de economische “goede gezondheid” wordt ondersteund door een sterke neerwaartse druk op de lonen, door de massale instroom van onderbetaalde buitenlandse arbeidskrachten die de gemiddelde lonen naar beneden drukken, waardoor deze steeds meer losgekoppeld worden van de stijging van de kosten van levensonderhoud.
Het meest recente en ‘spectaculaire’ voorbeeld van deze situatie betreft Frankrijk, waar het proletariaat ook zeer hard zal worden getroffen. Premier Bayrou heeft op 15 juli een reeks maatregelen aangekondigd om het kolossale overheidstekort van de Franse economie terug te dringen, en die zijn niet mals: afschaffing van twee feestdagen voor alle werknemers, versterkte controle en toezicht met een zoveelste verscherping van de regels voor de uitkering van honderdduizenden werklozen, inkrimping van het personeelsbestand in de openbare dienst (door één op de drie ambtenaren niet te vervangen), bevriezing van pensioenen en sociale uitkeringen, liberalisering van de arbeidsmarkt... Daar komen nog alle maatregelen bij die extra belemmeringen vormen voor de toegang tot gezondheidszorg of tot de uitkering bij ziekte, onder het mom van “sociale rechtvaardigheid” en “bestrijding van misbruik”. De onnoemelijke hypocrisie van hun rechtvaardiging doet niets af aan de gewelddadigheid van deze aankondigingen.
In landen als Argentinië2 [34] of de Filippijnen3 [35] drijft de bourgeoisie de uitbuiting van de arbeidersklasse tot het uiterste. In India vormt de ingrijpende “hervorming” van het arbeidsrecht een frontale aanval op de arbeidsomstandigheden door elke vorm van zekerheid of wettelijke rechten, zoals het minimumloon, vaste werktijden en zekerheid van werk en werkplek, af te zwakken of zelfs af te schaffen. Bovendien hebben de stijgende werkloosheid als gevolg van de verhoging van de Amerikaanse invoerrechten en de stijgende inflatie een zware impact op de levensomstandigheden van de arbeidersklasse.
De arbeidersklasse in China blijft niet gespaard. De opeenvolgende faillissementen in de vastgoedsector hebben al geleid tot honderdduizenden ontslagen en aanzienlijke loonsverlagingen in bouwbedrijven, vastgoedbeheer en de toeleveringsketen. Technologiegiganten zoals Alibaba, Tencent en ByteDance kondigen aanzienlijke personeelsinkrimpingen aan. Werknemers krijgen al maandenlang geen loon uitbetaald. Gemeenten met hoge schulden geven voorrang aan het terugbetalen van obligaties boven het uitbetalen van de salarissen van ambtenaren. De jeugdwerkloosheid heeft al een ongekend hoog niveau bereikt: een op de vier jonge Chinese werknemers is werkloos.
De arbeidersklasse in Noord-Amerika is verre van beschermd tegen hevige economische aanvallen en wordt rechtstreeks blootgesteld aan alle gevolgen van de economische oorlog, de toenemende chaos en de explosieve uitbreiding van het militarisme. In het voorjaar werden in de Verenigde Staten bezuinigingen van bijna 1 biljoen dollar doorgevoerd op de sociale begrotingen voor gezondheidszorg (Medicaid). Concreet betekent dit dat bijna 15 miljoen mensen hun ziektekostenverzekering zullen verliezen. Soortgelijke maatregelen werden genomen tegen het voedselhulpprogramma (SNAP), waar bezuinigingen van 186 miljard dollar leiden tot het verlies van een deel of het geheel van de voedselhulp voor 22,3 miljoen mensen. Ook werd aangekondigd dat ongeveer 225.000 federale ambtenaren zullen worden ontslagen, wat ongetwijfeld zal worden gevolgd door tienduizenden ontslagen in het onderwijs als gevolg van een bezuiniging van 7 miljard euro, evenals soortgelijke bezuinigingen op federale studieleningen en pensioenen van federale werknemers.4 [36]
Hoe zijn we zover gekomen? Na de bankencrisis van 2007-2008 en de staatsschulden in de eurozone in 2010-2012 had de bourgeoisie grote moeite om haar economisch systeem overeind te houden. Deze kwetsbaarheid kwam tot uiting in haar chaotische aanpak van de COVID-crisis in 2020 en werd nog eens duidelijk bij het uitbreken van de oorlog in Oekraïne en het Midden-Oosten. Deze conflicten leidden tot een enorme toename van de militaire productie, het opzijschuiven van de “groene economie” en de destabilisatie van de grondstoffenmarkten, industriële doelstellingen en handelsroutes. “De kapitalistische economie bevond zich toen al in een recessie, gekenmerkt door toenemende inflatie, groeiende druk op de valuta’s van de grootmachten en toenemende financiële instabiliteit. De oorlog verergert nu de economische crisis op alle niveaus”.5 [37]
Het economische beleid van de regering-Trump 2 is op zijn beurt een belangrijke factor van mondiale economische instabiliteit, met name vanwege zijn protectionistische oriëntatie (gesymboliseerd door zijn douanebeleid), zijn afkeer van multilateralisme en van het beheer van de wereldeconomie via internationale conferenties en instanties (WTO, Wereldbank, GATT-verdrag, enz.) ten gunste van bilaterale onderhandelingen tussen staten. Een dergelijk beleid staat volledig haaks op de behoeften van de mondiale kapitalistische economie.
Wat we nu zien, is “de huidige poging van de Verenigde Staten om de laatste politieke en militaire overblijfselen van de in 1945 ingestelde imperialistische wereldorde te ontmantelen, [die] gepaard gaat met maatregelen die een duidelijke bedreiging vormen voor alle mondiale instellingen die na de Grote Depressie en de Tweede Wereldoorlog zijn opgericht om de wereldhandel te reguleren en de crisis van overproductie in te dammen”. 6 [38] De afschaffing van deze instellingen zal dezelfde gevolgen hebben als het protectionisme dat volgde op de depressie van 1930 en de wereldwijde crisis verergerde.
De steeds heftigere en oncontroleerbare schokken van de economie leggen alleen maar het onoplosbare probleem bloot waarmee de bourgeoisie wordt geconfronteerd: de wereldwijde crisis van algemene overproductie van het decadente kapitalisme, die elk nationaal kapitaal ertoe aanzet de arbeidersklasse harder uit te buiten in een poging concurrerend te blijven op een oververzadigde wereldmarkt. De wereld wordt vandaag de dag inderdaad op algemene en definitieve wijze geconfronteerd met wat Marx in de 19e eeuw “een epidemie die in elk ander tijdperk absurd zou hebben geleken, [die] de samenleving teistert: de epidemie van overproductie” noemde.7 [39]
De overproductie, die in de 19e eeuw cyclisch was, is sinds het begin van het verval van het kapitalisme wereldwijd en permanent geworden.
Er bestaat geen oplossing voor de crisis van het kapitalisme binnen dit decadente en verrotte systeem. Vandaag wordt de arbeidersklasse opgeroepen om de broekriem aan te halen, morgen zal ze worden opgeroepen om zich te laten afslachten in kapitalistische oorlogen, zoals nu al het geval is in verschillende landen. Geconfronteerd met de leugens van de bourgeoisie, die doet geloven dat de crisis het gevolg is van hebzucht, van de “rijken” of van de domheid van deze of gene regering, is het de verantwoordelijkheid van de revolutionaire organisaties om duidelijk de historische uitdagingen en de noodzaak om het kapitalistische systeem als geheel te bestrijden aan te kaarten, evenals de valstrik van de democratische illusies aan te klagen die daarmee gepaard gaan en die het systeem trachten vrij te pleiten, al het hypocriete en verraderlijke gepraat van de bourgeoisie over het noodzakelijke overleg en de mogelijke alternatieven die via democratische vertegenwoordiging moeten worden gerealiseerd, en die op de een of andere manier de sociale beweging naar de stembus leiden. Deze retoriek heeft tot doel verwarring te zaaien, het bewustzijn en het perspectief voor de strijd te ondermijnen. De fundamentele taak waarvoor het proletariaat zich moet voorbereiden, is dus om met een onafhankelijke strijd, op zijn eigen klassengebied, te reageren op de sabotage van de uitbreiding en eenwording van zijn strijd door de vakbonden en op de misleiding van een “volksregering” die wordt gepropageerd door linkse politici, deze valse vrienden van de arbeiders die, achter hun misleidende retoriek, altijd de bezuinigingen voorbereiden door de arbeidersstrijd te ontwapenen n
Stopio/28.08.2025
Met de intensivering van de bombardementen in Oekraïne en Rusland en de nieuwe uitbarsting van barbarij in Pokrovsk, blijft de eindeloze politiek van terreur en vernietiging onophoudelijk op de burgerbevolking neerkomen. In het Midden-Oosten zet het Israëlische leger onvermoeibaar zijn genocidale bombardementen voort en begint het aan een nieuwe bloedige operatie, een grootschalig plan om het tot puin herleide Gaza te veroveren. De verwoeste gebieden en de talloze slachtoffers getuigen overal van een verscherping van de imperialistische conflicten. De oorlogen van het kapitalisme raken op alle continenten onverbiddelijk vast, gevangen in een waanzinnige logica van verschroeide aarde, een onuitputtelijke vlucht vooruit in de vernietiging en uitbreiding van de chaos. De heropleving van de nucleaire dreiging en de daarmee gepaard gaande verbale escalatie zijn daar een huiveringwekkende uitdrukking van.
In deze context boden de enscenering van de ontmoeting tussen Trump en Poetin in Alaska en die van Washington met de Europese leiders en Zelenski een spektakel dat uiteraard niets heeft veranderd aan de gruwel van de oorlog: de scheiding tussen de Europese mogendheden en Uncle Sam, de onvoorspelbaarheid en het diskrediet van de Amerikaanse diplomatie, de leegheid van de besprekingen, benadrukken alleen maar de versnelling van de wereldwijde chaos en de historische impasse waarin het kapitalistische systeem zich bevindt. Deze nachtmerrieachtige situatie voedt de angsten en dient als rechtvaardiging voor een wapenwedloop die de mensheid nog meer bedreigt.
Op alle vlakken laat de bourgeoisie zien dat ze geen andere toekomst te bieden heeft dan oorlog, ellende en rampen van allerlei aard. Op volstrekt onverantwoordelijke en criminele wijze zet zij, onder het gewicht van de acute economische crisis, ook schaamteloos de vernietiging van het milieu voort, waardoor de opwarming van de aarde en een hele reeks vormen van vervuiling die een directe bedreiging vormen voor de mensheid, en in de eerste plaats voor de armsten, worden versterkt. Elk jaar worden de gevolgen daarvan steeds zichtbaarder. De hittegolf van deze zomer werd opnieuw gekenmerkt door enorme branden, overal in Europa, die grote geografische gebieden verwoestten, met name in het Middellandse Zeegebied (Spanje, Portugal, Griekenland, Zuid-Frankrijk...). Dit somber beeld is een overtuigende bevestiging van de versnelde ontbinding van het kapitalistische systeem, waarin alle crises en rampen elkaar in een ware helse spiraal voeden.
Geconfronteerd met deze apocalyptische wereld staat de bourgeoisie met de rug tegen de muur en heeft ze geen andere keuze dan massale aanvallen in alle richtingen uit te voeren, zoals ze overal doet. Zoals altijd moet het proletariaat de crisis en de oorlogseconomie betalen met zijn loon, zijn zweet en zelfs zijn bloed. De heersende klasse laat zo zien dat ze geen echte oplossing heeft om het tij te keren van de tragedie die ze zelf heeft veroorzaakt door haar roofzucht en de concurrentielogica van haar doodziek systeem.
Is de toekomst dan hopeloos? Als we rekenen op de heersende klasse, haar verkiezingsbeloften en haar leugens, die ons “democratie” en “sociale rechtvaardigheid” voorhouden om de impasse van haar systeem beter te verbergen, zijn we verloren. Aan de andere kant bestaat er wel degelijk een sociale kracht die een echt perspectief kan bieden: het internationale proletariaat.
Het kapitalisme in verval, verstrikt in zijn tegenstrijdigheden en in de veralgemeende concurrentie, heeft het proletariaat geen echte hervormingen meer te bieden. Het kan alleen maar zijn levensomstandigheden aanvallen, het steeds verder uitmelken. Onze klasse heeft dus absoluut niets te winnen bij dit systeem. Maar omdat zij geen ander belang heeft dan de strijd, omdat zij een uitgebuite klasse is in het hart van de wereldproductie, heeft zij ook het bijzondere kenmerk dat zij een revolutionaire klasse is. Alleen zij, door de universele omstandigheden van haar uitbuiting, beschikt over de wapens om het kapitalisme dat haar ketent te vernietigen door de sociale verhoudingen af te schaffen die gebaseerd zijn op de uitbuiting van de mens door de mens.
De geschiedenis van de arbeidersbeweging getuigt van de creatieve kracht van de arbeidersklasse, van de sociale kracht van haar strijd, van haar vermogen om een revolutionair perspectief te bieden voor een bevrijde, klassenloze samenleving. De Commune van Parijs, de revolutie in Rusland in 1917 en de revolutionaire golf van 1917-1923 tonen aan dat het niet gaat om louter utopische dromen, maar om een reële historische beweging, voortkomend uit een materiële noodzaak.
Vandaag, na een dertigtal jaren van apathie, van afnemende strijdbaarheid en bewustzijn, is datzelfde proletariaat, ook al zijn de nieuwe generaties arbeiders minder ervaren, weer de weg van de strijd ingeslaan. In de zomer van 2022 markeerde de massale beweging in Groot-Brittannië, die de naam “zomer van de woede” kreeg, het begin van een echte “breuk”. Dit in de zin dat er overal ter wereld een enorme woede en een sterke strijdbaarheid tot uiting komen (die de bourgeoisie zorgvuldig verbergt door een ruime mediastilte): Frankrijk, de Verenigde Staten, Canada, Korea, België... Deze overal als “historisch” bestempelde gevechten getuigen van een spectaculaire terugkeer van de strijdbaarheid van het proletariaat, gevoed door een ondergrondse rijping van het arbeidersbewustzijn. Arbeiders zijn niet langer bereid om de aanvallen zonder morren te accepteren, zoals eens te meer bleek uit de strijd in Groot-Brittannië in 2022 en daarna elders, met dezelfde slogan: “Genoeg is genoeg!”.
De massale aanvallen waarmee de arbeiders opnieuw worden geconfronteerd, moeten hen ertoe aanzetten terug te vechten. De arbeidersklasse heeft eigenlijk geen andere keuze dan te strijden. Deze strijd zal lang en moeilijk zijn, bezaaid met valstrikken en obstakels die door de bourgeoisie en de verrotting van haar systeem zelf worden opgeworpen. De revolutionairen en de meest strijdbare minderheden hebben in deze context al een bijzondere rol en verantwoordelijkheid: zich engageren, zich voorbereiden om de strijd aan te wakkeren door zo snel mogelijk op vastberaden en strijdbare wijze te interveniëren, om het geheugen van de arbeiders aan te wakkeren, om het internationalisme en de klassenprincipes te verdedigen. Geconfronteerd met de intense democratische propaganda, met name van « links » en « radicaal links», en met het grote gevaar van interclassisme (bewegingen waarbij de eisen en strijdmiddelen van de arbeidersklasse oplossen in de eisen van het “volk”, de kleine ondernemers, de kleine bourgeoisie, enz.), zullen de revolutionaire minderheden en de arbeidersklasse hun autonomie en hun strijdmethoden moeten verdedigen, namelijk de verdediging van de plaatsen van bijeenkomsten, algemene vergaderingen, stakingen en massale straatdemonstraties. Een zo breed mogelijke strijd die vastberaden, maar ook en vooral bewust moet zijn n
WH/01.09.2025
Ertoe verleid om ‘buitenlanders’ de schuld te geven van alles wat slecht is, variërend van bezuinigingen op de sociale zekerheid tot het in gevaar brengen van kinderen, hebben de deelnemers aan de demonstraties tegen asielzoekers en vluchtelingen in Groot-Brittannië zich gedragen als echte patriotten door te zwaaien met de Union Jack en het kruis van St. George. Het is met name de Engelse vlag die lantaarnpalen siert of op muren en rotondes geschilderd wordt. De betekenis ervan is duidelijk: sommigen van ons hebben het recht om hier te wonen, buitenlanders en/of ‘illegalen’ moeten weg. Een perfecte toepassing van de politiek van de uitbuitende klasse om de uitgebuitenen tegen elkaar op te zetten.
In de VS, waar al niets ontziende massale deportaties plaatsvinden, zwaaien sommigen die het doelwit zijn van dezelfde racistische logica ook met vlaggen. Soms met de Amerikaanse vlag om te laten zien dat immigranten ook patriotten kunnen zijn, soms met de vlag van Mexico of andere Latijns-Amerikaanse landen, omdat veel van de arbeiders die door de ICE-razzia’s worden getroffen, uit die landen vandaan komen.
Het idee dat de uitgebuitenen zelf moeten laten zien dat ze loyaal zijn aan deze of gene nationale vlag is niet nieuw. In 1912 zwaaiden de stakende textielarbeiders van Lawrence in de VS, van wie velen zojuist waren gearriveerde immigranten waren, ook met de Stars and Stripes als reactie op de beschuldiging dat ze on-Amerikaanse, buitenlandse onruststokers waren. Maar de Industrial Workers of the World (IWW), die de staking steunden, aarzelden niet om deze benadering te bekritiseren in een artikel getiteld “The Flag of the Free” (Industrial Worker, 21 maart 1912)[1]:
“De vlag van de vrijheid, onzin! Duizenden stakers in Lawrence en honderden mensen in San Diego zullen hebben ontdekt dat het enige patriottisme dat het kapitalisme erkent, winstpatriottisme – dollarpatriottisme is. En de honderdduizenden die over deze zaken lezen en erover horen, zullen de ware betekenis inzien van de afgodische eerbied voor het stukje stof van de meesters. De vlag is slechts een blinddoek voor de ogen van de arbeiders”.
We kunnen het daarmee alleen maar eens zijn: alle nationale vlaggen zijn de vodden van de meesters! Het is een blinddoek voor onze ogen, die ons verblindt voor de realiteit dat de arbeidersklasse geen land heeft, dat de natie altijd toebehoort aan degenen die de rijkdom, de politieke macht en de krachtigste wapens hebben vergaard. Kortom, aan de heersende klasse. Twee jaar na het artikel zou de IWW hieraan hebben toegevoegd dat de Amerikaanse vlag een middel is om de arbeiders in te lijven voor de slachting van de imperialistische oorlog, naast de Britse Union Jack en de driekleur van Frankrijk of Duitsland.
En daarom zijn revolutionairen tegen alle nationale vlaggen. Niet alleen de vlaggen van de machtigste imperialistische staten, maar ook tegen de vlaggen van de ‘onderdrukte naties’, zoals Oekraïne of Palestina, die zich alleen tegen de overheersing van een bepaalde macht kunnen ‘verzetten’ door zich aan te sluiten bij andere imperialismen. In het geval van Oekraïne zijn dat onder andere de Amerikaanse en West-Europese staten, in het geval van Palestina en Hamas het islamitische regime van Iran.
Tegen alle nationale vlaggen en verdeeldheid, voor de internationale eenheid van de arbeidersklasse!
Amos
[1] Dit artikel werd onder onze aandacht gebracht door een kameraad op het libcom-discussieforum die zichzelf adri noemt. Samen met een andere kameraad, msommer, die zich identificeert als radencommunist, bekritiseerden zij anarchisten in de VS die het zwaaien met Mexicaanse en Palestijnse vlaggen tijdens demonstraties rechtvaardigen omdat deze vlaggen symbool staan voor de strijd tegen onderdrukking, terwijl ze in werkelijkheid een middel zijn om arbeiders te verstrikken in de burgerlijke politiek. De betreffende thread heet Are anarchist organisations in decline? [51]
Op 12 juni bombardeerde Israël Iran massaal, dat onmiddellijk terugsloeg. Duizenden raketten, raketten en drones vlogen door de lucht. Daaronder werden huizen en ziekenhuizen verwoest. De internationale pers sprak van een uiterst ernstige situatie die het Midden-Oosten in chaos kon storten.
In de nacht van 21 juni mengden ook de Verenigde Staten zich in het conflict door onder meer dertien ton zware penetrerende bommen af te werpen om de Iraanse nucleaire installaties te vernietigen. Sinds de Tweede Wereldoorlog waren er geen zo krachtige wapens meer gebruikt.
In deze situatie van oorlog en barbarij besloot onze organisatie een internationale openbare online-bijeenkomst te organiseren. Het doel van deze bijeenkomst was uiteraard om de situatie te bespreken, te analyseren en te begrijpen, maar er is nog iets belangrijker: de revolutionaire krachten, die in veel landen van elkaar geïsoleerd zijn, samenbrengen om gezamenlijk de proletarische stem van het internationalisme te laten horen.
In die zin kunnen we meteen zeggen dat deze internationale openbare bijeenkomst een groot succes was. De bijeenkomst werd in enkele dagen tijd georganiseerd en talrijke kameraden gaven gehoor aan die oproep. Zij hekelden het imperialistische karakter van alle kampen en alle naties die bij het conflict betrokken zijn en verdedigden met kracht dat de enige toekomst voor de mensheid ligt in de solidariteit en eenheid van de arbeiders, over grenzen, rassen en religies heen.
De enige spijtige zaak: de afwezigheid – met uitzondering van Internationalist Voice [52] [1][1] [53] – van de andere revolutionaire groeperingen van de kommunistische linkerzijde, die we toch hartelijk hadden uitgenodigd[2] [54].
Alle deelnemers bevestigden dat de huidige oorlogen het gevolg zijn van het kapitalistische systeem en de imperialistische rivaliteit tussen grote en kleine mogendheden. Zoals een kameraad opmerkte: “de doos van Pandora is in 1914 geopend”. Maar hoe valt de toename van de huidige spanningen te verklaren? Waarom breiden de oorlogen zich weer uit en bedreigen ze steeds grotere delen van de wereld? Waarom explodeert de wapenproductie overal?
Vele kameraden wezen op de toenemende polarisatie tussen de Amerikaanse grootmacht en China:
“Het gaat om een wereldwijde strijd tussen twee grootmachten: China en de Verenigde Staten”.
“De Verenigde Staten richten hun imperialistische aandacht opnieuw op China, en dat is vooral duidelijk geworden sinds de AUKUS-overeenkomsten, en met Australië in het bijzonder.”
In sommige tussenkomsten werd ook gewezen op economische belangen:
“Dit conflict houdt in wezen verband met handelsroutes en economische toegangswegen.”
“Deze mogendheden strijden om economische controle, handelsroutes en technologische superioriteit.”
Andere tussenkomsten benadrukten wat in hun ogen een rationele en politieke visie van de bourgeoisie was: “[oorlogen] zijn politieke instrumenten van de heersende klasse, die worden gebruikt om revolutionaire bewegingen te vertragen, samenlevingen uit te buiten en kapitalistische belangen te waarborgen.”
Andere kameraden wezen er echter op dat de huidige dynamiek voortkomt uit de toenemende chaos. Een spreker benadrukte in dit verband de realiteit van “fragmentatie” en “ieder voor zich”, en wees op “de schommelingen in het beleid van Trump, die een weerspiegeling zijn van de twisten binnen de bourgeoisie”. Wij zijn het volledig eens met dit antwoord dat tijdens het debat naar voren kwam. De dynamiek van de discussie maakte het vervolgens mogelijk om de vraag aan te snijden die achter de hele huidige dynamiek in de wereld schuilgaat: hebben we te maken met de vorming van twee nieuwe imperialistische blokken, zoals tijdens de Eerste Wereldoorlog, de Tweede Wereldoorlog en de Koude Oorlog? Met andere woorden, zijn we op weg naar de Derde Wereldoorlog? Deze vraag is belangrijk omdat een dergelijke wereldwijde explosie, gezien het vernietigingsvermogen van talrijke mogendheden, synoniem zou zijn met een algemene nucleaire Holocaust en dus met het einde van de mensheid. Het antwoord dat uit het debat naar voren kwam, was overwegend: NEE! Een kameraad stelde heel duidelijk: “We zijn niet op weg naar blokken zoals tijdens de Eerste en Tweede Wereldoorlog, maar naar fragmentatie, zoals we zien in Oekraïne, Afrika en het Midden-Oosten”. Een ander voegde hieraan toe: “Wat de blokken betreft, zie ik die niet ontstaan. Het is interessant om te zien in hoeverre Netanyahu op eigen houtje handelt: het zal interessant zijn om te weten of de IKS denkt dat de Verenigde Staten Israël als aanvalshond gebruiken of dat het voor Netanyahu eerder een kwestie is van ‘ieder voor zich’[3] [55]”.
Om de betekenis van de dynamiek van de chaos volledig te begrijpen, moeten we uitgaan van de historische fase van het kapitalisme: de ontbinding. Aan het einde van deze discussie kwam de IKS tussenbeide om dit naar onze mening essentiële idee te verdedigen: “Van 1945 tot 1990 was de wereld gestructureerd in twee blokken met twee supermachten [...]. In 1989, met de ineenstorting van de USSR, had men kunnen denken dat de Verenigde Staten als grote overwinnaars en heersers uit de bus zouden komen, maar de Amerikaanse bourgeoisie begreep onmiddellijk welke moeilijkheden zich zouden voordoen. Er was de grote toespraak van Bush senior waarin hij de noodzaak van een “nieuwe wereldorde” benadrukte, en er was de demonstratie van militaire macht in de Golfoorlog. [...] Waarom deze demonstratie? De Amerikaanse bourgeoisie zei tegen de wereld en in het bijzonder tegen haar bondgenoten: “Jullie zijn ons gehoorzaamheid verschuldigd, wij hebben een overweldigende militaire macht”. Op korte termijn was de eerste Golfoorlog een enorme militaire overwinning. Maar slechts twee jaar later explodeerde Joegoslavië: de voormalige bondgenoten (Frankrijk, Duitsland, de Verenigde Staten) gingen hun eigen kaarten uitspelen. […] En dan zou Joegoslavië doen uiteenvallen in vier of vijf landen. Dat is in een notendop wat er nu al 35 jaar gebeurt. Dat wil zeggen dat de Verenigde Staten een steeds overweldigender militaire macht hebben ten opzichte van al hun concurrenten, ze vergroten de kloof. Ze investeren elk jaar evenveel als de rest van de wereld. En ze slaan steeds harder toe. Dat zien we bij Iran. Toch kalmeert dat niet alle tegenstanders. Integendeel! Het voedt de versnippering. Het voedt de neiging van elke imperialist om zijn eigen kaart te uit te spelen. Dat is de echte historische dynamiek die niet zal stoppen en daarom is wat er in Iran gebeurt uiterst ernstig en historisch”.
Nadat door enkele tussenkomsten was vastgesteld dat Iran verzwakt is, kon de discussie verder gaan: “Iran is vernederd en verzwakt, maar de mollahs blijven aan de macht. De vraag is hoe het zit met de destabilisatie van de regio, het belang van de arbeidersklasse in Iran en het vermogen van de mollahs om aan de macht te blijven. Hun gebrek aan luchtmacht […] moedigt hun buren aan”.
Uiteindelijk betekent dit nieuwe conflict tussen Israël, Iran en de Verenigde Staten een kwalitatieve stap in de versnelling van de chaos en de oorlogsbarbaarsheid. Voor het eerst sinds 2003, toen de Verenigde Staten hun positie in de Stille Oceaan wilden versterken, werden ze opnieuw gedwongen militair in te grijpen, wat eens te meer getuigt van het verval van hun alleenheerschappij. Het machtsvertoon door middel van bombardementen om indruk te maken op China (op volstrekt illusoire wijze) en hun autoriteit op te leggen, is daar een duidelijk teken van. Bovendien zijn bij deze nieuwe oorlog twee regionale machten betrokken, waarvan er één, Iran, op instorten staat, wat samen met de extreme verzwakking van de macht van de mollahs bijdraagt tot een ongekende destabilisatie van het hele Midden-Oosten en zelfs van de hele wereld[4] [56].
Geconfronteerd met de toenemende barbarij en de oorlog die zich blijkt te verspreiden, was het duidelijk dat alle deelnemers op zoek waren naar een plek om te debatteren en het proletarische internationalisme te verdedigen. Dat bleek uit deze tussenkomst: “Ik ben blij dat we op zoek zijn naar een coherente proletarische internationalistische lijn”. Deze zoektocht maakte het mogelijk om duidelijk te stellen dat “internationalisme een standpunt is dat wij verdedigen. De arbeidersklasse is internationaal en onze strategie en tactiek zijn gebaseerd op dit principe”. De discussie richtte zich vervolgens op het verder uitdiepen van de vraag hoe dit kernprincipe van de arbeidersbeweging, dat al sinds het Kommunistisch Manifest van 1848 wordt verkondigd, in praktijk moest worden gebracht. Daarbij werd benadrukt dat “de proletariërs geen vaderland hebben”. Zoals een kameraad bevestigde werd het standpunt gedeeld dat “wij tegenover de barbarij van de imperialistische oorlog, het proletariaat oproepen om niet het ene land boven het andere te steunen. Tegen de oorlog roepen wij de arbeiders van de hele wereld op om zich te verenigen en een klassenstandpunt in te nemen in plaats van een nationalistisch standpunt”. Iedereen erkende dat het ging om een eis, een moeilijke strijd tegen de intense bourgeoispropaganda. De discussie werd voortgezet met een poging om de ideologische valstrikken en obstakels die de bourgeoisie de arbeidersklasse in de weg legt, in kaart te brengen. Hoe? door de democratische misleidingen aan de kaak te stellen van de valse vrienden in de linkse partijen, de vakbonden en vooral die van uiterst links, die momenteel in de lift zitten: “uiterst links-kan zich mobiliseren om zowel het nationalisme als de anti-Trump-demonstraties te steunen”.
Geconfronteerd met al deze propaganda was de discussie een bron van nadenken over de manier waarop de arbeidersklasse vandaag de dag haar strijd voert, in een poging om daar lering uit te trekken:
De eerste les was de duidelijke erkenning dat de arbeidersklasse “niet verslagen is”. Zo werd de nadruk gelegd op de context waarin de realiteit moest worden beoordeeld van “een ondergrondse rijping van het bewustzijn” binnen het proletariaat en een dynamiek als gevolg van de “breuk” met de stuurloosheid van de afgelopen decennia [5] [57].
De tweede essentiële les is het feit dat de arbeidersklasse niet de kracht heeft om zich te verzetten tegen de oorlog in de oorlogvoerende landen, waar ze onder vuur ligt van bommen en wraakzucht. Op dezelfde manier blijft ze in de perifere landen te veel beïnvloed door de democratische misleiding en het gewicht van het nationalisme. Zoals een kameraad benadrukte: “Nationalisme is een ernstige ziekte die de arbeidersklasse treft en die leeft in de derdewereld-visie in onderontwikkelde landen. Kijk bijvoorbeeld naar de illusies over Nasser, Mugabe, enz. Zij waren brute onderdrukkers en geen verdedigers van de vrijheid. De beelden van mensen die de aanvallen van Hamas op Israël toejuichen, zijn een schande voor de arbeidersklasse”.
De derde les is het belang te erkennen van de ervaring van het proletariaat in de westerse landen, de realiteit van zijn strijd, ook al kan die strijd de oorlog nog niet tegenhouden, laat staan beëindigen: “Geconfronteerd met de ontwikkeling van oorlogen zou men kunnen verlangen naar een echt antwoord van de arbeidersklasse dat een einde maakt aan de oorlogen. Maar op dit moment, en nog voor lange tijd, is dat niet mogelijk!”
De vierde les die we kunnen trekken is dat ondanks zijn strijd, de zwakheden van het proletariaat nog te groot zijn om zijn bewustzijn zodanig te ontwikkelen dat het zijn strijd kan politiseren. Dat zal een langzaam, moeilijk en nog zeer langdurig proces zijn, bezaaid met obstakels en valkuilen.
Als laatste les heeft de IKS, gezien deze moeilijke realiteit, gewezen op het gevaar van ongeduld. Dit is namelijk een plaag die kenmerkend is voor de invloed van de kleinburgerlijke ideologie en een drager van opportunisme binnen de arbeidersbeweging: “Tr. [een deelnemer] zei: Marx zou begrijpen dat ongeduld moet worden vermeden, en dat is waar. In de arbeidersbeweging is de kwestie van onmiddellijkheid en ongeduld een echt probleem geweest. In de Bond van Kommunisten, tijdens de confrontatie tussen Marx en de Willich-Schapper-tendens, [...] zeiden Willich en Schapper dat de revolutie meteen moest plaatsvinden. Marx zei dat dit een doodlopende weg was, dat het proletariaat nog vele decennia zou moeten strijden om de bourgeoisie het hoofd te kunnen bieden. Dit was al een probleem in de negentiende eeuw. Ongeduld is een voedingsbodem voor opportunisme. Er is een beroemde tekst van Rosa Luxemburg waarin zij uitlegt dat we jarenlang van overwinning naar overwinning zijn gegaan, maar vervolgens verschrikkelijke nederlagen hebben geleden. Echte revolutionairen zijn van mening dat we de problemen nu niet meteen kunnen oplossen. Er zijn veel rampen, bloedbaden en wreedheden: we kunnen dat niet meteen voorkomen. Dat besef moeten we in ons achterhoofd houden. Dat is een verschil met uiterst links: zij zeggen “nu”, in 1968 was de slagzin “revolutie nu”, een kleinburgerlijk idee. Wij werken voor de toekomst, voor het perspectief. Na 1968 zijn veel teleurgestelde jongeren, die onmiddellijk een revolutie wilden, verloren gegaan voor de strijd (er is toen zelfs gesproken over zelfmoord onder teleurgestelde jongeren). We moeten daarop terugkomen en krachtig strijden tegen het ‘immédiatisme’ [hier en nu, nvdv]. De arbeidersbeweging bestaat al twee eeuwen, we weten niet wanneer de revolutie zal plaatsvinden. Maar de enige manier om dat perspectief voor te bereiden is door te voorkomen dat het potentieel, dat in een minderheid van de klasse bestaat, teniet gedaan wordt. We moeten de nadruk leggen op geduld hebben”.
Een van de allerlaatste tussenkomsten benadrukte dat “het erg belangrijk is dat de kameraden niet ontmoedigd raken door het uitblijven van massale stakingen in het hart van Europa, dat zal veel tijd kosten. Vandaag is er een stap vooruit gezet: revolutionairen en internationalisten zijn bijeengekomen om een dimensie van de klassenstrijd te verduidelijken”. Wij zijn van mening dat de bezorgdheid en de geest van deze tussenkomst belangrijk zijn om weerstand te bieden en te strijden.
Ter afsluiting van dit artikel herhalen wij onze oproep tot discussie en moedigen wij al onze kameraden en lezers aan om deel te nemen aan onze volgende bijeenkomsten. Houd onze website in het oog, waar wij regelmatig de data en locaties van deze debatten publiceren. We roepen ook op om onze recent gepubliceerde pamfletten over de oorlog en de klassenstrijd te verspreiden (die in pdf-formaat op onze website staan) n
WH/29.06.2025
De eerste zes maanden van de regering-Trump 2 waren bewogen. Ze heeft maar liefst 78 decreten van de regering-Biden ingetrokken die niet in overeenstemming waren met haar politieke doelen; ze heeft meer hoge militairen en nationale veiligheidsfunctionarissen ontslagen dan welke andere presidentiële regering in de geschiedenis ook. Trump heeft tijdens zijn eerste honderd dagen acht keer een beroep gedaan op de noodtoestand. Dit heeft geleid tot een wervelwind van onvoorspelbaarheid en onzekerheid, wat vooral duidelijk werd na zijn eerste aankondigingen van extreme douanetarieven in april, waarna de belangrijkste Amerikaanse beurzen hun grootste verliezen leden sinds 2020. Bovendien heeft hij de rest van de wereld angst aangejaagd met zijn uitspraken over de annexatie van Groenland en Canada, over de oorlog in Oekraïne en over het feit dat Europa niet langer als bondgenoot van de VS wordt beschouwd.
De PCI-Le Prolétaire publiceerde onlangs een artikel 1 [64] waarin zij de IKS bekritiseert omdat zij “ het vage concept van ‘populisme’, dat echte cliché van de media ” heeft overgenomen en waarin ze beweert dat de politiek van Trump niet “in strijd is met de fundamentele belangen van de Amerikaanse bourgeoisie”. Elke onderbouwde kritiek op onze standpunten door een proletarische organisatie verdient aandacht, ook al valt haar benadering, zoals we zullen aantonen, te betwisten.
Le Prolétaire lijkt de bijzonderheden van de politiek van Trump te erkennen en concludeert, tot op zekere hoogte terecht, dat “de samenhang van deze overhaaste maatregelen ongetwijfeld discutabel, hun doeltreffendheid twijfelachtig en hun gevolgen schadelijk zijn voor bepaalde burgerlijke belangen”. Paradoxaal genoeg vraagt het artikel zich niet af waarom deze maatregelen zulke twijfelachtige en schadelijke gevolgen hebben, maar beweert het tevens dat dit niets nieuws is, omdat de politiek van Trump “aansluit bij een fundamentele trend die in de voorgaande jaren al bestond”.
Om zijn bewering te staven, geeft Le Prolétaire drie voorbeelden van de buitenlands politiek van de Verenigde Staten, zoals de oriëntatie naar Azië, de terugtrekking van het Amerikaanse leger uit oorlogsgebieden en de dreiging om zijn ‘bondgenoten’ te laten vallen. Ze vermeldt ook de campagne tegen ‘marxistische gekken’ en de ‘woke’-politiek tegen raciale of seksuele discriminatie. De eerste twee voorbeelden kloppen: de ‘oriëntatie naar Azië’ en de “terugtrekking uit oorlogsgebieden” waren al een hoeksteen van de politiek van Obama en Biden.
Maar de andere voorbeelden waren daar geenszins een essentieel onderdeel van, integendeel. Zo heeft Biden de NAVO-leden gemobiliseerd om Oekraïne te steunen tegen Rusland. Maar Trump heeft radicaal gebroken met deze politiek van massale steun aan Oekraïne. Nadat hij had verklaard dat de EU was opgezet om de VS ‘op te lichten’, besloot hij de banden te verbreken en begon hij zijn voormalige bondgenoten te chanteren. De scheiding tussen de Verenigde Staten en Europa is een feit, met als gevolg dat “de absolute garantie van een militaire tussenkomst ter ondersteuning van de NAVO en de Amerikaanse nucleaire paraplu niet langer van toepassing was” . 2 [65] Bovendien heeft hij tijdens de laatste NAVO-top in Den Haag druk uitgeoefend op de andere NAVO-leden om 5% van hun BBP te besteden aan de aankoop van wapens in de Verenigde Staten.
Onder Biden hebben sommige Amerikaanse staten “woke”-inhoud in het onderwijs verboden. Het Huis van Afgevaardigden heeft zelfs anti-woke-maatregelen aangenomen, maar dat was zeker niet de algemene politiek van de federale regering en de meeste staten. Onder Trump veranderde deze anti-woke-politiek daarentegen in een ware heksenjacht. Al bij het begin van zijn presidentschap ondertekende hij een decreet tegen de ‘woke-cultuur’ en vroeg hij J. D. Vance om alle “ongepaste, polariserende of anti-Amerikaanse ideologieën” te verwijderen. In zijn eerste begrotingsontwerp kondigde het Witte Huis bezuinigingen aan op ‘woke-programma’s’, met als argument dat dit bedoeld was om “radicale gender- en rassenideologieën die de geest van Amerikanen vergiftigen” uit te bannen en “cultureel marxisme” tegen te gaan.
Een ander onmiskenbaar voorbeeld is de Amerikaanse tarievenpolitiek. Biden had ook talrijke tarieven opgelegd, maar slechts gedeeltelijk en op strategische goederen. Bovendien gaf hij de voorkeur aan een multilaterale benadering van de economische concurrentie, waarbij hij zich baseerde op internationale instellingen. Trump plaatste de kwestie van de douanetarieven, “het mooiste woord”, centraal in het Amerikaanse politiek en noemde de aankondiging ervan “Bevrijdingsdag” voor de Verenigde Staten. Volgens hem garanderen deze tarieven dat de Amerikaanse economie wordt bevrijd van de plaag van goedkope buitenlandse producten en oneerlijke handelspraktijken van andere landen. De politiek van Trump is gebaseerd op protectionisme en bilaterale onderhandelingen om “de massale terugkeer van banen en fabrieken naar ons land veilig te stellen”.
De kritiek van Le Prolétaire op het standpunt van de IKS over het totaal andere karakter van de politiek van Trump is gebaseerd op haar beroemde “invariantie van het marxisme sinds 1848”. In haar opvatting is het marxistische programma niet “het resultaat van een voortdurende theoretische strijd om de werkelijkheid te analyseren en daaruit lessen te trekken, maar een dogma dat in 1848 werd geopenbaard en waaraan geen komma mag worden veranderd”. 3 [66] De gevolgen van dit standpunt is veel ernstiger dan een loutere theoretische vervorming. De bewering dat het marxisme onveranderlijk is, dat het kommunistische programma niet kan worden verrijkt met nieuwe elementen op basis van de evolutie van het kapitalisme en de proletarische strijd, komt neer op een bevriezing van de werkelijkheid.
Daarom ontkent Le Prolétaire systematisch dat er fundamentele veranderingen hebben plaatsgevonden in de evolutie van het kapitalisme en in de politiek van de bourgeoisie, en is ze alleen geïnteresseerd in verschijnselen die haar onveranderlijke geloof bevestigen. Bijgevolg is niet alleen haar kritiek op het standpunt van de IKS oppervlakkig en zinloos, maar is vooral haar begrip van de evolutie van de kapitalistische productiewijze en de krachtsverhoudingen tussen de bourgeoisie en het proletariaat in tegenspraak met de marxistische benadering zelf.
De regering-Trump is geen op zichzelf staand geval; zij is de uitdrukking van een algemene dynamiek. Bolsonaro in Brazilië, Orban in Hongarije, Modi in India, enz. zijn allemaal uitingen van de populistische golf. En deze golf is in werkelijkheid de meest spectaculaire vorm van een veel groter desintegratieproces dat de hele wereldbourgeoisie treft, die is aangetast door de epidemie van het ieder voor zich. Maar het feit dat zo’n incompetente idioot president is geworden van het machtigste land ter wereld (en dat voor de tweede keer), in combinatie met zijn totale onverschilligheid ten opzichte van de ernstige verstoring van het functioneren van het staatsapparaat, dat door zijn eigen handelen wordt veroorzaakt, zegt veel over de toenemende moeilijkheden van deze bourgeoisie om haar politieke systeem te beheren.
Met het methodologische instrument van ‘invariantie’ weigert Le Prolétaire te erkennen dat populisme iets anders is dan een uitdrukking van het traditionele politieke leven van de bourgeoisie. Het verwerpt het idee dat populisme een uitdrukking is van een verlies van controle door de bourgeoisie over haar eigen politieke spel. Volgens haar heeft de bourgeoisie zelfs volledige controle over de situatie!
Dat was duidelijk niet het geval op 6 januari 2021, toen het Capitool werd bestormd door een horde vandalen die door de vertrekkende president was opgestookt. Maar blijkbaar ziet Le Prolétaire de zaken anders: “Het kapitalisme staat nog steeds overeind en slaagt erin de politieke en sociale dominantie van de bourgeoisie te handhaven; het democratische systeem dat deze heerschappij maskeert, staat nog steeds overeind. […] Zelfs wanneer de bourgeoisie als eerste laat zien dat ze niet aarzelt om haar eigen wetten en haar eigen politieke systeem met voeten te treden met als enig doel haar eigen belangen te verdedigen, verdwijnt de mythe van de democratie niet. 4 [67] Het vertrappen van de ‘rechtsstaat’, de mislukte staatsgreep van Trump, de bezetting van het Congres, het in twijfel trekken van het concept van electorale legitimiteit... voor Le Prolétaire lijkt dit allemaal de normale manier waarop de bourgeoisie haar eigen belangen verdedigt! Maar voormalig president George W. Bush, lid van dezelfde partij als Trump, had een andere mening, toen hij zei “zo worden verkiezingsuitslagen betwist in een bananenrepubliek.”
Het artikel van Le Prolétaire over de gebeurtenissen wekt zelfs de indruk dat de bourgeoisie de bestorming van het Capitool heeft uitgelokt, want “om het Capitool te beschermen tegen de te verwachten invallen van pro-Trumpdemonstranten, was er slechts een kleine politiecordon... die de deuren wijd openzette om de menigte door te laten”. 5 [68] Maar het artikel geeft niet aan wat de bourgeoisie zou hebben gemotiveerd om een dergelijke manoeuvre uit te voeren, noch welk fractie van haar klasse hiervan zou hebben geprofiteerd. In werkelijkheid onderschat Le Prolétaire volledig de impact en verergering van de chaos die door dit soort populistische escalaties worden veroorzaakt.
Zonder zich te storen aan zijn volledig vertekende uitleg van de gebeurtenissen van 6 januari 2021, bekritiseert Le Prolétaire vervolgens de IKS, omdat diens standpunt over populisme “een impressionistisch oordeel” en niet-marxistisch zou zijn. Wij begrijpen, net als Le Prolétaire, dat de gebeurtenissen, verschijnselen en tendensen in de maatschappij kunnen worden herleid tot de anatomie van het sociale leven, het economische apparaat. En de IKS heeft haar analyses altijd op deze benadering gebaseerd, zoals bijvoorbeeld te lezen is in “How the bourgeoisie organises itself” (International Review no. 172). Dit artikel toont ondubbelzinnig aan dat “de voortdurende verslechtering van de economische crisis en het onvermogen van de bourgeoisie om de maatschappij te mobiliseren voor een wereldoorlog de belangrijkste drijvende kracht zijn achter de desintegratie van het politieke apparaat”. Voor de IKS illustreert dit citaat, net als de rest van hetzelfde artikel, duidelijk het verband, zij het indirect, tussen de kapitalistische economie in crisis, waarvoor de bourgeoisie geen oplossing heeft, en het ieder voor zich of de ongedisciplineerdheid in de burgerlijke politiek, die leiden tot de opkomst van populistische klieken.
Le Prolétaire heeft dus ongelijk wanneer ze hardnekkig ontkent dat populisme “een zelfstandig fenomeen is met een eigen dynamiek”. Dit is een andere cruciale methodologische kwestie om de politiek van de bourgeoisie te begrijpen. Ze suggereert dat het kapitalisme wordt beheerst door een eenvoudige causaliteit, waarbij de politiek mechanisch wordt bepaald door de economie. We moeten de kameraden teleurstellen, want de burgerlijke politiek is niet louter een weerspiegeling van de economische situatie. De elementen van de bovenbouw, met inbegrip van de politiek, volgen hun eigen dynamiek, zoals Friedrich Engels in een van zijn brieven aan Conrad Schmidt uitlegt: “Er is een wisselwerking van twee ongelijke krachten; aan de ene kant van de economische beweging en aan de andere kant de nieuwe politieke macht die naar de grootst mogelijke zelfstandigheid streeft en nadat ze eenmaal in het leven is geroepen, ook met een eigen beweging is begiftigd.” 6 [69] Het ontkennen van de wisselwerking tussen basis en bovenbouw en van een eigen dynamiek van de politieke dimensie van de heersende klasse is op zijn zachtst gezegd kortzichtig.
Ten slotte voert Le Prolétaire het argument aan dat “het politiek van Trump niet het resultaat is van de grillen van één persoon of de fantasieën van een kring van verlichte geesten”. Dit argument is echter zinloos, want dat is niet wat we in ons artikel gezegd hebben. We hebben veeleer gezegd dat de politiek van Trump in tegenspraak is met de belangen van de meest verantwoordelijke facties van de Amerikaanse bourgeoisie en met de politiek die zij proberen te voeren, want de politiek van Trump zelf is in wezen:
– gemotiveerd door wraak, gebaseerd op de al lang bestaande overtuiging dat elke politieke oppositie sabotage is en dat loyaliteit aan Trump persoonlijk de hoogste politieke deugd is;
– gekenmerkt door een systematische vernietiging van de rechtsstaat door machtsmisbruik, zuiveringen van staatsinstellingen, aanvallen op de pers, represailles tegen het rechtssysteem, enz.
De politiek van Trump is de uitdrukking van een wanhopige revolte tegen de achteruitgang van de Verenigde Staten als supermacht, “niet gericht op de toekomst maar op het verleden, niet gebaseerd op vertrouwen maar op angst, niet op creativiteit maar op vernietiging haat”.7 [70]
Tot slot verdient er nog één punt te worden vermeld. We weten niet welk artikel Le Prolétaire heeft gelezen... want het artikel dat zij bekritiseert, zegt niet dat de Amerikaanse bourgeoisie een “bittere nederlaag” heeft geleden. Het stelt letterlijk dat de terugkeer van Trump aan het hoofd van de Amerikaanse staat “een klinkende nederlaag voor de meest ‘verantwoordelijke’ fractie van de Amerikaanse bourgeoisie” betekent. 8 [71] Het artikel in Le Prolétaire begint en eindigt dus met een kritiek gebaseerd op deze verkeerd geciteerde bewering, wat sommige lezers op een dwaalspoor zou kunnen brengen. De nadruk op dit specifieke aspect van het artikel, ten koste van belangrijkere, zoals Trumps aanval op wat hij “de deep state” noemt, zal zeker niet substantieel bijdragen aan de verduidelijking van het verschijnsel populisme.
En dat brengt ons bij een andere vraag: hoe moet het debat tussen de organisaties van de Kommunistische Linkerzijde verlopen? Le Prolétaire heeft niet alleen moeite met het lezen en citeren van ons artikel, maar refereert ook niet naar andere artikelen van de IKS over dit onderwerp sinds 2018 (de datum van de laatste polemiek tussen Le Prolétaire en de IKS). We hebben hierboven al het artikel “How the bourgeoisie organises itself” genoemd, maar er zijn nog andere artikelen, zoals “The rise of populism is a pure product of capitalist decomposition” en “Nieuwe stappen in de kapitalistische chaos”. Het zou Le Prolétaire sieren om een nieuwe, serieuzere poging te doen om het standpunt van de IKS over populisme te bekritiseren, op basis van een grondigere lezing en argumenten.
Als revolutionaire organisatie is dat haar politieke verantwoordelijkheid ten opzichte van de arbeidersklasse en de politieke minderheden die daaruit voortkomen n
Dennis/10.09.2025
1 [72] « Le CCI et le “populisme”. Les élections américaines sont-elles “un échec cuisant pour la bourgeoisie américaine” ? » (Le Prolétaire nr. 557; april-mei-juni 2025).
2 [73] De omwenteling van de allianties verergert de logica van het ‘ieder tegen ieder’ [74]; Internationalisme 382.
3 [75] “15th Congress of the ICC, Today the Stakes Are High--Strengthen the Organization to Confront Them [76]”, International Review no. 114
4 [77] «January 6, 2021, Washington : a dark day for the Capitol, symbol of American democracy», Proletarian n° 17 (Voorjaar 2021).
5 [78] Idem
6 [79] Engels aan Konrad Schmidt, 27 oktober 1890. In: Friedrich Engels, Brieven over de materialistische geschiedenisopvatting [80]
7 [81] Over de kwestie van het populisme [82], IKSonline
8 [83] Dit laatste heeft niet dezelfde gevolgen, want een nederlaag van de hele bourgeoisie heeft iets positiefs voor de arbeidersklasse, terwijl een nederlaag van een fractie van de bourgeoisie per definitie niet gunstig is voor de arbeidersklasse. Integendeel, het brengt het risico met zich mee dat het proletariaat wordt meegesleept in een strijd tussen verschillende burgerlijke fracties.
Links
[1] https://nl.internationalism.org/files/nl/pdf/n_isme_383_klweb.pdf
[2] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote1sym
[3] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote2sym
[4] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote3sym
[5] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote4sym
[6] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote5sym
[7] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote6sym
[8] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote7sym
[9] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote8sym
[10] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote9sym
[11] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote10sym
[12] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote11sym
[13] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote12sym
[14] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote1anc
[15] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote2anc
[16] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote3anc
[17] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote4anc
[18] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote5anc
[19] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote6anc
[20] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote7anc
[21] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote8anc
[22] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote9anc
[23] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote10anc
[24] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote11anc
[25] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11620#sdfootnote12anc
[26] https://nl.internationalism.org/tag/historische-gebeurtenissen/rusland-1905
[27] https://nl.internationalism.org/tag/2/26/proletarische-revolutie
[28] https://nl.internationalism.org/tag/18/328/russische-revolutie-1917
[29] https://nl.internationalism.org/tag/9/143/1905-revolutie-om-rusland
[30] https://nl.internationalism.org/tag/recent-en-lopend/moord-schoolgebouwen
[31] https://nl.internationalism.org/tag/4/71/frankrijk
[32] https://nl.internationalism.org/tag/recent-en-lopend/stakingen-frankrijk-2025
[33] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote1sym
[34] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote2sym
[35] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote3sym
[36] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote4sym
[37] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote5sym
[38] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote6sym
[39] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote7sym
[40] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote1anc
[41] https://fr.internationalism.org/content/11618/combat-ne-fait-commencer-comment-renforcer-notre-unite-et-solidarite
[42] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote2anc
[43] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote3anc
[44] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote4anc
[45] https://fr.internationalism.org/content/11614/face-aux-assauts-xenophobes-trump-contre-classe-ouvriere-et-au-cri-defense-democratie
[46] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote5anc
[47] https://fr.internationalism.org/content/11601/resolution-situation-internationale-mai-2025
[48] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote6anc
[49] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11659%22%20%5Cl%20%22sdfootnote7anc
[50] https://nl.internationalism.org/tag/recent-en-lopend/economische-crisis
[51] https://libcom.org/discussion/are-anarchist-organisations-decline
[52] https://en.internationalistvoice.org/
[53] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11626#_ftn1
[54] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11626#_ftn2
[55] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11626#_ftn3
[56] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11626#_ftn4
[57] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11626#_ftn5
[58] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11626#_ftnref1
[59] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11626#_ftnref2
[60] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11626#_ftnref3
[61] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11626#_ftnref4
[62] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11626#_ftnref5
[63] https://nl.internationalism.org/tag/aktiviteiten-van-de-iks/openbare-discussiebijeenkomsten-permanenties
[64] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote1sym
[65] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote2sym
[66] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote3sym
[67] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote4sym
[68] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote5sym
[69] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote6sym
[70] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote7sym
[71] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote8sym
[72] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote1anc
[73] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote2anc
[74] https://nl.internationalism.org/content/1787/de-omwenteling-van-de-allianties-verergert-de-logica-van-het-ieder-tegen-ieder
[75] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote3anc
[76] https://en.internationalism.org/ir/114_congress.html
[77] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote4anc
[78] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote5anc
[79] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote6anc
[80] https://www.marxists.org/nederlands/marx-engels/1890/1890brieven.htm
[81] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote7anc
[82] https://nl.internationalism.org/iksonline/201701/1357/over-de-kwestie-van-het-populisme
[83] https://fr.internationalism.org/print/book/export/html/11669#sdfootnote8anc
[84] https://nl.internationalism.org/tag/11/152/correspondentie-met-andere-groepen
[85] https://nl.internationalism.org/tag/7/110/bordigisme
[86] https://nl.internationalism.org/tag/recent-en-lopend/scheiding-vs-europa