Hoe hebben de Indignados- en de Occupy-beweging bijgedragen aan de wereldwijde strijd tegen het kapitalisme?

Printer-friendly version
Verschillende personen die we kennen, van ons hebben zich aangesloten bij de Occupy van Amsterdam, Utrecht, Den Haag, Eindhoven, enzovoort. Hebben we er verkeerd aan gedaan om ons niet aan te sluiten?
Want inderdaad ziet een steeds groter deel van de arbeiderklasse en de niet-uitbuitende deel van de bevolking geen vooruitzicht meer ziet in het kapitalistische systeem. Het kapitalisme is bezig met haar doodsstrijd en de bourgeoisie laat ons er een hoge prijs voor betalen, door duizenden vormen van lijden. Als gevolg van de crisis willen ze ons laten denken dat we het verdienen, maar dat moeten we zien te voorkomen. Marx zei dat we in de ellende niet alleen de ellende moeten zien. Individueel zijn we allemaal bang dat de armoede ons treft, ons en onze kinderen, onze naasten. Maar daartegen moeten we tesamen, collectief moeten we er vooral van overtuigd zijn dat tegenover de verschrikkelijke levensomstandigheden die ons staan te wachten, er strijd zal uitbreken. De ‘Indignados’ en ook de ‘Occupy’ zijn daar op dit moment de belangrijkste uitdrukkingen van.
De Indignados en Occupy-beweging heeft de onmetelijke verdienste gehad een glimp te laten zien van de wijze waarop de arbeidersklasse de controle kan krijgen over haar eigen strijd, door de organisatie van algemene vergaderingen. In de pleinbezettingen willen de Occupy en de Indignados
- uitdrukking geven aan het zogeheten ‘noodrem-gevoel’: waarbij er een bewustzijn moet ontstaan dat het zo niet langer kan;
- zelf proberen de verandering te zijn, die ze in de wereld willen doen plaatsvinden;
- alle besluiten in haar midden nemen op basis van consensus. Dat wil zeggen: vanuit een complete  overeenstemming over alle genomen beslissingen onder alle deelnemers
Maar
- Is de Occupy-beweging überhaupt in staat de heerschappij van de bourgeoisie fundamenteel in vraag te stellen?
- Heeft deze beweging de potentiële mogelijkheden om te dienen als hefboom voor een fundamentele verandering van de maatschappelijke verhoudingen?
- Heeft de Occupy-beweging, vooral in de VS, het systeem werkelijk op de rand van de afgrond gebracht?
De afkeer van het establishment: politici, bankiers, financieel handelaars
De Occupy’s en de Indignados tonen een zeer positieve dynamiek in de zin dat zij laten zien wat onze kracht kan zijn als de uitgebuitenen: de eenheid en de solidariteit in de strijd, onze bekwaamheid om onszelf massaal te organiseren en voorwaarden te scheppen voor een algemene ontwikkeling van het bewustzijn en de overdenking, dankzij de open debatten en permanente in onze algemene vergaderingen, en dankzij onze toewijding en onze ‘onverschilligheid’. De protestbeweging draag dat al in zich, in het klein of beter gezegd, in de kiem. Wij kunnen dus vertrouwen hebben in de toekomst, met de verergering van de crisis, gaat het terrein steeds vruchtbaarder worden voor deze kiemen om op te komen, te ontluiken en te bloeien.
De Indignados en de Occupy in Israel, VS en Spanje, zijn natuurlijk nog geen revolutionaire bewegingen. Men zou natuurlijk alleen de zwakheden van deze protestbewegingen zien. In de discussies en in de algemene vergaderingen, bestaan er duidelijk nog veel illusies, juist over de mogelijkheden om het systeem te hervormen, het te verbeteren door middel een betere democratie en een betere controle van de financiële wereld.
De Occupy en de Indignados hebben hun zwakheden. Bijvoorbeeld in de VS: de pogingen van de bepaalde algemene vergaderingen om de arbeiders op te zoeken te gaan op hun werplek om hen om hen mee te nemen in de strijd en in de staking, zijn systematisch gesaboteerd door de zelfbenoemde organisatoren. Oké, het gaat hierbij om werkelijke zwakheden. De pessimisten zien altijd dat het glas half leeg is, de optimisten zien altijd dat het glas half vol is, maar de revolutionairen moeten vooral zien dat het glas bezig is zich te legen of te vullen, want uiteindelijk is dat wat belangrijk is als men dorst heeft. Met andere woorden, wat telt is de dynamiek van de klassenstrijd.
De Occupy en de Indignados staan heel wantrouwend tegen iedere vorm van politiek en alle beroepspolitici. Haar afkeer van bestaande politieke (en financiële) orde is zo groot dat ze er op geen enkele manier mee te maken wil hebben. Vandaar het a-politieke karakter van deze bewegingen, die als oogmerk hebben om buiten alle partijen, organisaties en vakbonden te blijven. Iedereen, die politiek actief is, wordt ’t liefst buiten de vergadering gehouden omdat hij er bij voorbaat van wordt verdacht de beweging te willen verdelen of over te nemen ten gunste van zijn eigen “zaak”. Op alle bezette plaatsen wordt iedereen, (ook als hij lid is van een politieke organisatie), verzocht het gebod na te leven: niet het woord te nemen uit naam van hun politieke groep en of organisatie, maar enkel als eenvoudige “burger”.
Het a-politisme is een uitdrukking van de afkeer van het establishment of van zij die het establishment al of niet heimelijk steunen c.q. vertegenwoordigen. De IKS is een organisatie is die, net als sommige oprechte anarchistische stromingen, duidelijk op geen enkele wijze, noch praktisch noch geestelijk, verbonden is met het ‘verrottende’ establishment, Dat is iets dat duidelijk door de aanwezigen in de open vergaderingen aangevoeld wordt. Vandaar dat kameraden van de IKS wel toegang hebben tot de beweging en, als contact, sympathisant, de standpunten van de IKS naar voren kunnen brengen.
Toch heeft ze zich, door eigen illusies, in de eerste etappe laten vangen op het burgerlijk ideologisch terrein. Haar a-politistische ideologie heeft haar daar niet tegen kunnen beschermen. Ultralinks, autonomen etc, kunnen gemakkelijk de schaapskleren van het a-politisme aantrekken. Ze zijn heel goed in staat zich er als “burger” binnen te bewegen de leuzen van de Occupy en Indignados over te nemen. Zo slagen ze er toch in zich aan het hoofd van deze bewegingen te zetten en om deze initiatieven vervolgens om te zetten de richting die een versterking betekent van de rol van de vakbonden, politieke partijen in het kader van de door de deelnemers zo verafschuwde achterhaalde democratie.
Wat zijn de perspectieven voor de strijd?
De crisis is wereldwijd en het idee dat de oplossing ook op wereldvlak gevonden moet worden vindt gelukkig langzamerhand haar weg in de hoofden van de mensen. In alle landen dezelfde uitbuiting, dezelfde aanvallen, dezelfde onrechtvaardigheid en dus … dezelfde strijd en dezelfde hoop. De bourgeoisie raakt verdeeld en bestrijdt elkaar onderling, verdeeld als ze is in nationale elkaar concurrerende staten. Onze klasse is internationaal, ze heeft een wereld op te bouwen. Zie daar wat ook uit de huidige protestbeweging voorspruit.
Al deze protestbewegingen, die zich sinds enige maanden ontwikkelen, openbaren de toenemende wil van onze klasse om de strijd zelf in handen te nemen, om zichzelf te organiseren, samen te leven en te strijden. Daarmee brengen ze hun wil tot uiting om collectief de strijd op te nemen en de rug toe te keren naar het kapitalisme door samen een plaats te bezetten en er te discussiëren. Deze bewegingen openbaren de wil om collectief te debatteren en na te denken. Nog belangrijker is de internationale dimensie van deze bewegingen. Er is een expliciete band tussen de bezetting op internationale schaal. Van Spanje tot de Verenigde Staten, en van Israël tot Groot-Brittannië.
Dat alles is uiterst belangrijk voor de toekomst want de historische ervaring laat zien dat onze klasse gevaarlijk wordt voor de bourgeoisie juist omdat ze haar strijd zelf in handen neemt, en daarmee laat zien massaal te willen discussiëren en tezamen begrijpen! Nog twee fasen verder en de massale en zelfgeorganiseerde strijd zal zich werkelijk en volledig ontwikkelen, daar de weg die onze klasse nu genomen heeft de juiste is. Want deze weg, en we weten het, leidt tot een steeds omvangrijkere en radicaler protest tegen dit systeem van uitbuiting
Het is niet nodig om terug te kijken naar de eindeloos doorgaande acties in Griekenland, naar de Commune van Parijs, of naar de October revolutie van 1917 om dit weten. Dertig jaar geleden, om precies te zijn in Polen, bezorgden de arbeiders de bourgeoisie een koude douche in het hele land door een massale strijd te organiseren en overal algemene vergaderingen te houden. Daarin namen ze de produktie zelf in handen om deze in dienst van de strijd te tellen!
De solidariteit, de wederzijdse hulp, de zin en de behoefte om samen massaal te strijd, zal zich ontwikkelen. Samen kunnen en moeten de uitgebuiten deze gelegenheid aangrijpen om een nieuwe wereld op te bouwen, want een andere wereld is mogelijk: een wereld zonder klassen en uitbuiting, zonder geld en crisis, zonder ellende en oorlog. Dat kan idealistisch lijken, maar in werkelijkheid is - vandaag de dag - idealistisch zijn te geloven dat het kapitalisme nog kan blijven functioneren zoals daarvoor of kan worden hervormd. En realistisch wil zeggen te beseffen dat de revolutie niet alleen absoluut noodzakelijk is, maar dat hij ook heel goed mogelijk is.