Tegenover de gevolgen van de wereldcrisis: Eén klasse, één en dezelfde strijd!

Printer-friendly version

De organisatie van de Verenigde Naties heeft net aan de alarmbel getrokken. De afdeling voor Economische en Sociale zaken gaf haar laatste rapport, eind juni gepubliceerd, de titel : 'De globale sociale crisis' ! De media hebben dat goed begrepen, ze hebben er een duidelijke waarschuwing in gezien aan de bourgeoisieën van de gehele wereld: met al die verschillende soberheidsplannen en de vernietigende gevolgen van de economische wereldcrisis stijgt overal de kans op een toename van de strijdwil van de arbeiders.

 

In alle landen gaat de arbeidersklasse
weer de weg van de strijd op

 

Deze laatste maanden werden wereldwijd gekenmerkt door een brandende sociale situatie. De sociale gevechten geven zelfs de indruk op elkaar te antwoorden, dat de strijd in het ene land weerklank vindt in het andere.

Gedurende de herfst van 2010 kwam het proletariaat dat in Frankrijk leeft in beweging om te protesteren tegen de zoveelste aanval op het pensioenstelsel. Het belangrijkste feit van deze beweging was zonder twijfel het verschijnen – zij het nog op een beperkt aantal plaatsen - van spontane zelfstandige algemene vergaderingen, buiten elke controle vanwege de vakbonden. Ze noemden zich 'interprofessionele', 'zelfstandige' of 'volksvergaderingen', en verenigden telkens enkele tientallen arbeiders, werklozen, studenten, mensen met kortlopende contracten en gepensioneerden om te discuteren en samen, collectief te strijden. Ze probeerden zo de organisatie van de strijd in eigen handen te nemen. Eén van de sterkste slogans van deze beweging, gelanceerd door de CNT-AIT in Toulouse, was : "Maak het woord vrij !".

 

Amper enkele weken later was het de jeugd die in Groot-Brittannië leeft die van zich liet horen. Deze jongeren, die vaak in precaire omstandigheden leven en zich voor jaren in de schulden moeten steken, wezen een nieuwe verhoging van de kost van inschrijving aan de universiteiten af. Ze doorbraken daarmee de sociale futloosheid die al heerst sinds de loden jaren van Thatcher. In de jaren 1980 was deze 'IJzeren Dame' van de Britse bourgeoisie er inderdaad in geslaagd het proletariaat dat toen het strijdbaarste van Europa was moreel te breken, dankzij de nederlaag van de mijnwerkers. Het begin van een terugkeer van dit land naar de klassestrijd is dus een bijzonder veelbelovend teken voor de toekomst.

En daarna hebben de uitgebuiten begin van het jaar 2011 een bijkomende stap vooruit gezet op de weg van de strijd tegen de ontwikkeling van de ellende.

In Tunesië en Egypte hebben brede delen van de bevolking zich verzet tegen de heersende machten, vanuit hun ondraaglijke levensomstandigheden als gevolg van de verslechtering van de economische situatie, maar ook tegen de repressie en de afwezigheid van enige vrijheid van meningsuiting. Op enkele weken tijd zijn de 'Arabische lente' en het Tahrirplein symbolen geworden van de moed van de massa's tegen de machtigen en de bloedige repressie. Natuurlijk werden deze 'revoltes' nog gekenmerkt door belangrijke zwakheden. De strijd is niet echt collectief georganiseerd binnen deze enorme bijeenkomsten op de grote pleinen van de steden. Voor zover we weten waren er maar zeer weinig echt collectieve discussies in de vergaderingen. Maar vooral werd de woede telkens gericht op één bepaalde regeerder, de heersende dictator (of zijn familie en zijn clan). "Ben Ali ga weg !" en "Moebarak ga weg !" waren de populairste slogans. Daarin school zonder twijfel de valse hoop een nieuw regime te kunnen instellen dat 'democratischer' en dus menselijker zou zijn. En parallel met die democratische illusie heeft ook het nationalisme zijn stempel gedrukt op de 'Arabische lente' : nationale vlaggen kleurden alle plaatsen van samenkomst. Al die zwakheden houden verband met de zwakte van het proletariaat in dat deel van de wereld. Het is daar zeker strijdbaar en moedig, maar ook weinig ervaren. Anders dan de arbeiders in West-Europa werd het niet tientallen jaren lang geconfronteerd met 'democratische' leugens, met 'democratische' hervormingen, met 'democratische' sabotage vanwege de vakbonden... Maar toch waren het veeleer de stakingen van de arbeiders dan de 'druk van het volk' in het algemeen die de machthebbers in Tunesië en Egypte, maar ook in de VS en Europa echt hebben doen beven. Alle grote bourgeoisieën voelden aan dat kost wat kost moest vermeden worden dat een algemene staking de grote industriecentra compleet zou doen ontvlammen en hebben daarom aangezet Moebarak en Ben Ali aan de kant te schuiven.

Die rol, numeriek slechts van tweede orde maar politiek doorslaggevend, heeft het proletariaat niet kunnen spelen in Libië, Jemen en Syrië. Omdat het haast onbestaande proletariaat daar niet heeft kunnen verhinderen dat het nationalistisch gif volop in de aders van de 'opposanten' kon stromen en zich over de gehele beweging kon verspreiden, heeft het nationalisme daar tenslotte elke mogelijkheid van een strijd van de uitgebuiten op hun klasseterrein teniet gedaan. In deze drie landen werd de bevolking gemobiliseerd in een oorlog tussen klieken van de bourgeoisie, waarin ze niets te winnen en enkel haar leven te verliezen heeft ! (1)

De 'Arabische lente' laat de internationale arbeidersklasse dus drie belangrijke lessen na :

 - tegenover de ontwikkeling van de armoede en de bloedige repressie bestaat er geen andere keus dan het hoofd op te steken om met waardigheid te strijden. Zoals de betogers op het Tahrirplein scandeerden : "Nu zijn wij niet bang meer !"

 - de straat behoort toe aan de uitgebuiten !

 - de kracht van een strijdbeweging tegen de ellende en de barbarij van het kapitalisme hangt af van het vermogen van de arbeidersklasse om zich te organiseren, om zich niet te laten oplossen in de protestbeweging van alle klassen door elkaar en om de andere uitgebuiten met haar eigen ordewoorden achter zich mee te voeren (en niet omgekeerd).

Juist op basis van die drie lessen heeft zich in Spanje de 'beweging van de verontwaardigden' ontwikkeld.

Sinds drie jaar wordt het Iberisch schiereiland volop getroffen door de economische crisis. Het ene soberheidsplan volgt er het andere op en brengt een miserie zonder weerga teweeg, en zoals overal organiseren de vakbonden hun 'wandel-betogingen', schijngevechten, om de woede in te kaderen en in te dijken. Maand na maand herhaalt zich sinds 2008 datzelfde duistere tafereel van een stoet betogers die van A naar B stapt, gemobiliseerd voor een 'syndicale actiedag' om achteraf moedeloos naar huis te gaan met een diep gevoel van machteloosheid. Maar de moed en strijdwil van de uitgebuiten die in Tunesië en Egypte de vreselijkste repressie getart hebben, heeft ook het vuur aangewakkerd in de ogen van de jonge arbeiders, werklozen en precairen in Spanje. Zij die de 'generatie 600 euro' genoemd worden hebben zich gespiegeld aan hun uitgebuite broeders aan de overkant van de Middellandse Zee en zijn op hun beurt massaal samengekomen op de centrale pleinen van 70 steden van het land, en met name in Madrid en Barcelona, om de strijd in hun eigen handen te nemen. "Van het Tahrirplein naar de Puerta del Sol" of "Wij ook zijn niet bang meer" zijn slogans die duidelijk getuigen van de invloed van de 'Arabische lente'. Maar deze jonge verontwaardigden zijn veel verder gegaan in de ontwikkeling van de strijd.

Zij hebben grote collectieve discussies georganiseerd in een veelheid van vergaderingen (algemene of volksvergaderingen, vergaderingen van commissies of in de wijken,...). Ze hebben uitdrukkelijk alle grote partijen van de bourgeoisie afgewezen, van links zowel als rechts, en ook de vakbondscentrales. We moeten opmerken dat de aanwezigheid van een 'socialistische' regering aan de leiding van het land, die zonder ophouden en hardhandig de levensvoorwaarden aanvalt, en het dagelijks 'verraad' vanwege de vakbonden dat die aanvallen vergezelt, geleid hebben tot een brede en diepe overdenking in de rangen van de uitgebuiten over de ware rol van die organisaties.

Natuurlijk vertoonde ook deze beweging zwakheden. In het bijzonder heeft de 'alter-mondialistische / anders-globale' ideologie, aanbevolen door ATTAC en Democracia Real Ya ! ('echte democratie nu !), deze beweging deels ontwapend door de slogan 'Geen partijen noch vakbonden' om te zetten in een verwerping van 'de politiek'. Dat 'apolitisme' zorgde ervoor dat alle klassieke linkse fracties (socialisten, trotskisten, anders-globalisten...) de beweging zijn binnengedrongen, dat ze de Algemene Vergaderingen en commissies geïnfiltreerd hebben om beter elke mogelijkheid tot massale uitbreiding van de beweging naar de gehele arbeidersklasse te verhinderen. Zo hebben ze aan allen opnieuw hun democratistische en reformistische ideologie kunnen opdringen. (2)

Toch zit deze beweging van de verontwaardigden vol beloften voor de komende strijd. Hij is er bvb. in geslaagd de sympathie en solidariteit te winnen van de arbeiders: in talloze bedrijven in Spanje zijn stakingen uitgebroken, werden algemene vergaderingen met debat gehouden op de plaatsen die door de jonge verontwaardigden bezet waren. En dat elan heeft de grenzen ruimschoots overschreden. In Frankrijk, in België, in Mexico, in Portugal, in China, in Duitsland, in de Verenigde Staten en vooral in Griekenland (3) waren en zijn er nog steeds regelmatige bijeenkomsten, hoewel veel kleiner, waar de solidariteit met de 'verontwaardigden' uitgesproken wordt, en de wil de strijd te organiseren. In Portugal kon men op plakkaten lezen : "Spanje, Griekenland, Ierland, Portugal : onze strijd is internationaal" (4). Maar het was nog eens in Spanje dat de rijping van het klassebewustzijn het duidelijkst was. In Valencia was de slogan te horen : "Deze beweging heeft geen grenzen !". In verschillende kampeerplaatsen werden manifestaties georganiseerd "voor de Europese Revolutie". Op 15 juni waren er steunbetogingen voor de strijd in Griekenland. Op 19 juni zijn op kleine schaal internationalistische slogans verschenen zoals "Vrolijke wereldwijde eenheid" of, in het Engels, "World Revolution". Op het Plein van Catalonië, in Barcelona, verklaarden jongeren in een algemene vergadering van de commissies :"Wij vechten niet voor een onmiddellijke overwinning, maar wel om de toekomst voor te bereiden".

Het gaat hier om een zeer belangrijke stap vooruit. Natuurlijk is deze bewustwording dat de uitgebuiten van de hele wereld in feite in hetzelfde schuitje zitten, dat ze allemaal gebrandmerkt zijn door dezelfde kapitalistische uitbuiting, dat er zonder een internationale strijd van het proletariaat geen uitweg is... dat alles wordt natuurlijk nog niet gedragen door alle proletariërs en in alle landen. In Griekenland bvb. loopt de beweging op dat punt gevoelig achter op die van de verontwaardigden in Spanje : de vele Griekse nationale vlaggen, de nationalistische en anti-Duitse slogans die de richting aangeven van de betogingen in Athene bewijzen dat. Maar in het algemeen maakt het internationalistisch gevoel een trage maar zekere opmars in de hoofden van de uitgebuiten. Jarenlang was wat men de 'globalisering van de economie' noemt voor de linkse bourgeoisie een middel om nationalistische reflexen op te wekken. In haar praatjes eiste ze de 'nationale onafhankelijkheid' tegenover die 'staatloze' markten. Anders gezegd : ze stelde de arbeiders voor zich nog nationalistischer op te stellen dan de bourgeois zelf ! Met de ontwikkeling van de crisis, maar ook dankzij de popularisatie van Internet, de sociale netwerken, enz., begint de proletarische jeugd de zaken om te keren. Er komt een gevoel op dat stelt dat tegenover de globalisering van de economie er geantwoord moet worden door een internationale 'globalisering' van de strijd. Tegenover een wereldwijde economische crisis en ellende, is het enige mogelijke antwoord de wereldwijde strijd.

 

De verantwoordelijkheid van het proletariaat
van de landen van West-Europa (5)

 

Tot nu toe was het dus het proletariaat in Spanje dat de methodes en eisen het verst gedreven heeft die ons in de toekomst zullen toelaten ons in de strijd als klasse te verenigen, ons collectief te organiseren en stukje bij beetje een krachtsverhouding in ons voordeel op te bouwen. Dat is zeker geen toeval. Spanje is een land dat brutaal door de economische crisis getroffen wordt, maar ook en vooral is het een democratisch land van West-Europa. De proletariërs in Spanje maken deel uit van de meest ervaren bataljons door de decennia van strijd, overwinningen, nederlagen en bittere ervaringen. In de centrale landen van West-Europa wordt de arbeidersklasse met de meest gesofis-tikeerde democratische valstrikken geconfronteerd . In dit deel van de wereld (en met name in de Schengenzone), bestaande uit een mozaïek van nationale staten, stelt zich het duidelijkste de kwestie van het internationalisme. Het is op het oude Europese continent, daar waar het kapitalisme ontstaan is en waar de bourgeoisie het sterkst en het meest ervaren is op ideologisch vlak, dat de uitgebuite klasse een vooruitzicht zal kunnen openen en het signaal geven voor de proletarische wereldrevolutie.

Dat houdt niet in dat de proletarische gevechten in andere delen van de wereld niets kunnen bijbrengen voor de proletariërs in West-Europa, verre van daar ! De arbeidersklasse is een internationale klasse, de klassestrijd bestaat overal waar proletariërs en kapitaal tegenover elkaar staan. De lessen uit alle conflicten zijn waardevol voor het geheel van het wereldproletariaat, waar ze ook mogen ontbranden. In het bijzonder zal de ervaring van de strijd in de landen van de periferie steeds meer de strijd beïnvloeden in de centrale landen, zoals we met Tunesië en Egypte gezien hebben. De vastberadenheid, de voorbeeldige moed en het massale karakter van de revolte van de uitgebuiten in Tunesië en Egypte betekende een aanmoediging voor de strijd van de uitgebuiten in Spanje en in alle andere landen (bvb. in Groot-Brittannië).

Maar het proletariaat dat leeft in West-Europa draagt een bijzondere verantwoordelijkheid. Zijn 200 jaar ervaring moeten het toelaten de weg uit te stippelen voor de revolutie voor alle uitgebuiten ter wereld. Het moet erin slagen, zoals het op aarzelende wijze begint te doen, de strijdmethodes voorop te stellen die als enige de gehele arbeidersklasse in staat zullen stellen zich collectief te organiseren, haar eigen lot in handen te nemen. Het moet in het bijzonder voor zijn klassebroeders in de landen aan de periferie het ware gelaat ontmaskeren van de burgerlijke democratie door haar gevaarlijkste en meest doortrapte valstrikken te verijdelen : de democratische, reformistische, verkiezings- en vakbondsillusies.

Dit is geenszins een 'eurocentristische' visie. De wereld van de bourgeoisie heeft zich vanuit Europa ontwikkeld, ze heeft er het oudste proletariaat ontwikkeld, dat daardoor de grootste ervaring heeft opgebouwd. Het is de bourgeoiswereld die op dit kleine stuk aarde zoveel hoogontwikkelde naties heeft geconcentreerd, wat de ontplooiing van een internationalisme in de praktijk des te gemakkelijker maakt, het samenvoegen van de proletarische gevechten in verschillende landen.

Sinds enkele eeuwen heeft de geschiedenis het hart van de kapitalistische wereld gesitueerd in West-Europa. Daar zette het kapitalisme zijn eerste stappen en daar zal ook de proletarische wereldrevolutie de hare zetten.

In deze laatste maanden van strijd, van Noord-Afrika tot West-Europa, via China en de Verenigde Staten, werd eens te meer bewezen dat het proletariaat één en dezelfde klasse is over de gehele planeet, dat het in alle landen dezelfde strijd voert voor de bevrijding van de mensheid, zonder onderscheid van ras, nationaliteit of religie. Zoals Engels in 1847 schreef in zijn Beginselen van het Communisme : "De grote industrie heeft, alleen al doordat ze de wereldmarkt heeft geschapen, alle volken van de aarde, en met name de geciviliseerde, zodanig met elkaar verbonden, dat elk volk apart afhankelijk is van dat wat bij een ander volk gebeurt. Ze heeft voorts in alle beschaafde landen de maatschappelijke ontwikkeling zozeer aan elkaar gelijk gemaakt, dat in al deze landen bourgeoisie en proletariaat de beide doorslaggevende klassen van de maatschappij zijn geworden, de strijd tussen beide de voornaamste strijd van de dag is geworden. De communistische revolutie zal dan ook geen louter nationale revolutie zijn, maar ze zal er een zijn, die in alle beschaafde landen, d.w.z. althans in Engeland, Amerika, Frankrijk en Duitsland gelijktijdig plaatsvindt. (...) Ze zal op de overige landen van de wereld eveneens een belangrijke invloed uitoefenen en een volledige verandering en sterke versnelling betekenen van de wijze, waarop ze zich tot dan toe hebben ontwikkeld. Ze is een universele revolutie en zal zich dan ook op een universeel terrein afspelen.." n

 

Proletariërs aller landen, verenigt u!

 

 

Pawel /1.6.2011

 

1)Lees het artikel over Syrië, p.5

2)Lees artikel over de valstrik van het apolitisme, p.3

3)Talrijke artikels in onze pers en op de site op internet gaan dieper in op de verschillende strijdmomenten waarin de uitgebuiten in deze verschillende landen de laatste maanden betrokken waren.

4)Elementen overgenomen van de Spaanse website https://www.kaosenlared.net/

5)Grote delen van dit gedeelte zijn overgenomen uit ons artikel "Het proletariaat van West-Europa in het centrum van de veralgemening van de klassestrijd" dat dateert uit 1982. Dit heeft volgens ons geenszins zijn kracht en actualiteit verloren en wij raden ten zeerste aan het te lezen.

 

Recent en lopend: